ECLI:NL:RBMNE:2024:663
Rechtbank Midden-Nederland
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar tegen besluit Uwv inzake Wajong uitkering
Op 13 februari 2024 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Eiseres had op 2 maart 2023 een beoordeling van haar arbeidsvermogen aangevraagd en verzocht om een uitkering op grond van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong). Het Uwv heeft deze aanvraag op 15 juni 2023 afgewezen. Eiseres heeft vervolgens bezwaar gemaakt, maar dit bezwaar is door het Uwv op 31 oktober 2023 niet-ontvankelijk verklaard, omdat het te laat was ingediend.
Tijdens de zitting op 13 februari 2024 is eiseres niet verschenen, terwijl het Uwv vertegenwoordigd was door zijn gemachtigde. De rechtbank heeft de zaak onmiddellijk na de zitting behandeld en uitspraak gedaan. De rechtbank oordeelde dat het bezwaarschrift binnen zes weken na de dagtekening van het besluit ingediend moest worden. De dagtekening van het besluit was 15 juni 2023, en de termijn voor het indienen van bezwaar eindigde op 27 juli 2023. Eiseres had haar bezwaarschrift echter pas op 6 augustus 2023 ingediend, wat te laat was.
Eiseres stelde dat zij op 25 juli 2023 al een bezwaarschrift had ingediend, maar de rechtbank kon geen bewijs vinden dat dit bezwaarschrift eerder was verzonden. De rechtbank concludeerde dat het risico van de verzending bij eiseres lag en dat er geen aanleiding was om de termijnoverschrijding verschoonbaar te achten. Daarom verklaarde de rechtbank het beroep ongegrond en werd eiseres geen proceskostenvergoeding of terugbetaling van het griffierecht toegekend. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door rechter R.C. Stijnen, in aanwezigheid van griffier M.C.G. van Dijk.