ECLI:NL:RBMNE:2024:6006

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
29 oktober 2024
Publicatiedatum
25 oktober 2024
Zaaknummer
C/16/553301 / FO RK 23-267
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming en evaluatie van een bijzondere curator voor een minderjarige in een familierechtelijke procedure

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 29 oktober 2024 een beschikking gegeven in een familierechtelijke procedure betreffende de benoeming van een bijzondere curator voor een minderjarige, geboren in 2010. De bijzondere curator was benoemd op 16 juni 2023 om de minderjarige te begeleiden in een complexe situatie tussen de ouders, die na hun relatie moeite hadden om effectief te communiceren. De rechtbank ontving op 25 september 2024 een verslag van de bijzondere curator, waarin werd gerapporteerd dat de ouders erin geslaagd waren om een modus te vinden voor communicatie, wat leidde tot een nieuwe zorgregeling die in de komende maanden zou worden uitgeprobeerd. De rechtbank prees de inzet van de ouders en de bijzondere curator, en benadrukte het belang van de betrokkenheid van de bijzondere curator in het proces. De kinderrechter merkte op dat de minderjarige nu de ruimte heeft om zijn wensen te uiten en dat de ouders samenwerkten om de situatie te verbeteren. De rechtbank besloot de bijzondere curator te ontslaan van haar functie, maar niet zonder de ouders en de minderjarige te complimenteren voor hun inspanningen en vooruitgang. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er werd informatie gegeven over de mogelijkheid tot hoger beroep.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Familierecht
locatie Utrecht
zaaknummer: C/16/553301 / FO RK 23-267
Gezag en omgang
Beschikking van 29 oktober 2024
betreffende:
[minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2010 in [geboorteplaats] ,
hierna te noemen: [minderjarige (voornaam)] ,
kind van:
[A] ,hierna te noemen: de moeder,
wonende te [woonplaats 1] ,
advocaat: mr. L. van Eck Rasmussen,
en
[B] ,hierna te noemen: de vader,
wonende te [woonplaats 2] .

1.De procedure

1.1.
De rechtbank heeft op 16 juni 2023 een bijzondere curator benoemd over [minderjarige (voornaam)] en haar verzocht een schriftelijke update te geven over het verloop van de periode waarvoor zij is benoemd.
1.2.
De rechtbank heeft op 25 september 2024 een schriftelijk verslag van de bijzondere curator ontvangen.
1.3.
Er heeft geen nadere mondelinge behandeling plaatsgevonden.

2.Waar de procedure over gaat

2.1.
De ouders hebben een relatie met elkaar gehad.
2.2.
Zij hebben samen een kind:
[minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2010 in [geboorteplaats] .
2.3.
[minderjarige (voornaam)] woont bij de vader.
2.4.
De vader is belast met het gezag over [minderjarige (voornaam)] .
2.4.
Bij beschikking van 16 juni 2023 heeft de rechtbank beslist dat zij geen ambtshalve beslissingen zou nemen naar aanleiding van de aanvraag van [minderjarige (voornaam)] in het kader van de informele rechtsingang. Wel heeft de rechtbank mevrouw A. van Teijlingen als bijzondere curator over [minderjarige (voornaam)] benoemd.

