ECLI:NL:RBMNE:2024:6234
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet-betaling griffierecht in bestuursrechtelijke procedure
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland op 30 oktober 2024, wordt het beroep van eiser tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht behandeld. Eiser had beroep ingesteld tegen de weigering van een omgevingsvergunning voor een specifiek adres. De rechtbank heeft echter besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat dit in deze zaak niet noodzakelijk werd geacht, conform artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank constateert dat eiser het griffierecht van € 187,00 niet heeft betaald, wat een vereiste is voor de behandeling van het beroep. De griffier had eiser eerder op 29 juli 2024 geïnformeerd over de betalingstermijn en had hem een tweede kans gegeven via een aangetekende brief op 28 augustus 2024. Deze brief werd echter niet door eiser afgehaald en is retour gezonden. De rechtbank heeft de brief vervolgens per gewone post opnieuw verzonden, maar ook daarna heeft eiser geen betaling verricht en geen geldige reden opgegeven voor het niet betalen van het griffierecht.
Gelet op het feit dat het griffierecht niet op tijd is betaald, is de rechtbank genoodzaakt om het beroep niet-ontvankelijk te verklaren. Dit betekent dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk kan behandelen en er geen proceskosten worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Eiser heeft de mogelijkheid om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.