ECLI:NL:RBMNE:2024:6576
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet-betaling griffierecht
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 19 november 2024, wordt het beroep van eiser, ingesteld op 29 mei 2024 tegen een besluit van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 23 april 2024, niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat eiser het griffierecht van € 51,- niet heeft betaald. Dit griffierecht is verplicht volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft eiser op 1 september 2024 een aangetekende brief gestuurd met de mededeling dat het griffierecht binnen vier weken betaald moest worden. Deze brief werd echter onbestelbaar geretourneerd en is op 27 september 2024 opnieuw per gewone post verzonden, waarbij werd aangegeven dat de termijn niet opnieuw aanvangt.
De rechtbank heeft geen betaling ontvangen en eiser heeft geen geldige reden opgegeven voor het niet betalen van het griffierecht. Gezien het feit dat het griffierecht niet op tijd is betaald, is de rechtbank genoodzaakt om het beroep niet inhoudelijk te behandelen, conform artikel 8:54 Awb. De rechtbank heeft ook bepaald dat er geen proceskostenvergoeding zal plaatsvinden. De uitspraak is gedaan door mr. M. Eversteijn, rechter, in aanwezigheid van E.J.H.C. Hui, griffier, en is openbaar uitgesproken op de genoemde datum.