ECLI:NL:RBMNE:2024:5892

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
16 oktober 2024
Publicatiedatum
16 oktober 2024
Zaaknummer
16/068200-24 en 16/337735-23 (gev. ttz) (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bankhelpdeskfraude met meerdere slachtoffers en computervredebreuk

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 16 oktober 2024 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan bankhelpdeskfraude. De verdachte, geboren in 1996, heeft samen met anderen een groot aantal slachtoffers opgelicht door zich voor te doen als bankmedewerkers of politieagenten. De slachtoffers werden telefonisch benaderd en onder valse voorwendselen verleid tot het afgeven van hun bankgegevens, bankpassen en waardevolle spullen. De verdachte en zijn mededaders hebben ook gebruik gemaakt van computervredebreuk door slachtoffers te dwingen het programma AnyDesk te installeren, waarmee zij op afstand toegang kregen tot de bankrekeningen van de slachtoffers. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere feiten, waaronder oplichting, diefstal en computervredebreuk. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 40 maanden, waarvan 10 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar. Daarnaast zijn er vorderingen van benadeelde partijen toegewezen, waarbij de rechtbank heeft geoordeeld dat de verdachte hoofdelijk aansprakelijk is voor de schade die hij heeft veroorzaakt. De rechtbank heeft ook beslist over de in beslag genomen goederen, waaronder laptops en telefoons, die zijn gebruikt bij de strafbare feiten. De uitspraak benadrukt de ernst van de gepleegde feiten en de impact op de slachtoffers, die niet alleen financieel, maar ook emotioneel zijn benadeeld.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummers: 16/068200-24 en 16/337735-23 (gev. ttz) (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 16 oktober 2024
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren op [1996] te [geboorteplaats] ,
wonende [adres] te [woonplaats] ,
gedetineerd in [verblijfplaats] ,
hierna: verdachte.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 18 september 2024 (inhoudelijk) en 2 oktober 2024 (sluiting onderzoek).
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. R.E. Craenen en van hetgeen verdachte en zijn raadsman, mr. P.T.P. van der Made, advocaat te Rotterdam naar voren hebben gebracht, en van hetgeen [A] namens de benadeelde partijen [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] , [slachtoffer 5] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 8] en [slachtoffer 9] , en van hetgeen [B] namens de benadeelde partij Volksbank N.V., alsmede [slachtoffer 10] en [slachtoffer 11] namens de benadeelde partij ABN AMBO Bank N.V. naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage (bijlage I) aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
16/068200-24feit 1:op 19 december 2023 in Maarssen voorwerpen en gegevens voorhanden heeft gehad waarvan hij wist dat zij bestemd waren tot het plegen van vervalsingen/oplichting/vermogensfeiten, voor zover deze feiten betrekking hebben op de verkrijging van een niet-contant betaalinstrument;feit 2:in de periode van 20 juli 2023 tot en met 18 december 2023 in Maarssen en in België zich samen met een of meer anderen schuldig heeft gemaakt aan computervredebreuk van de internetbankierenomgeving van verschillende banken en/of devices van 8 rekeninghouders;feit 3:in de periode van 20 juli 2023 tot en met 18 december 2023 in Maarssen althans in Nederland en/of België samen met een of meer anderen 34 rekeninghoudersheeft opgelicht;
feit 4:in de periode van 20 juli 2023 tot en met 18 december 2023 in Maarssen, althans in Nederland en/of België samen met een of meer anderen verschillende geldbedragen/bankpassen/creditcards/sieraden/mobiele telefoons/tablets/beelden/kunstwerken heeft gestolen van 28 rekeninghouders door onbevoegd gebruik te maken van een pinpas en pincode en/of (inlog)gegevens en/of door zich valselijk voor te doen als een bankmedewerker;
16/337735-23feit 1:
op 19 december 2023 in Maarsen meerdere phishingpanels voorhanden heeft gehad;
feit 2:in de periode van 18 november 2023 tot en met 21 november 2023 in Wassenaar en/of Zeist samen met een of meer anderen [slachtoffer 4] heeft opgelicht;
feit 3:in de periode van 18 november 2023 tot en met 21 november 2023 in wassenaar en/of Zeist samen met een of meer anderen geldbedragen heeft gestolen van [slachtoffer 4] door onbevoegd gebruik te maken van een pinpas en pincode van deze [slachtoffer 4] .

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het onder feit 1 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde wettig en overtuigend te bewijzen. De officier van justitie acht ook het onder feit 2 en feit 3 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde wettig en overtuigend te bewijzen, met uitzondering van de oplichting en diefstal van de slachtoffers [slachtoffer 12] en [slachtoffer 13] . De officier van justitie acht daarnaast ook het onder feit 1, feit 2 en feit 3 van parketnummer 16/337735-23 ten laste gelegde wettig en overtuigend te bewijzen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman bepleit vrijspraak voor het onder feit 1 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde. De raadsman bepleit daarnaast partiële vrijspraak van de onder feit 2 en feit 3 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde oplichting en diefstal van de slachtoffers [slachtoffer 14] , [slachtoffer 12] , [slachtoffer 15] , [slachtoffer 16] , [slachtoffer 17] en [slachtoffer 13] . Voor de rest refereert de raadsman zich aan het oordeel van de rechtbank.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
De bewijsmiddelen zijn ten behoeve van de leesbaarheid van het vonnis opgenomen in een bij dit vonnis gevoegde bijlage (bijlage II), en dienen op deze plaats als ingelast te worden beschouwd.
Bewijsoverwegingen
Vrijspraak terzake [slachtoffer 12] en [slachtoffer 13] .
De rechtbank zal, in overeenstemming met de standpunten van de officier van justitie en de verdediging, verdachte vrijspreken van het onder feit 3 en feit 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde ten aanzien van [slachtoffer 12] , omdat de betrokkenheid van verdachte niet kan worden vastgesteld. Op de iPhone 14 van verdachte is enkel een foto van een computerscherm met een actieve AnyDesk sessie met dit slachtoffer aangetroffen waarvan niet met zekerheid te zeggen is of deze foto met de betreffende iPhone is gemaakt of dat deze via Telegram is ontvangen.
Ook zal de rechtbank verdachte vrijspreken van de oplichting en diefstal ten aanzien van [slachtoffer 13] , nu een aangifte of verhoor met deze persoon in het dossier ontbreekt.
Vrijspraak van diefstal (in vereniging met gebruik van een oplichtingsmiddel) van [slachtoffer 18]
De rechtbank kan niet vaststellen dat er bij [slachtoffer 18] , daadwerkelijk goederen of geld zijn weggenomen. Daarom zal de rechtbank verdachte ten aanzien van deze persoon vrijspreken van het onder feit 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde.
Bewezenverklaring van het voorhanden hebben van de Sandisk Ultra USB-stick
Vanuit de zijde van de verdediging is aangevoerd dat verdachte geen beschikkingsmacht heeft gehad over de in zijn woning aangetroffen Sandisk Ultra USB-stick. Het is een klein voorwerp dat zomaar in de woning kan achterblijven. Verdachte verklaart dat de USB-stick niet van hem is. De rechtbank overweegt hierover als volgt.
Uit onderzoek naar de USB-stick blijkt dat deze op 18 november 2023 kort na elkaar verbinding heeft gemaakt met de Dell laptop en Sharkoon Desktop van verdachte. Op de USB stick zijn bestanden gevonden die overeenkomen met bestanden die ook op deze laptop en desktop zijn aangetroffen. Op basis hiervan acht de rechtbank ook wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de USB-stick heeft gebruikt en dat hij deze dus ook voorhanden heeft gehad.
Bewezenverklaring van computervredebreuk (in vereniging), oplichting (in vereniging) en/of diefstal (in vereniging met gebruik van een oplichtingsmiddel) van slachtoffers [slachtoffer 15] en [slachtoffer 16] / [slachtoffer 19] en [slachtoffer 14]
Verdachte heeft ter zitting enige betrokkenheid bij de oplichting en diefstal van [slachtoffer 15] en [slachtoffer 16] / [slachtoffer 19] en [slachtoffer 14] ontkend. Hij verklaart dat hij waarschijnlijk zijn telefoon en laptop had uitgeleend en zegt niet te weten of hij aanwezig was toen anderen het slachtoffer benaderden. Voor zover hetgeen verdachte heeft gesteld al aannemelijk zou zijn, heeft verdachte zijn standpunt niet onderbouwd. Verdachte had hierin inzicht kunnen verschaffen maar heeft dit nagelaten. Zo heeft verdachte niet verklaard aan wie hij zijn devices heeft uitgeleend, hoe dit precies is gegaan en waarom hij juist bij deze slachtoffers geen enkele rol heeft gehad bij de oplichting en daaropvolgende diefstal, terwijl daarvan wel sporen op zijn devices zijn aangetroffen. De rechtbank schuift de verklaring van verdachte terzijde en komt op basis van het bewijs tot een bewezenverklaring van de computervredebreuk en/of oplichting (in vereniging) en diefstal (in vereniging en met gebruik van een oplichtingsmiddel) ten aanzien van de slachtoffers [slachtoffer 15] en [slachtoffer 16] / [slachtoffer 19] en [slachtoffer 14] , zoals ten laste gelegd onder feit 2, feit 3 en feit 4 van parketnummer 16/068200-24.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
16/068200-24
feit 1:
op 19 december 2023 te Maarssen, gemeente Stichtse Vecht, voorwerpen en gegevens, te weten;
- een Dell Latitude E7470 laptop met daarop (toegang tot) tientallen phishing panels met onder andere de namen [naam] , [file] , opgeslagen onder de naam “ [naam] ”, en [naam] , opgeslagen onder de naam “ [file] ).7z” en andere phishing panelen opgeslagen in de map “ [map] ”, en een SMS bulk verzender, opgeslagen onder de naam “ [file] ”, en leads bevattende persoonsgegevens (namen, adressen, geboortedata, telefoonnummers, e-mailadressen in sommige gevallen) en/of belscripts in het Nederlands en/of Frans;
- (een Sandisk Ultra USB 3.0 64GB) met daarop) de phisingpanel(s) van de nagebootste websites Fluvius, ING, Bpost, Argenta bank, AXA, Belfius bank, Beo bank, BNP Paribas Fortis, Crelan bank, KBC bank, Fintro, Pay Coniq, Verificatie.me en Itsme, en/of uitleg hoe het panel te gebruiken en/of tientallen leads (lijsten) met persoonsgegevens (namen, adressen, geboortedata, telefoonnummers, e-mailadressen) en lijsten met Belgische telefoonnummers,
- een Sharkoon desktop met daarop leads (lijsten) met persoonsgegevens (namen, adressen, geboortedatums, bankrekeningnummers en aangesloten energieleverancier),

voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte, wist dat die bestemd waren tot het plegen van een in artikel 326 Wetboek van Strafrecht omschreven misdrijf, dan wel een der misdrijven omschreven in de artikelen 311, en 317 van het Wetboek van Strafrecht terwijl dit feit betrekking had op de verkrijging van een niet-contant betaalinstrument;

feit 2:
in de periode van 20 juli 2023 tot en met 18 december 2023 in Nederland of België, tezamen en in vereniging met (een) ander(en) telkens opzettelijk en wederrechtelijk in geautomatiseerde werken, te weten servers van de beveiligde internetbankieren omgeving van de SNS bank en de Regiobank en de KBC bank en andere banken en/of de computer/laptop/tablet/mobiele telefoon van een of meerdere rekeninghouders van voornoemde banken, te weten:

2. [slachtoffer 14] ;

3. [slachtoffer 20] en [slachtoffer 21] ;

4. [slachtoffer 18] ;

5. [slachtoffer 22] ;

7. [slachtoffer 23] en [slachtoffer 24] ;

8. [slachtoffer 16] en [slachtoffer 19] ;

is binnengedrongen door het aannemen van een valse hoedanigheid, te weten door het bellen van voornoemde rekeninghouders en zich voor te doen als bankmedewerker en vervolgens deze rekeninghouders te bewegen tot het installeren van het programma Anydesk (een remote desktop tool) en het accepteren van een externe (remote) verbinding met behulp waarvan verdachte en/of diens mededader(s) de computer/laptop/mobiele telefoon van voornoemde rekeninghouders heeft overgenomen en zich zodoende de toegang tot die computer/laptop/mobiele telefoon heeft verschaft en daarin is binnengedrongen en zich zodoende de toegang heeft verschaft tot de servers waar de beveiligde internetbankierenomgevingen op draaiden;

feit 3:
in de periode van 20 juli 2023 tot en met 18 december 2023 in Nederland of België meermalen, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, meerdere rekeninghouders, van de SNS bank en Regiobank en de ING bank en Rabobank en de ABN AMRO bank en KBC bank en de ASN bank en een of meer andere banken, te weten

1. [slachtoffer 25] ;

2. [slachtoffer 26] ;

3. [slachtoffer 27] ;

5. [slachtoffer 7] ;

6. [slachtoffer 14] ;

7. [slachtoffer 20] en [slachtoffer 21] ;

8. [slachtoffer 1] ;

9. [slachtoffer 8] ;

10. [slachtoffer 28] ;

11. [slachtoffer 22] ;

12. [slachtoffer 29] ;

13. [slachtoffer 16] en [slachtoffer 19] ;

14. [slachtoffer 2] ;

15. [slachtoffer 5] ;

16. [slachtoffer 30] ;

17. [slachtoffer 31] ;

18. [slachtoffer 32] ;

19. [slachtoffer 33] ;

20. [slachtoffer 34] ;

21. [slachtoffer 35] ;

22. [slachtoffer 15] ;

24. [slachtoffer 36] ;

25. [slachtoffer 37] ;

26. [slachtoffer 38] ;

27. [slachtoffer 18] ;

28. [slachtoffer 39] ;

29. [slachtoffer 40] ;

30. [slachtoffer 23] en [slachtoffer 24] ;

31. [slachtoffer 41] ;

32. [slachtoffer 42] ;

33. [slachtoffer 43] ;

34. [slachtoffer 44] ;

heeft bewogen tot de afgifte van enig geldbedrag en enig goed en het ter beschikking stellen van (inlog)gegevens (waaronder pincodes) van hun bankaccounts, door:

- voornoemde rekeninghouders te bellen en (vervolgens) zich voor te doen als een bankmedewerker en de politie en (vervolgens)
- voornoemde rekeninghouders te vertellen dat er een groep fraudeurs actief is en dat er iets aan de hand is met de betaalrekening en dat er fraude was gepleegd en gerommeld met hun bankrekening en dat hun bankrekening was gehackt en geblokkeerd (moest worden) en dat er een cyberaanval bezig was en dat er criminelen langs konden komen en (vervolgens)
- voornoemde rekeninghouders te vertellen dat er een medewerker van de bank of politie langs zou komen om de bankpasen en creditcards en sieraden en mobiele telefoons en tablets en andere (waardevolle) voorwerpen op te halen, teneinde deze veilig in een kluis te leggen, en voornoemde rekeninghouders te vragen de pincode in te spreken en (vervolgens)
- bij de woning van voornoemde rekeninghouders langs te gaan en zich voor te doen als medewerker van de bank of politie en daar om afgifte van voornoemde bankpassen en creditcards en sieraden en mobiele telefoons en andere (waardevolle) voorwerpen te vragen en daarbij een code te noemen, en (vervolgens)
- in de internetbankierenomgeving een betaling klaar te zetten voor voornoemde rekeninghouders en (vervolgens) voornoemde rekeninghouders te bewegen tot het uitvoeren van de transactie, waarna voornoemde rekeninghouders werden bewogen tot de afgifte van geld (middels digitale overschrijving) en bankpassen en creditcards en sieraden en mobiele telefoons en/of tablet en beelden/kunstwerken en andere (waardevolle) voorwerpen en het ter beschikking stellen van voornoemde (inlog)gegevens;
feit 4:
in of omstreeks de periode van 20 juli 2023 tot en met 16 december 2023 in Nederland of België, tezamen en in vereniging met een of meer anderen meer geldbedragen en goederen, te weten bankpassen en creditcards en sieraden en mobiele telefoons en tablets en beelden/kunstwerken en andere (waardevolle) voorwerpen, welke
geldbedragen en goederen, geheel of ten dele toebehoorden aan rekeninghouders, van de SNS bank en de ING bank en Rabobank en de ABN AMRO bank en KBC bank en de ASN bank en andere banken, te weten

1. [slachtoffer 25] ;

2. [slachtoffer 26] ;

3. [slachtoffer 27] ;

4. [slachtoffer 7] ;

5. [slachtoffer 20] en [slachtoffer 21] ;

6. [slachtoffer 1] ;

7. [slachtoffer 28] ;

8. [slachtoffer 22] ;

9. [slachtoffer 29] ;

10. [slachtoffer 16] en [slachtoffer 19] ;

11. [slachtoffer 2] ;

12. [slachtoffer 5] ;

13. [slachtoffer 30] ;

14. [slachtoffer 31] ;

15. [slachtoffer 32] ;

16. [slachtoffer 34] ;

17. [slachtoffer 35] ;

18. [slachtoffer 15] ;

19. [slachtoffer 13] ;

20. [slachtoffer 36] ;

21. [slachtoffer 37] ;

22. [slachtoffer 38] ;

24. [slachtoffer 39] ;

25. [slachtoffer 8] ;

26. [slachtoffer 42] ;

27. [slachtoffer 43] ;

