Uitspraak
1.De procedure
- de dagvaarding van 22 maart 2024, met bijlagen;
- het antwoord, met bijlagen;
- de brief van 12 september 2024 van de gemachtigde van [eiser] , met een bijlage;
- de spreekaantekeningen van de gemachtigde van [eiser] ;
- de spreekaantekeningen van de gemachtigde van [gedaagde] .
2.De kern van de zaak
3.De beoordeling
[opdrachtgever]
postcontractuele bedingen. Dit staat ook zo vermeld in de vaststellingsovereenkomst. Het nevenwerkzaamhedenbeding is geen post-contractueel beding en daarom niet meer van toepassing tussen partijen. Het nevenwerkzaamhedenbeding valt onder de finale kwijting die partijen hebben afgesproken.
beding tussen de werkgever en de werknemer waarbij deze laatste wordt beperkt in zijn bevoegdheidom na het einde van de overeenkomstop zekere wijze werkzaam te zijn”. Het concurrentiebeding in de arbeidsovereenkomst ziet ook op de situatie - zoals hier aan de orde - dat de werknemer
tijdens het dienstverbandde werkgever concurrentie aandoet. Voor zover het concurrentiebeding ziet op laatstgenoemde situatie, is naar het oordeel van de kantonrechter geen sprake van een concurrentiebeding in de zin van artikel 7:653 BW, maar van een verkapt nevenwerkzaamhedenbeding.