3.De beoordeling

3.1.
In voornoemde beschikking overwoog de rechtbank:
“De kinderrechter is van oordeel dat er sprake is van een belangenstrijd als bedoeld in voornoemd artikel. De ouders hebben een relatie gehad. Na het beëindigen van de relatie heeft [minderjarige (voornaam)] onder toezicht gestaan van een gecertificeerde instelling en via een machtiging tot uithuisplaatsing bij de vader verbleven. Dit had onder meer te maken met de persoonlijke situatie van de moeder. De moeder lijkt inmiddels de moeder stabiel te zijn. Onderling hebben de ouders verschillende procedures gevoerd, onder andere over de omgangsregeling. Bij beschikking van 30 november 2022 heeft de rechtbank de omgangsregeling voor het laatst gewijzigd. Hoewel ouders geen van beide helemaal tevreden zijn met deze regeling lijken zij daar nu in te berusten. Hierdoor lijkt er nu meer rust in de situatie. Hopelijk vangt voor [minderjarige (voornaam)] een fase aan waarin er geen procedures meer tussen de ouders zullen zijn en er duidelijkheid is over wanneer hij bij welke ouder verblijft.
Dit betekent ook dat er een situatie ontstaat voor [minderjarige (voornaam)] ‘waar hij het mee moet doen’. Die situatie is voor [minderjarige (voornaam)] evenwel behoorlijk ingewikkeld. Zoals tijdens het gesprek met de kinderrechter bleek, heeft [minderjarige (voornaam)] sterk het gevoel dat hij het goed moet doen voor iedereen. Hoewel de vader dit vermoedelijk niet zo bedoelt voelt [minderjarige (voornaam)] met name van hem druk om ‘het goede’ te doen. Dat de vader met de laatste beschikking van de rechtbank niet onverdeeld tevreden was heeft hij zich erg aangetrokken. [minderjarige (voornaam)] heeft als gezegd zelf ook wensen aangegeven over andere accenten in de omgangsregeling. Het is de kinderrechter niet duidelijk geworden of dit zijn intrinsieke wensen zijn, of dat hij meende deze wensen te moeten uiten om zijn vader een plezier te doen. Als dat laatste het geval is, is dat zorgelijk. Als het wel zijn intrinsieke wens was, is zorgelijk dat hij kennelijk niet de ruimte heeft gevoeld om deze wens te bespreken met zijn moeder, maar in plaats daarvan een brief aan de kinderrechter heeft geschreven. Gelet op het feit dat de ouders en de dynamiek tussen hen niet zal veranderen, vindt de kinderrechter dit voor [minderjarige (voornaam)] een moeilijke situatie.
Er is al veel hulpverlening geweest, onder andere binnen de ondertoezichtstelling. Dat is de reden dat de vader geen voorstander is van een bijzondere curator. Ook de Raad heeft aarzelingen daarbij uitgesproken tijdens de zitting. De kinderrechter overweegt dat deze hulp gericht is geweest op het verkrijgen van rust en het opbouwen naar een bestendige situatie. Ook heeft [minderjarige (voornaam)] nu een therapeut. De indruk van de kinderrechter is dat die therapie meer ziet op verwerken van de ingrijpende gebeurtenissen uit het verleden. Onduidelijk is in hoeverre de therapie gericht is op het begeleiden van [minderjarige (voornaam)] in de genoemde lastige situatie. [minderjarige (voornaam)] heeft de therapeut ook niet verteld over zijn wensen over de omgang en de brief die hij daarover heeft geschreven. Bovendien heeft de vader ter zitting verteld dat deze therapie wordt afgebouwd. De kinderechter heeft goede hoop dat een bijzondere curator [minderjarige (voornaam)] kan helpen om hem weerbaar te maken in de situatie tussen de ouders, en bij de ouders te laten wat bij hen gelaten moet worden. Ook kan de bijzondere curator de ouders uitleg geven over de manier waarop zij [minderjarige (voornaam)] kunnen ontlasten en hen daarbij handvatten geven. Om die redenen benoemt de kinderrechter een bijzondere curator over [minderjarige (voornaam)] .”
3.2.