28. [slachtoffer 44] ;

heeft weggenomen telkens met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, waarbij verdachte en zijn mededader(s) de weg te nemen geldbedragen onder hun bereik hebben gebracht door middel van een valse sleutel, te weten door met oplichting verkregen en door de rekeninghouders onder valse voorwendselen ingevoerde gebruikersnamen en
wachtwoorden en inloggegevens voor het inloggen op internetbankieren en het autoriseren van een betaling en autoriseren van een overboeking en door misdrijf verkregen bankpassen en pincodes, tot het gebruik waarvan verdachte en zijn mededader(s) niet gerechtigd waren, en het weg te nemen geld onder hun bereik hebben gebracht door middel van het aannemen van een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, te weten door zich onder valse naam voor te doen als een bankmedewerker en (vervolgens) de rekeninghouders te overtuigen om in te loggen op hun bankrekeningen en voornoemde rekeninghouders te bewegen tot installeren van het programma Anydesk (een remote desktop tool) en (vervolgens) transacties klaar te zetten op hun bankrekeningen en zonder toestemming van de rekeninghouders geldopnames en geldoverschrijvingen te doen en betalingen te verrichten met de bij de rekeninghouders opgehaalde bankpassen en inloggegevens;
16/337735-23
feit 1:
op 19 december 2023 te Maarssen, gemeente Stichtse Vecht, een technisch hulpmiddel dat hoofdzakelijk geschikt gemaakt en ontworpen is tot het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 138ab eerste lid, 138b of 139c Wetboek van strafrecht, voorhanden heeft gehad, met het oogmerk dat daarmee een van die misdrijven werd gepleegd, immers heeft verdachte phisingpanels van onder meer de nagebootste websites Fluvius, ING, Bpost, Argenta bank, AXA, Belfius bank, Beo bank, BNP Paribas Fortis, Crelan bank, KBC bank, Fintro, Pay Coniq, Verificatie.me en Itsme en phishing
panels met de namen [naam] , [file] en [naam] en andere phishing panels en een of meer programma(’s) ten behoeve van het geautomatiseerd doorgeven van gegevens, welke zijn verkregen middels voornoemde phisingpanels, voorhanden gehad;
feit 2:
in de periode van 20 tot en met 21 november 2023 te Wassenaar en Zeist, tezamen en in vereniging met een of meer anderen met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 4] heeft bewogen tot de afgifte van een bankpas en een mobiele telefoon van het merk Samsung en diverse sieraden en het ter beschikking stellen van (inlog)gegevens (waaronder een pincode) van haar bankaccount en de gegevens van haar creditcard, door:
- die [slachtoffer 4] te bellen en vervolgens
- zich voor te doen als een bankmedewerker en de politie en vervolgens
- die [slachtoffer 4] te vertellen dat er een Duitse bende actief was en dat de ING-bank daarom alles moest blokkeren en vervolgens
- die [slachtoffer 4] te vertellen dat er een medewerker van de bank langs zou komen om de bankpas en sieraden en mobiele telefoon op te halen, teneinde deze veilig in een kluis in Rotterdam te leggen en vervolgens
- die [slachtoffer 4] te vragen alle voornoemde voorwerpen in grote enveloppen te doen en
- bij de woning van die [slachtoffer 4] langs te gaan en zich voor te doen als medewerker van de bank en daar om afgifte van voornoemde bankpas en sieraden en mobiele telefoon te vragen en zich daar te legitimeren met een ophaalcode, waarna die [slachtoffer 4] werd bewogen tot de afgifte van een bankpas en sieraden en een mobiele telefoon en de voornoemde gegevens waardoor die [slachtoffer 4] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
feit 3:
in de periode van 20 tot en met 21 november 2023 te Wassenaar en Zeist, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, meerdere geldbedragen die geheel of ten dele aan [slachtoffer 4] en/of [benadeelde] B.V, toebehoorden, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en zijn mededaders die weg te nemen goederen onder hun bereik hebben gebracht door middel van een valse sleutel, te weten
-met een door misdrijf verkregen bankpas en pincode en gegevens van het bankaccount van die [slachtoffer 4] en/of [benadeelde] B.V. en zonder toestemming gebruik te maken van de bankpas van die [slachtoffer 4] en/of [benadeelde] B.V. en/of de (bij de bankpas horende) pincode en
-door (vervolgens) geldopnames te doen en betalingen te verrichten en aankopen te doen en het overschrijven van geldbedragen,
tot het gebruik waarvan hij, verdachte en zijn mededaders niet gerechtigd waren.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
feit 1 van parketnummer van parketnummer 16/068200-24 en feit 1 van parketnummer 16/337735-23:
eendaadse samenloop van
voorwerpen en gegevens voorhanden hebben waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van een in artikel 311, artikel 317 en artikel 326 omschreven misdrijf, terwijl het feit betrekking heeft op de verkrijging van een niet-contant betaalinstrument
en
met het oogmerk dat daarmee een misdrijf als bedoeld in artikel 138ab, eerste lid, 138b of 139c van het Wetboek van Strafrecht wordt gepleegd, een technisch hulpmiddel dat hoofdzakelijk geschikt gemaakt of ontworpen is tot het plegen van een zodanig misdrijf, voorhanden hebben;
feit 2 van parketnummer 16/068200-24:
medeplegen van computervredebreuk, meermalen gepleegd;
feit 3 van parketnummer 16/068200-24:
medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd;
feit 4 van parketnummer 16/068200-24:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels en het aannemen van een valse naam of een valse hoedanigheid of door listige kunstgrepen en een samenweefsel van verdichtsels, meermalen gepleegd.
feit 2 van parketnummer 16/337735-23:
medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd;
feit 3 van parketnummer 16/337735-23:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels en het aannemen van een valse naam of een valse hoedanigheid of door listige kunstgrepen en een samenweefsel van verdichtsels.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie vordert verdachte ter zake van het door de officier van justitie bewezen geachte te veroordelen tot een gevangenisstraf van 4 jaren, met aftrek van het voorarrest, waarvan een gedeelte van 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, met de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering, met uitzondering van het contactverbod met de slachtoffers.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging verzoekt de rechtbank een groot gedeelte van de straf voorwaardelijk op te leggen, zodat verdachte de hulp kan krijgen die hij nodig heeft. Verdachte is first offender en hij had een beperkte, faciliterende rol bij de strafbare feiten. Gezien de relatief beperkte hoogte van het schadebedrag moet, gelet op de straffen die in vergelijkbare zaken worden opgelegd, verdachte een aanzienlijk lagere straf worden opgelegd dan door de officier van justitie is gevorderd.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
Ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd
Verdachte heeft zich samen met anderen schuldig gemaakt aan oplichting van een groot aantal slachtoffers. Hij en zijn mededaders hebben de slachtoffers gebeld en zich voorgedaan als (helpdesk)medewerker van de bank en hen wijs gemaakt dat hun bankrekeningen waren gehackt of dat hiermee werd gefraudeerd. Op slinkse wijze werden slachtoffers gemanipuleerd om hun bankpassen met pincodes af te geven. Sommige slachtoffers werden overgehaald om het programma AnyDesk op hun device te installeren, waarmee verdachte en zijn mededaders vervolgens op afstand handelingen op de bankrekeningen van de slachtoffers konden verrichten. Verdachte heeft zich daarna ook schuldig gemaakt aan het in vereniging plegen van diefstal, al dan niet met valse sleutel, door geld, bankpassen en kostbare spullen bij de slachtoffers thuis op te halen en geld van hun rekening te pinnen of over te schrijven. Bij een groot deel van de slachtoffers hebben verdachte en zijn mededaders zich hierbij voorgedaan als medewerkers van de politie, waarbij soms ook een politie-uniform werd gebruikt. De frequentie waarmee verdachte en zijn mededaders de strafbare feiten pleegden, was hoog. De rechtbank rekent verdachte deze brutale, doortrapte en stelselmatige wijze van handelen ernstig aan.
Verdachte heeft met zijn handelen het vertrouwen in de medemens en in bankinstellingen geschaad. De rechtbank vindt het extra kwalijk dat verdachte ook het vertrouwen dat men in openbare instanties zoals de politie moet kunnen hebben, heeft geschaad. Verdachte heeft enkel oog gehad voor zijn eigen financiële gewin en hij is hierbij onverschillig geweest voor de gevolgen voor de slachtoffers. Dit blijkt ook uit de foto’s die zijn gevonden op de onderzochte devices, waarbij verdachte poserend met stapels geld te zien is. Uit de aangiftes en de toelichtingen bij de vorderingen van de benadeelde partijen blijkt dat verdachte en zijn mededaders bij de slachtoffers veel stress en angst hebben veroorzaakt. Verdachte en zijn mededaders hebben niet alleen geld en kostbaarheden van de slachtoffers afgenomen, maar ook hun gevoel van vertrouwen en veiligheid.
Daarnaast heeft verdachte ook verschillende phishingpanels voorhanden gehad. Uit het dossier blijkt ook dat verdachte deze phishingpanels en onder andere ook persoonsgegevens van mogelijke slachtoffers en belscripts voor oplichting middels bankhelpdeskfraude met anderen heeft gedeeld. De rechtbank vindt het zeer kwalijk dat verdachte hiermee ook heeft bijgedragen aan de mogelijke oplichting van toekomstige slachtoffers.
Persoon van verdachte
De rechtbank heeft bij het bepalen van de straf gekeken naar het strafblad van verdachte van 31 mei 2024. Hieruit blijkt dat verdachte in 2019 is veroordeeld voor een vermogensfeit. Nu dit feit van een andere orde is dan de feiten waar verdachte zich nu schuldig aan heeft gemaakt, zal de rechtbank dit niet als strafverzwarend meewegen.
De rechtbank heeft ook gekeken naar het ten behoeve van verdachte uitgebrachte reclasseringsadvies van 11 september 2024. De reclassering schrijft dat verdachte overkomt als een man die niet het achterste van zijn tong laat zien en zijn leven mooier lijkt te schetsten dan het in werkelijkheid is. Hij vertelt tegenstrijdige verhalen over zichzelf en zijn leven, waardoor de reclassering geen goed beeld van hem heeft kunnen krijgen. Gezien de aard en de gevolgen van de delicten en de tegenstrijdigheden die betrokkene over zichzelf en zijn situatie vertelt, vindt de reclassering diagnostiek en behandeling geïndiceerd. Verdachte heeft momenteel geen werk en inkomen en heeft schulden. Omdat verdachte zich op het moment van opstellen van het rapport nog deels op zijn zwijgrecht had beroepen, kon de reclassering geen gedegen inschatting geven van het recidiverisico. De reclassering schrijft dat verdachte onder de indruk lijkt te zijn van zijn detentieperiode. De motivatie tot het voorkomen van detentie in de toekomst kan een lagere kans op recidive met zich meebrengen. De reclassering kan het risico op onttrekken aan de voorwaarden niet inschatten, nu er tot nu toe nog maar een paar contactmomenten zijn geweest. Verdachte kwam de gemaakte afspraken wel goed na en zegt zelf overal aan mee te willen en zullen werken. De reclassering adviseert om een (deels) voorwaardelijke straf op te leggen met als bijzondere voorwaarden een meldplicht, ambulante behandeling, een contactverbod met de slachtoffers en een contactverbod met medeverdachte [medeverdachte] .
Ter terechtzitting van 18 september 2024 heeft verdachte aangegeven dat hij openstaat voor hulp vanuit de reclassering. Hij heeft geen hulp nodig voor zijn alcohol en cannabisgebruik omdat hij deze middelen niet meer gebruikt. Voor zijn schulden had hij voor zijn detentie regelingen getroffen.
De straf
De rechtbank is op grond van de hiervoor besproken ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd van oordeel dat niet kan worden volstaan met een andere dan een vrijheidsbenemende straf. De rechtbank heeft gekeken naar de landelijke oriëntatiepunten voor de strafoplegging (LOVS) voor fraude. De rechtbank is echter van oordeel dat die in dit geval onvoldoende recht doen aan de ernst van de feiten. Daarom is gekeken wat andere rechtsprekende instanties hebben opgelegd voor dit soort feiten.
In strafverzwarende zin heeft de rechtbank meegewogen dat verdachte met zijn handelen veel slachtoffers heeft gemaakt, dat de feiten met een hoge frequentie en met een zekere bedrijfsmatigheid werden gepleegd en dat sprake is van een aanzienlijk schadebedrag. De rechtbank weegt hierin ook mee dat uit het dossier blijkt dat verdachte hier niet enkel een faciliterende rol in heeft gehad en dat hij met het voorhanden hebben van phishingpanels en leadlijsten heeft bijgedragen aan de instandhouding van een systeem dat dit soort oplichtingen mogelijk en gemakkelijk maakt.
Alles overwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 40 maanden, met aftrek van de duur van het voorarrest, waarvan 10 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar passend en geboden. De rechtbank zal aan het voorwaardelijke deel van de straf de bijzondere voorwaarden van een meldplicht en het meewerken aan ambulante behandeling verbinden. De rechtbank zal geen contactverbod met de slachtoffers opleggen, nu uit het dossier en uit de verklaring van verdachte niet blijkt dat gevreesd moet worden dat verdachte dit contact zal opzoeken. Ook blijkt de wens voor een contactverbod niet uit de door de slachtoffers ingediende vorderingen en opgestelde slachtofferverklaringen. De rechtbank zal ook geen contactverbod opleggen met medeverdachte [medeverdachte] , nu zij hier geen reden voor ziet.

