ECLI:NL:RBMNE:2024:6264
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Betwisting van beëindiging betalingsregeling voor collegegeld door gedaagde
In deze zaak vordert de Stichting Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU) betaling van collegegeld van gedaagde, die onderwijs heeft gevolgd bij HKU. De betalingsregeling die was getroffen tussen HKU en gedaagde is beëindigd omdat gedaagde een nieuwe factuur van zijn zorgverzekeraar niet tijdig kon betalen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de beëindiging van de betalingsregeling onterecht was, omdat gedaagde de maandelijkse termijnen van de regeling wel had voldaan. De kantonrechter heeft vastgesteld dat gedaagde nog een openstaand bedrag van € 529,63 aan HKU verschuldigd is, en dat HKU recht heeft op buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke rente. De kantonrechter heeft bepaald dat HKU een nieuwe betalingsregeling met gedaagde zal moeten treffen, aangezien gedaagde niet aanwezig was op de mondelinge behandeling. De proceskosten worden niet aan gedaagde opgelegd, omdat de procedure onnodig was door de onterechte beëindiging van de betalingsregeling. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.