De bijzondere curator heeft op 25 september 2025 verslag uitgebracht. Zij beschrijft dat één van de grote wensen van [minderjarige (voornaam)] was dat zijn ouders weer met elkaar in overleg konden gaan. Ouders hebben daar met de bijzondere curator aan gewerkt en zij heeft groot respect voor de manier waarop de ouders dat hebben gedaan. Het is de ouders gelukt om een vorm van communicatie te vinden waarbinnen [minderjarige (voornaam)] zijn wensen durft uit te spreken en zich serieus genomen voelt door beide ouders. [minderjarige (voornaam)] heeft de wens geuit om vaker bij zijn moeder te zijn. Naar aanleiding daarvan hebben de ouders afspraken gemaakt over het uitproberen van een nieuwe zorgregeling. De komende maanden wordt die nieuwe regeling uitgeprobeerd. Daarover blijven de ouders ook met de bijzondere curator in overleg. Zij zal nog enige tijd betrokken blijven als procesbegeleider, waarbij zij ook met [minderjarige (voornaam)] in contact blijft. In januari wordt deze samenwerking samen met de nieuwe zorgregeling geëvalueerd.
3.3.
De rechtbank is verheugd dat de benoeming van een bijzondere curator voor langere tijd zo goed heeft uitgepakt voor [minderjarige (voornaam)] . Daarbij verdient [minderjarige (voornaam)] in de eerste plaats een groot compliment. Hij is het contact met de bijzondere curator, de zoveelste zorgprofessional in zijn leven, aangegaan. Ook de ouders verdienen een groot compliment. Zij moesten van ver komen; tijdens de laatste zitting was de verhouding nog zeer verstoord. Dat het hen is gelukt om toch in gesprek te komen, om een modus in de communicatie te vinden en om nieuwe afspraken te maken is echt te prijzen. Ten slotte is er ook lof van de rechtbank voor de bijzondere curator. Zij heeft zich met drie gesprekken met [minderjarige (voornaam)] , drie gesprekken met ieder van beide ouders afzonderlijk en drie gezamenlijke gesprekken enorm ingespannen om [minderjarige (voornaam)] en zijn ouders te helpen. Uitzonderlijk is dat zij ook nadat haar opdracht is afgerond bereid is om betrokken te blijven. De rechtbank is kortom onder de indruk van de manier waarop alle volwassenen de schouders eronder hebben gezet om de situatie voor [minderjarige (voornaam)] na zo’n lange tijd nu toch echt beter te maken.
3.4.
Nu de (formele) taak van de bijzondere curator is volbracht zal de rechtbank haar ontslaan van haar functie als bijzondere curator over [minderjarige (voornaam)] .
3.5.
De rechter stuurt tegelijk met deze beschikking een brief aan [minderjarige (voornaam)] . Daarin is het volgende opgenomen:
“Beste [minderjarige (voornaam)] ,
Meer dan een jaar geleden spraken wij elkaar bij de rechtbank. Dat is lang geleden, maar ik kan mij ons gesprek nog goed herinneren. Je vertelde toen dat je graag wilde dat de zorgregeling op sommige punten iets zou veranderen. Zo viert de familie van je vader altijd uitgebreid Pasen, maar kan je daar niet altijd bij zijn en dat vond je jammer.
Nu, meer dan een jaar later, heb ik een brief gekregen van Anneke. Jouw ouders hebben die brief ook gekregen. Zij schrijft mij dat ze veel heeft gesproken met jou en met je ouders. En dat het jouw ouders is gelukt om beter met elkaar over jou te overleggen. Ook heb ik begrepen dat jullie een nieuwe zorgregeling met elkaar hebben afgesproken, en dat jullie na een tijdje gaan kijken of dat voor iedereen werkt. Je bent nu wat vaker bij je moeder. Daar krijg je (of heb je misschien al) een broertje las ik, gefeliciteerd, wat leuk!
Ik ben heel blij voor je dat jouw ouders echt aan de slag zijn gegaan met jouw wens, dat zij wat beter door één deur kunnen. Ik vind het knap van jou dat je hebt durven zeggen wat voor jou belangrijk is. Ik vind het ook van je ouders echt heel knap dat ze hun schouders eronder gezet hebben en dat ze ervoor hebben gezorgd dat de situatie voor jou wat makkelijker is. Je mag echt trots op ze zijn!
Ik wens jou veel succes op school en natuurlijk veel plezier als grote broer!”

4.De beslissing

De rechtbank:
4.1.
ontslaat de bijzondere curator van haar functie als bijzondere curator over
[minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2010 in [geboorteplaats] .
Dit is de beslissing van de rechtbank, genomen door mr. T. Dopheide, (kinder)rechter, in samenwerking met de griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 29 oktober 2024.
Tegen deze beschikking kan - voor zover er definitief is beslist - door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De verzoekende partij en verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.