9.BESLAG

Over de volgende in beslag genomen goederen dient de rechtbank bij dit vonnis te beslissen:
  • Sharkoon desktop (798815)
  • Samsung telefoon (798808);
  • rode iPhone 14 (798809):
  • Dell laptop (798811);
  • Dell laptop (798816).
9.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie vordert dat de rechtbank:
  • de Sharkoon desktop, de Samsung telefoon, de rode iPhone 14 en de Dell laptop (798811) verbeurd zal verklaren;
  • de Dell laptop (798816) zal onttrekken aan het verkeer.
9.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman verzoekt de rechtbank om de Dell laptop (798816) terug te geven aan verdachte, nu er geen concrete aanwijzingen zijn dat de laptop gebruikt is of gebruikt zal worden voor het plegen van strafbare feiten. Voor de rest refereert de verdediging zich aan het oordeel van de rechtbank.
9.3
Het oordeel van de rechtbank
Verbeurdverklaring
De rechtbank zal de in beslag genomen voorwerpen, te weten:
  • Sharkoon desktop (798815);
  • Samsung telefoon (798808);
  • rode iPhone 14 (798809):
  • Dell laptop (798811);
verbeurd verklaren. Met betrekking tot of met behulp van deze voorwerpen is het bewezen verklaarde begaan.
Onttrekking aan het verkeer
De rechtbank zal het in beslag genomen voorwerp, te weten de Dell laptop (798816) onttrekken aan het verkeer, nu dit voorwerp van zodanige aard is dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of met het algemeen belang. Het is (de politie) niet gelukt dit device open te krijgen en de inhoud te ontsluiten. Bewezenverklaard is dat verdachte zich onder meer bezig hield met oplichting en diefstal, waarbij door hem gebruik is gemaakt van meerdere computers en telefoons. Gelet op de strafbare of aan ‘bankhelpdeskfraude’ gerelateerde informatie die op de devices van verdachte is aangetroffen, is de rechtbank van oordeel dat er voldoende aanleiding is te veronderstellen dat ook deze laptop bestemd was tot het plegen van een strafbaar feit.

10.BENADEELDE PARTIJ

10.1
Algemene overwegingen vooraf
Schadevergoedingsmaatregel
Vooruitlopend op de beoordeling van de vorderingen van de verschillende benadeelde partijen overweegt de rechtbank dat zij de schadevergoedingsmaatregel zal opleggen bij toe te wijzen vorderingen van natuurlijke personen. De schadevergoedingsmaatregel is er namelijk om natuurlijke personen te ontlasten bij de inning van een schadevergoeding. Een rechtspersoon mag in beginsel geacht worden zelf de wegen te kennen om een vordering te incasseren, in tegenstelling tot een natuurlijke persoon. De rechtbank ziet in deze zaak geen aanleiding om van dit beginsel af te wijken.
Met betrekking tot het bepalen van het aantal dagen gijzeling indien verdachte niet betaalt, geldt dat een redelijke wetsuitleg van artikel 60a Wetboek van Strafrecht (Sr) met zich brengt dat in geval van samenloop zoals bedoeld in artikel 57 en 58 Sr, de totale duur van de gijzeling voor de schadevergoedingsmaatregelen het in artikel 24c lid 3 Sr bepaalde maximum van één jaar niet mag overschrijden. Gelet op het totale bedrag waarvoor de schadevergoedingsmaatregelen worden opgelegd, zou het aantal dagen gijzeling het maximum van één jaar overschrijden. De rechtbank heeft daarom het aantal dagen gijzeling pro rata berekend.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade, voor zover toegewezen, naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat ten aanzien van iedere partij waar (een deel van) de vordering wordt toegewezen verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
10.2
[slachtoffer 27]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 27] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 500,-. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert dat het verzoek tot schadevergoeding volledig wordt toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman stelt zich op het standpunt dat de gevorderde immateriële schade moet worden afgewezen omdat niet gebleken is van geestelijk letsel dat voor vergoeding in aanmerking komt.
Het oordeel van de rechtbank
Immateriële schade
Volgens artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek heeft de benadeelde partij recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat indien (onder sub a) de aansprakelijke persoon het oogmerk had zodanig nadeel toe te brengen, dan wel indien (onder sub b) de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Van dit laatste is in ieder geval sprake indien de benadeelde (aantoonbaar) geestelijk letsel heeft opgelopen.
Naar het oordeel van de rechtbank brengt de aard en de ernst van de normschending door verdachte mee dat de relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde in dit geval zo voor de hand liggen dat sprake is van een aantasting in de persoon, in de zin van artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek. Verdachte en zijn mededader(s) hebben op een zeer geraffineerde wijze geld afhandig gemaakt. Gelet op alle omstandigheden en de bedragen die in vergelijkbare gevallen zijn toegekend, acht rechtbank vergoeding van een bedrag van € 500,- billijk.
Vaststaat dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 bewezen verklaarde feiten rechtstreeks schade heeft geleden. De rechtbank waardeert deze schade op € 500,- en zal de vordering tot dat bedrag toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 12 september 2023 tot de dag van volledige betaling.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 27] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 500,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 12 september 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 5 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 27] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.3
[slachtoffer 7]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 7] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 874,99. Dit bedrag bestaat uit € 374,99 aan materiële schade bestaande uit de kosten voor een beveiligingscamera (€ 99,99) en een contant geldbedrag (€ 275,-). Daarnaast wordt een bedrag van € 750,- aan immateriële schade gevorderd, ten gevolge van het aan verdachte onder 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert dat het verzoek tot schadevergoeding volledig wordt toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman voert aan dat de schadepost van het contante geldbedrag dat is opgehaald onvoldoende is onderbouwd. De gevorderde schade voor de aanschaf van beveiligingsapparatuur staat volgens de raadsman niet in rechtstreeks verband met de feiten. De raadsman stelt zich verder op het standpunt dat de gevorderde immateriële schade moet worden afgewezen omdat niet gebleken is van geestelijk letsel dat voor vergoeding in aanmerking komt.
Het oordeel van de rechtbank
Materiële schade
De rechtbank zal de post contant geldbedrag van € 275,- toewijzen , Deze post is voldoende onderbouwd nu dit in de aangifte staat vermeld en de rechtbank niet twijfelt aan de correctheid van de aangifte.
De rechtbank zal de gevorderde schade voor het plaatsen van beveiligingsapparatuur afwijzen omdat het causaal verband tussen de geleden schade (aanschaf beveiligingsapparatuur) en de gepleegde strafbare feiten onvoldoende is gebleken. De rechtbank begrijpt dat er, ten gevolge van de feiten, angstgevoelens bij de benadeelde partij zijn ontstaan. Op basis van het dossier zijn er echter geen aanwijzingen waaruit blijkt dat verdachte zich in de toekomst naar de woning van de benadeelde partij zal begeven. Nu een dergelijk gevaar voor (toekomstig) belastend gedrag van verdachte jegens benadeelde ontbreekt, bestaat er onvoldoende rechtstreeks verband tussen het bewezenverklaarde en deze gestelde schadepost.
Immateriële schade
Volgens artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek heeft de benadeelde partij recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat indien (onder sub a) de aansprakelijke persoon het oogmerk had zodanig nadeel toe te brengen, dan wel indien (onder sub b) de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Van dit laatste is in ieder geval sprake indien de benadeelde (aantoonbaar) geestelijk letsel heeft opgelopen.
Naar het oordeel van de rechtbank brengt de aard en de ernst van de normschending door verdachte mee dat de relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde in dit geval zo voor de hand liggen dat sprake is van een aantasting in de persoon, in de zin van artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek. Verdachte en zijn mededader(s) hebben op een zeer geraffineerde wijze bankgegevens afhandig gemaakt en geld. Er is sprake van een ernstige inbreuk op de persoonlijke levenssfeer omdat hij en zijn mededader(s) de benadeelde partij zelfs thuis hebben opgezocht. Gelet op alle omstandigheden en de bedragen die in vergelijkbare gevallen zijn toegekend, acht rechtbank vergoeding van een bedrag van € 500,- billijk.
Totaal
De schade voor zover die betrekking heeft op de schadeposten contant geld en immateriële schade ter hoogte van in totaal € 775,- komt voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank zal daarom de vordering tot dat bedrag toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 21 september 2023 tot de dag van volledige betaling. De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 7] voor wat betreft het meer gevorderde afwijzen.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 7] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 775,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 21 september 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 7 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 7] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.4
[slachtoffer 20]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 20] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 2.425,-. Dit bedrag bestaat uit materiële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 2, 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert dat het verzoek tot schadevergoeding volledig wordt toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman refereert zich aan het oordeel van de rechtbank.
Het oordeel van de rechtbank
Vaststaat dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 2, 3 en 4 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft geleden. De vordering van de benadeelde partij is niet door de verdediging betwist, voldoende onderbouwd en aannemelijk. De rechtbank zal de gevorderde schadevergoeding van een bedrag van € 2.425,- daarom toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 23 september 2023 tot de dag van volledige betaling.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 20] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 2.425,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 23 september 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 16 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 20] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.5
[slachtoffer 1]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 1] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 9.790,-. Dit bedrag bestaat uit € 9.040,- materiële schade en € 750,- immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert dat het verzoek tot schadevergoeding volledig wordt toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman voert aan dat het gevorderde schadebedrag voor de weggenomen sieraden onvoldoende onderbouwd is omdat de taxatie ervan gebaseerd is op omschrijvingen en foto’s van de sieraden. De raadsman verzoekt de rechtbank om dit bedrag te matigen. De raadsman stelt zich verder op het standpunt dat de gevorderde immateriële schade moet worden afgewezen omdat niet gebleken is van geestelijk letsel dat voor vergoeding in aanmerking komt.
Het oordeel van de rechtbank
Materiële schade
Naar het oordeel van de rechtbank heeft de benadeelde partij [slachtoffer 1] aangetoond dat het gevorderde bedrag van € 9.040,- materiële schade voor de weggenomen sieraden is geleden. Ter onderbouwing van het gevorderde bedrag heeft de benadeelde partij een taxatierapport bijgevoegd, waarbij de waarde van de sieraden door een taxateur is vastgesteld op basis van foto’s van (vergelijkbare) sieraden. De rechtbank is van oordeel dat de benadeelde partij hiermee alles heeft gedaan wat mogelijk en wat nodig is om de waarde van de sieraden aan te tonen. De waarde van de sieraden is door een taxateur, een deskundige, gewaardeerd en de rechtbank heeft hiermee voldoende informatie om het schadebedrag op dat bedrag vast te stellen.
Immateriële schade
Volgens artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek heeft de benadeelde partij recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat indien (onder sub a) de aansprakelijke persoon het oogmerk had zodanig nadeel toe te brengen, dan wel indien (onder sub b) de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Van dit laatste is in ieder geval sprake indien de benadeelde (aantoonbaar) geestelijk letsel heeft opgelopen.
Naar het oordeel van de rechtbank brengt de aard en de ernst van de normschending door verdachte mee dat de relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde in dit geval zo voor de hand liggen dat sprake is van een aantasting in de persoon, in de zin van artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek. Verdachte en zijn mededader(s) hebben op een zeer geraffineerde wijze bankgegevens, geld en waardevolle sieraden afhandig gemaakt. Er is sprake van een ernstige inbreuk op de persoonlijke levenssfeer omdat hij en zijn mededader(s) de benadeelde partij zelfs thuis hebben opgezocht. Gelet op alle omstandigheden en de bedragen die in vergelijkbare gevallen zijn toegekend, acht rechtbank vergoeding van een bedrag van € 500,- billijk.
Totaal
De schade ter hoogte van in totaal € 9.540,- komt voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank zal daarom de vordering tot dat bedrag toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 10 oktober 2023 tot de dag van volledige betaling.
De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] voor wat betreft het meer gevorderde afwijzen.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 1] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 9.540,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 10 oktober 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 40 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.6
[slachtoffer 8]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 8] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 750,- Dit bedrag bestaat uit immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 3 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie heeft geen standpunt ingenomen over de hoogte van het toe te wijzen schadebedrag. De officier van justitie heeft wel gevorderd de wettelijke rente toe te passen en de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
De raadsman stelt zich op het standpunt dat de gevorderde immateriële schade moet worden afgewezen omdat niet gebleken is van geestelijk letsel dat voor vergoeding in aanmerking komt.
Het oordeel van de rechtbank
Volgens artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek heeft de benadeelde partij recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat indien (onder sub a) de aansprakelijke persoon het oogmerk had zodanig nadeel toe te brengen, dan wel indien (onder sub b) de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Van dit laatste is in ieder geval sprake indien de benadeelde (aantoonbaar) geestelijk letsel heeft opgelopen.
Naar het oordeel van de rechtbank brengt de aard en de ernst van de normschending door verdachte mee dat de relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde in dit geval zo voor de hand liggen dat sprake is van een aantasting in de persoon, in de zin van artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek. Verdachte en zijn mededader(s) hebben op een zeer geraffineerde wijze bankgegevens en geld afhandig gemaakt. Er is sprake van een ernstige inbreuk op de persoonlijke levenssfeer omdat hij en zijn mededader(s) de benadeelde partij zelfs thuis hebben opgezocht. Gelet op alle omstandigheden en de bedragen die in vergelijkbare gevallen zijn toegekend, acht rechtbank vergoeding van een bedrag van € 500,- billijk.
De rechtbank zal de vordering tot het bedrag van € 500,- toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 11 oktober 2023 tot de dag van volledige betaling.
De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 8] voor wat betreft het meer gevorderde afwijzen.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 8] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 500,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 11 oktober 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 5 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 8] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.7
[slachtoffer 9]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 9] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 750,-. Dit bedrag bestaat uit immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 3 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert dat het verzoek tot schadevergoeding volledig wordt toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman refereert zich aan het oordeel van de rechtbank.
Het oordeel van de rechtbank
[slachtoffer 9] vordert immateriële schade voor de oplichting van zijn partner [slachtoffer 8] en hem. Uit de aangifte van zijn [slachtoffer 8] kan de rechtbank echter niet opmaken of de benadeelde partij daadwerkelijk bij de oplichting aanwezig was en in hoeverre het handelen van verdachte de benadeelde partij heeft aangetast in zijn persoon. De rechtbank kan hierdoor niet vaststellen of de gevorderde immateriële schade in voldoende rechtstreeks causaal verband staat tot de onder feit 3 bewezenverklaarde oplichting van zijn partner [slachtoffer 8] . De rechtbank zal benadeelde partijen [slachtoffer 9] daarom niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.
Proceskosten
Nu de benadeelde partij niet-ontvankelijk wordt verklaard in haar vordering, zullen proceskosten worden gecompenseerd, in die zin dat ieder de eigen kosten draagt.
10.8
[slachtoffer 28]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 28] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 2.201,-. Dit bedrag bestaat uit materiële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert dat het verzoek tot schadevergoeding volledig wordt toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman stelt zich op het standpunt dat de vordering onvoldoende is onderbouwd.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de post schade Visa met het bijgevoegde rekeningafschrift voldoende is onderbouwd voor een bedrag van € 1.850,-.
De post Samsung telefoon ter hoogte van € 251,- is onvoldoende onderbouwd. De rechtbank zal de benadeelde partij voor dat deel van de vordering niet-ontvankelijk verklaren
De schade voor zover die betrekking heeft op de schadepost Visa ter hoogte van in totaal € 1.850,- komt voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank zal daarom de vordering tot dat bedrag toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente. Deze wordt berekend over het bedrag van € 550,- vanaf 23 oktober 2023 en over het bedrag van € 1.300,- vanaf 24 oktober 2023
,tot de dag van volledige betaling.
De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 28] voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk verklaren.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 28] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 1.850,-te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente over het bedrag van € 550,- vanaf 23 oktober 2023 en over het bedrag van € 1.300,- vanaf 24 oktober 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 14 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 28] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.9
[slachtoffer 16]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 16] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 3.479,-. Dit bedrag bestaat uit materiële schade en ten gevolge van het aan verdachte onder 2, 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert dat het verzoek tot schadevergoeding volledig wordt toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman stelt zich op het standpunt dat de vordering onvoldoende is onderbouwd. De gevorderde schade voor de aanschaf van beveiligingsapparatuur staat volgens de raadsman niet in rechtstreeks verband met de feiten.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de schadepost van de door verdachte gekochte TV van € 2.727,- met het bijgevoegde rekeningafschrift voldoende is onderbouwd en zal de vordering voor dat bedrag toewijzen.
De rechtbank zal de gevorderde schade voor de aanschaf van het alarmsysteem afwijzen omdat het causaal verband tussen de geleden schade (aanschaf alarmsysteem) en de gepleegde strafbare feiten onvoldoende is gebleken. De rechtbank begrijpt dat er, ten gevolge van de feiten, angstgevoelens bij de benadeelde partij zijn ontstaan. Op basis van het dossier zijn er echter geen aanwijzingen waaruit blijkt dat verdachte zich in de toekomst naar de woning van de benadeelde partij zal begeven. Nu een dergelijk gevaar voor (toekomstig) belastend gedrag van verdachte jegens benadeelde ontbreekt, bestaat er onvoldoende rechtstreeks verband tussen het bewezenverklaarde en deze gestelde schadepost.
De rechtbank zal de vordering tot het bedrag van € 2.727,- toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 13 november 2023 tot de dag van volledige betaling. De rechtbank zal de vordering voor wat betreft het meer gevorderde afwijzen.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 16] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 2.727,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 13 november 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 18 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 16] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.1
[slachtoffer 2] en [slachtoffer 3]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] hebben zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vorderen een bedrag van € 152.66,43. Dit bedrag bestaat uit € 151.915,43 materiële schade en € 750,- immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier vordert dat de post beveiligingskosten van € 1.915,43 en de gevorderde immateriële schade van € 750,- worden toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente, en de post weggenomen sieraden van € 150.000,- op verzoek van de benadeelde partijen niet ontvankelijk wordt verklaard. De officier van justitie vordert bovendien oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De gevorderde schade voor de aanschaf van beveiligingsapparatuur staat volgens de raadsman niet in rechtstreeks verband met de feiten. De raadsman stelt zich op het standpunt dat de gevorderde immateriële schade moet worden afgewezen, omdat niet gebleken is van geestelijk letsel dat voor vergoeding in aanmerking komt.
Het oordeel van de rechtbank
Materiële schade
De rechtbank zal de gevorderde schade voor de weggenomen sieraden op verzoek van de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaren, nu deze post dit moment ook onvoldoende is onderbouwd.
De rechtbank zal de gevorderde schade voor het plaatsen van beveiligingsapparatuur afwijzen omdat het causaal verband tussen de geleden schade (aanschaf beveiligingsapparatuur) en de gepleegde strafbare feiten onvoldoende is gebleken. De rechtbank begrijpt dat er, ten gevolge van de feiten, angstgevoelens bij de benadeelde partij zijn ontstaan. Op basis van het dossier zijn er echter geen aanwijzingen waaruit blijkt dat verdachte zich in de toekomst naar de woning van de benadeelde partij zal begeven. Nu een dergelijk gevaar voor (toekomstig) belastend gedrag van verdachte jegens benadeelde ontbreekt, bestaat er onvoldoende rechtstreeks verband tussen het bewezenverklaarde en deze gestelde schadepost.
Immateriële schade
Volgens artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek heeft de benadeelde partij recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat indien (onder sub a) de aansprakelijke persoon het oogmerk had zodanig nadeel toe te brengen, dan wel indien (onder sub b) de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Van dit laatste is in ieder geval sprake indien de benadeelde (aantoonbaar) geestelijk letsel heeft opgelopen.
Naar het oordeel van de rechtbank brengt de aard en de ernst van de normschending door verdachte mee dat de relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde in dit geval zo voor de hand liggen dat sprake is van een aantasting in de persoon, in de zin van artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek. Verdachte en zijn mededader(s) hebben op een zeer geraffineerde wijze bankgegevens, geld en waardevolle sieraden afhandig gemaakt. Er is sprake van een ernstige inbreuk op de persoonlijke levenssfeer omdat hij en zijn mededader(s) de benadeelde partij zelfs thuis hebben opgezocht. Gelet op alle omstandigheden en de bedragen die in vergelijkbare gevallen zijn toegekend, acht rechtbank vergoeding van een bedrag van € 500,- billijk.
Totaal
De immateriële schade komt voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank zal daarom de vordering tot het bedrag van € 500,- toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 15 november 2023 tot de dag van volledige betaling.
De rechtbank zal de benadeelde partij in haar vordering voor de sieraden van € 150.000,- niet-ontvankelijk verklaren en voor het overige afwijzen.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Nu de benadeelde partij als de overwegend in het ongelijk gestelde partij moet worden beschouwd, zal de benadeelde partij in de kosten van verdachte worden veroordeeld. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 500,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 15 november 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 5 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.11
[slachtoffer 5]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 5] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 7.163,75. Dit bedrag bestaat uit € 6.413,75 materiële schade en € 750,- immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier vordert dat de post weggenomen kunst en sieraden van € 4.915,75 en de gevorderde immateriële schade van € 750,- worden toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente, en de post restbedrag sieraden van € 1.500,- op verzoek van de benadeelde partijen niet-ontvankelijk wordt verklaard. De officier van justitie vordert bovendien oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman voert aan dat het gevorderde schadebedrag voor de weggenomen sieraden onvoldoende is onderbouwd, omdat de taxatie ervan gebaseerd is op omschrijvingen en foto’s van de sieraden. De raadsman verzoekt de rechtbank om uit te gaan van de waarde van de sieraden zoals deze door de verzekering is uitgekeerd. De raadsman stelt zich verder op het standpunt dat de gevorderde immateriële schade moet worden afgewezen omdat niet gebleken is van geestelijk letsel dat voor vergoeding in aanmerking komt.
Het oordeel van de rechtbank
Materiële schade
De benadeelde partij vordert schadevergoeding voor de weggenomen sieraden en kunstwerken. Als onderbouwing van de vordering heeft de benadeelde partij foto’s bijgevoegd (van vergelijkbare kunstwerken en sieraden). In de daarnaast bijgevoegde schadespecificatie van de verzekering wordt echter een lager bedrag vastgesteld en vergoed voor de kunstwerken en sieraden dan de benadeelde partij in deze procedure vordert. Op basis van de door de benadeelde partij overgelegde stukken kan de rechtbank niet vaststellen of de sieraden en kunstwerken meer waard zijn dan de verzekering heeft vastgesteld en vergoed, en welk bedrag in deze procedure voor vergoeding in aanmerking zou komen. Nader onderzoek naar de precieze waarde van de weggenomen goederen zou een onevenredige belasting van het strafgeding zijn en daarom verklaart de rechtbank de benadeelde partij voor dat deel van de vordering niet-ontvankelijk.
De rechtbank zal ook de gevorderde schade voor het restbedrag sieraden conform het verzoek van de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaren, nu deze post op dit moment ook onvoldoende is onderbouwd.
Immateriële schade
Volgens artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek heeft de benadeelde partij recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat indien (onder sub a) de aansprakelijke persoon het oogmerk had zodanig nadeel toe te brengen, dan wel indien (onder sub b) de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Van dit laatste is in ieder geval sprake indien de benadeelde (aantoonbaar) geestelijk letsel heeft opgelopen.
Naar het oordeel van de rechtbank brengt de aard en de ernst van de normschending door verdachte mee dat de relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde in dit geval zo voor de hand liggen dat sprake is van een aantasting in de persoon, in de zin van artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek. Verdachte en zijn mededader(s) hebben op een zeer geraffineerde wijze bankgegevens, geld en waardevolle sieraden afhandig gemaakt. Er is sprake van een ernstige inbreuk op de persoonlijke levenssfeer omdat hij en zijn mededader(s) de benadeelde partij zelfs thuis hebben opgezocht. Gelet op alle omstandigheden en de bedragen die in vergelijkbare gevallen zijn toegekend, acht rechtbank vergoeding van een bedrag van € 500,- billijk.
Totaal
De schade voor zover die betrekking heeft op de immateriële schade ter hoogte van in totaal € 500,- komt voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank zal daarom de vordering tot dat bedrag toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 18 november 2023 tot de dag van volledige betaling.
De benadeelde partij heeft meer gevorderd voor de materiële schade dan de rechtbank zal toewijzen. De behandeling van de vordering levert voor dat deel een onevenredige belasting van het strafgeding op. De rechtbank zal daarom de benadeelde partij in dat deel van de vordering niet-ontvankelijk verklaren en bepalen dat de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij voor de meer gevorderde immateriële schade afwijzen.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte en de benadeelde partij zijn beiden te beschouwen als de (gedeeltelijk) in het ongelijk gestelde partij. Om die reden zullen de kosten worden gecompenseerd, in die zin dat ieder de eigen kosten draagt.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 5] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 500,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 18 november 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 5 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 5] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.12
[slachtoffer 15]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 15] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 10.257,-. Dit bedrag bestaat uit materiële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie heeft geen standpunt ingenomen over de hoogte van het toe te wijzen schadebedrag. De officier van justitie heeft wel gevorderd de wettelijke rente toe te passen en de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
De raadsman stelt zich op het standpunt dat de vordering onvoldoende is onderbouwd.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de gevorderde schade voor een bedrag van € 10.256,25 met het bijgevoegde rekeningafschrift voldoende is onderbouwd en zal de vordering voor dat bedrag toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 4 december 2023 tot de dag van volledige betaling. De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 15] voor wat betreft het meer gevorderde afwijzen.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 15] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 10.256,25, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 4 december 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 41 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 15] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.13
[slachtoffer 13]
De rechtbank zal de benadeelde partij [slachtoffer 13] niet-ontvankelijk verklaren in de vordering nu verdachte wordt vrijgesproken van de oplichting en diefstal van deze benadeelde partij.
Nu de benadeelde partij niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn vordering, zal de benadeelde partij in de kosten van verdachte worden veroordeeld voor zover deze betrekking hebben op het verweer tegen de vordering. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
10.14
[slachtoffer 37]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 37] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 6.352,99. Dit bedrag bestaat uit € 5.352,99 materiële schade en € 1.000,- immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier vordert dat posten weggenomen geld en in rekening gebrachte dossierkosten van de bank ter hoogte van € 4.832,99 en de gevorderde immateriële schade tot een bedrag van € 500,- worden toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente. De officier van justitie vordert bovendien oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman stelt zich op het standpunt dat de vordering onvoldoende is onderbouwd. De raadsman stelt zich verder op het standpunt dat de gevorderde immateriële schade moet worden afgewezen omdat niet gebleken is van geestelijk letsel dat voor vergoeding in aanmerking komt.
Het oordeel van de rechtbank
Materiële schade
De rechtbank is van oordeel dat de schadeposten ontvreemde bedragen en bankkosten van in totaal € 4.832,99 met de bijgevoegde rekeningafschriften voldoende zijn onderbouwd en de rechtbank zal de vordering voor dat bedrag toewijzen.
De overige gevorderde materiële schade is onvoldoende onderbouwd en de rechtbank zal de vordering voor dat deel niet-ontvankelijk verklaren.
Immateriële schade
Volgens artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek heeft de benadeelde partij recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat indien (onder sub a) de aansprakelijke persoon het oogmerk had zodanig nadeel toe te brengen, dan wel indien (onder sub b) de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Van dit laatste is in ieder geval sprake indien de benadeelde (aantoonbaar) geestelijk letsel heeft opgelopen.
Naar het oordeel van de rechtbank brengt de aard en de ernst van de normschending door verdachte mee dat de relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde in dit geval zo voor de hand liggen dat sprake is van een aantasting in de persoon, in de zin van artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek. Verdachte en zijn mededader(s) hebben op een zeer geraffineerde wijze geld afhandig gemaakt. Gelet op alle omstandigheden en de bedragen die in vergelijkbare gevallen zijn toegekend, acht rechtbank vergoeding van een bedrag van € 500,- billijk.
Totaal
De schade voor zover die betrekking heeft op de schadepost ontvreemde bedragen, dossierkosten bank en de immateriële schade ter hoogte van in totaal € 5.332,99 komt voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank zal daarom de vordering tot dat bedrag toewijzen,
te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente. Deze wordt berekend over het bedrag van € 500,- vanaf 1 december 2023 en over het bedrag van € 4.782,99 vanaf 2 december 2023 en over het bedrag van € 50,- vanaf 14 december 2023 tot de dag van volledige betaling.
De rechtbank zal de benadeelde partij in de vordering voor het meer gevorderde materiële schade niet-ontvankelijk verklaren. De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij voor de meer gevorderde immateriële schade afwijzen.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 37] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 5.332,99, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente over het bedrag van € 500,- vanaf 1 december 2023 en over het bedrag van € 4.782,99 vanaf 2 december 2024 en over het bedrag van € 50,- vanaf 14 december 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 30 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 37] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.15
[slachtoffer 38]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 38] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 2.197,-. Dit bedrag bestaat uit materiële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert dat het verzoek tot schadevergoeding volledig wordt toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman refereert zich aan het oordeel van de rechtbank.
Het oordeel van de rechtbank
Vaststaat dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 3 en 4 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft geleden. De rechtbank zal de vordering geheel toewijzen, nu deze voldoende is onderbouwd en ook niet is betwist. De rechtbank zal de vordering van € 2.197,- toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente. Deze wordt berekend over het bedrag van € 673,- vanaf 12 december 2023 en over het bedrag van € 1.524,- vanaf 13 december 2023, tot de dag van volledige betaling.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 38] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 2.197,- toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente. Deze wordt berekend over het bedrag van € 673,- vanaf 12 december 2023 en over het bedrag van € 1.524,- vanaf 13 december 2023, tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 15 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 38] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.16
[slachtoffer 6]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 6] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 869,98. Dit bedrag bestaat uit € 119,98 materiële schade en € 750,- immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 3 en 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert dat het verzoek tot schadevergoeding volledig wordt toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De gevorderde schade voor de aanschaf van beveiligingsapparatuur staat volgens de raadsman niet in rechtstreeks verband met de feiten. De raadsman stelt zich verder op het standpunt dat de gevorderde immateriële schade moet worden afgewezen omdat niet gebleken is van geestelijk letsel dat voor vergoeding in aanmerking komt.
Het oordeel van de rechtbank
Materiële schade
De rechtbank zal de gevorderde schade voor de aanschaf van beveiligingscamera’s afwijzen omdat het causaal verband tussen de geleden schade (aanschaf beveiligingscamera’s) en de gepleegde strafbare feiten onvoldoende is gebleken. De rechtbank begrijpt dat er, ten gevolge van de feiten, angstgevoelens bij de benadeelde partij zijn ontstaan. Op basis van het dossier zijn er echter geen aanwijzingen waaruit blijkt dat verdachte zich in de toekomst naar de woning van de benadeelde partij zal begeven. Nu een dergelijk gevaar voor (toekomstig) belastend gedrag van verdachte jegens benadeelde ontbreekt, bestaat er onvoldoende rechtstreeks verband tussen het bewezenverklaarde en deze gestelde schadepost.
Immateriële schade
Volgens artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek heeft de benadeelde partij recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat indien (onder sub a) de aansprakelijke persoon het oogmerk had zodanig nadeel toe te brengen, dan wel indien (onder sub b) de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Van dit laatste is in ieder geval sprake indien de benadeelde (aantoonbaar) geestelijk letsel heeft opgelopen.
Naar het oordeel van de rechtbank brengt de aard en de ernst van de normschending door verdachte mee dat de relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde in dit geval zo voor de hand liggen dat sprake is van een aantasting in de persoon, in de zin van artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek. Verdachte en zijn mededader(s) hebben op een zeer geraffineerde wijze bankgegevens, geld en waardevolle sieraden afhandig gemaakt. Er is sprake van een ernstige inbreuk op de persoonlijke levenssfeer omdat hij en zijn mededader(s) de benadeelde partij zelfs thuis hebben opgezocht. Gelet op alle omstandigheden en de bedragen die in vergelijkbare gevallen zijn toegekend, acht rechtbank vergoeding van een bedrag van € 500,- billijk.
Totaal
De immateriële schade komt voor vergoeding in aanmerking. De rechtbank zal daarom de vordering tot het bedrag van € 500,- toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 10 november 2023 tot de dag van volledige betaling. De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij voor wat betreft het meer gevorderde afwijzen
Hoofdelijk
Verdachte is voor de schade, voor zover toegewezen, naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 6] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 500,-, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 10 november 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 5 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 6] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.17
[slachtoffer 4]
De vordering van de benadeelde partij
[slachtoffer 4] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 62.800,-. Dit bedrag bestaat uit € 62.050,- materiële schade en € 750,- immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 2 en 3 van parketnummer 16/337735-23 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert de rechtbank om het verzoek tot schadevergoeding volledig toe te wijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman voert aan dat het gevorderde schadebedrag voor de weggenomen sieraden onvoldoende onderbouwd is omdat de taxatie daarvan gebaseerd is op een oud taxatierapport en foto’s van de sieraden. De raadsman stelt zich verder op het standpunt dat de gevorderde immateriële schade moet worden afgewezen omdat niet gebleken is van geestelijk letsel dat voor vergoeding in aanmerking komt.
Het oordeel van de rechtbank
Materiële schade
Naar het oordeel van de rechtbank heeft de benadeelde partij [slachtoffer 4] aangetoond dat het gevorderde bedrag van € 62.050,- aan materiële schade voor de weggenomen sieraden en het opstellen van een taxatierapport is geleden. Ter onderbouwing van het gevorderde bedrag heeft de benadeelde partij een taxatierapport van 2024 bijgevoegd, waarbij de waarde van de sieraden door de taxateur is vastgesteld op basis van een al bestaand taxatierapport uit 1996. Daarbij heeft de benadeelde partij voor de overige weggenomen sieraden een taxatie aan de hand van foto’s bijgevoegd. De rechtbank is van oordeel dat de juwelier op basis hiervan tot een betrouwbare taxatie heeft kunnen komen. De rechtbank heeft met deze taxatierapporten voldoende informatie om het schadebedrag op dat bedrag vast te stellen en zal het gevorderde bedrag dan ook toewijzen.
Immateriële schade
Volgens artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek heeft de benadeelde partij recht op een naar billijkheid vast te stellen schadevergoeding voor nadeel dat niet in vermogensschade bestaat indien (onder sub a) de aansprakelijke persoon het oogmerk had zodanig nadeel toe te brengen, dan wel indien (onder sub b) de benadeelde lichamelijk letsel heeft opgelopen, in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Van dit laatste is in ieder geval sprake indien de benadeelde (aantoonbaar) geestelijk letsel heeft opgelopen.
Naar het oordeel van de rechtbank brengt de aard en de ernst van de normschending door verdachte mee dat de relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde in dit geval zo voor de hand liggen dat sprake is van een aantasting in de persoon, in de zin van artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek. Verdachte en zijn mededader(s) hebben op een zeer geraffineerde wijze bankgegevens, geld en waardevolle sieraden afhandig gemaakt. Er is sprake van een ernstige inbreuk op de persoonlijke levenssfeer omdat hij en zijn mededader(s) de benadeelde partij zelfs thuis hebben opgezocht. Gelet op alle omstandigheden en de bedragen die in vergelijkbare gevallen zijn toegekend, acht rechtbank vergoeding van een bedrag van € 500,- billijk.
Totaal
Vaststaat dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 1 en 2 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft geleden. De rechtbank waardeert deze schade op € 62.550,- en zal de vordering tot dat bedrag toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 20 november 2023 tot de dag van volledige betaling. De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij voor wat betreft het meer gevorderde afwijzen.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Schadevergoedingsmaatregel
Als extra waarborg voor betaling zal de rechtbank ten behoeve van [slachtoffer 4] aan verdachte de (eveneens) hoofdelijke verplichting opleggen tot betaling aan de Staat van het bedrag van € 62.550,- te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 20 november 2023 tot de dag van volledige betaling. Als door verdachte niet wordt betaald, zal deze verplichting worden aangevuld met 159 dagen gijzeling, waarbij toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft.
De betaling die is gedaan aan de Staat wordt op de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 4] in mindering gebracht. Dit geldt andersom ook indien betaling is gedaan aan de benadeelde partij.
10.18
De Volksbank N.V.
De vordering van de benadeelde partij
De Volksbank N.V. heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 9.212,16. Dit bedrag bestaat uit materiële schade ten gevolge van het aan verdachte onder 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit. Dit bedrag bestaat uit de schadeloosstelling van de klanten van De Volksbank nadat zij waren opgelicht en geld van hun rekening was gestolen. Daarnaast heeft De Volksbank kosten gemaakt voor het onderzoek naar de fraudezaken, bestaande uit de inzet van personele capaciteit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert de rechtbank om het verzoek tot schadevergoeding volledig toe te wijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman verzoekt de rechtbank om geen schadevergoedingsmaatregel op te leggen. Verder refereert de raadsman zich aan het oordeel van de rechtbank.
Het oordeel van de rechtbank
Vaststaat dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 4 van parketnummer 16/068200-24 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft geleden. De rechtbank zal de vordering wat betreft de schadeloosstelling ter hoogte van € 8.011,36 geheel toewijzen, nu deze voldoende is onderbouwd en ook niet is betwist. De rechtbank zal de gevorderde onderzoekskosten voor de slachtoffers [slachtoffer 25] , [slachtoffer 26] , [slachtoffer 27] , [slachtoffer 20] , [slachtoffer 1] , [slachtoffer 43] , [slachtoffer 44] , [slachtoffer 32] en [slachtoffer 31] ook toewijzen ter hoogte van € 1.080,-.
Totaal
De rechtbank zal de vordering tot een bedrag van € 9.091,36 toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente. Deze wordt berekend over het bedrag van €1.070,- vanaf 10 oktober 2023, over het bedrag van €1.120,- vanaf 20 september 2023, over het bedrag van € 2.120,- vanaf 9 september 2023, over het bedrag van € 2.540,75 vanaf 30 oktober 2023, over het bedrag van € 280,- vanaf 9 oktober 2023, over het bedrag van € 920,- vanaf 25 oktober 2023, over het bedrag van € 800,61 vanaf 20 oktober 2023 en over het bedrag van € 240,- vanaf 23 april 2024 tot de dag van volledige betaling.
De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij voor wat betreft het meer gevorderde afwijzen.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade, voor zover toegewezen, naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Geen schadevergoedingsmaatregel
Zoals hierboven bij 10.1 overwogen zal de rechtbank geen schadevergoedingsmaatregel opleggen.
10.19
Coöperatieve Rabobank U.A.
De vordering van de benadeelde partij
Coöperatieve Rabobank U.A. heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 2.100,-. Dit bedrag bestaat uit materiële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit. Dit bedrag bestaat uit de schadeloosstelling van de klanten van de Rabobank nadat zij waren opgelicht en geld van hun rekening was gestolen. Daarnaast heeft Rabobank kosten gemaakt voor het onderzoek naar de fraudezaken, bestaande uit de inzet van personele capaciteit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert de rechtbank om het verzoek tot schadevergoeding volledig toe te wijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman verzoekt de rechtbank om geen schadevergoedingsmaatregel op te leggen. Verder refereert de raadsman zich aan het oordeel van de rechtbank.
Het oordeel van de rechtbank
Vaststaat dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 4 van parketnummer 16/068200-24 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft geleden. De rechtbank zal de vordering geheel toewijzen, nu deze voldoende is onderbouwd en ook niet is betwist. De rechtbank zal de vordering van € 2.100,- toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 27 oktober 2023 tot de dag van volledige betaling.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Geen schadevergoedingsmaatregel
Zoals hierboven bij 10.1 overwogen zal de rechtbank geen schadevergoedingsmaatregel opleggen.
10.2
ING Bank N.V.
De vordering van de benadeelde partij
ING Bank N.V. heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 4.276,-. Dit bedrag bestaat uit materiële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert de rechtbank om het verzoek tot schadevergoeding volledig toe te wijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman verzoekt de rechtbank om geen schadevergoedingsmaatregel op te leggen. Verder refereert de raadsman zich aan het oordeel van de rechtbank.
Het oordeel van de rechtbank
Vaststaat dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 4 van parketnummer 16/068200-24 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft geleden. De rechtbank zal de vordering geheel toewijzen, nu deze voldoende is onderbouwd en ook niet is betwist. De rechtbank zal de vordering van € 4.276,- toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente vanaf 13 juni 2024 tot de dag van volledige betaling.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Geen schadevergoedingsmaatregel
Zoals hierboven bij 10.1 overwogen zal de rechtbank geen schadevergoedingsmaatregel opleggen.
10.21
ABN AMRO Bank N.V.
De vordering van de benadeelde partij
ABN AMRO Bank N.V. heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 1.840,-. Dit bedrag bestaat uit materiële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 4 van parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feit.
De standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie vordert de rechtbank om het verzoek tot schadevergoeding volledig toe te wijzen, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De raadsman stelt zich op het standpunt dat de vordering te laat is ingediend. De verdediging heeft geen mogelijkheid gehad zich gedegen voor te bereiden, omdat verdachte gedetineerd zit en de vordering dus niet met hem kon worden besproken. De raadsman verzoekt de rechtbank om geen schadevergoedingsmaatregel op te leggen. Verder refereert de raadsman zich aan het oordeel van de rechtbank.
Het oordeel van de rechtbank
Vordering tijdig ingediend
De rechtbank is van oordeel dat de vordering van ABN AMRO Bank N.V. tijdig is ingediend.
Totale schade
Vaststaat dat de benadeelde partij als gevolg van het hiervoor onder 4 van parketnummer 16/068200-24 bewezen verklaarde feit rechtstreeks schade heeft geleden. De rechtbank zal de vordering geheel toewijzen, nu deze voldoende is onderbouwd en ook niet is betwist. De rechtbank zal de vordering van € 1.840,- toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente voor een bedrag van € 1.220,- vanaf 15 januari 2024 en voor een bedrag € 620,- vanaf 19 januari 2024 tot de dag van volledige betaling.
Hoofdelijkheid
Verdachte is voor de schade naar burgerlijk recht met zijn mededader(s) hoofdelijk aansprakelijk. Dit betekent dat verdachte tegenover de benadeelde partij voor dat hele bedrag aansprakelijk is.
Proceskosten
Verdachte zal ook worden veroordeeld in de kosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog zal maken. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.
Geen schadevergoedingsmaatregel
Zoals hierboven bij 10.1 overwogen zal de rechtbank geen schadevergoedingsmaatregel opleggen.

11.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 14a, 14b, 14c, 33, 33a, 36b, 36d, 36f, 47, 55, 57, 60a, 63, 139d, 234, 311 en 326 van het Wetboek van Strafrecht, zoals de artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

12.BESLISSING

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf van 40 maanden;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- bepaalt dat van de gevangenisstraf
een gedeelte van 10 maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene en bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij een
proeftijd van 2 (twee) jarenvast;
- als voorwaarden gelden dat verdachte:
* zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
* ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
* medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
- stelt als bijzondere voorwaarden dat verdachte gedurende de proeftijd:
* zich binnen vijf werkdagen na het ingaan van de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland op het adres Reclassering Nederland, Zwarte Woud 2 in Utrecht. Verdachte blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt;
* zich laat behandelen door Forensische Polikliniek De Waag of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start zodra er plaats is. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt;
- waarbij de reclassering opdracht wordt gegeven als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
Beslag
- verklaart de volgende voorwerpen verbeurd:
  • Sharkoon desktop (798815);
  • Samsung telefoon (798808);
  • rode iPhone 14 (798809):
  • Dell laptop (798811);
- onttrekt het volgende voorwerp aan het verkeer:
 Dell laptop (798816);
Benadeelde partij [slachtoffer 27]
- wijst de vordering van [slachtoffer 27] toe tot een bedrag van € 500,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 27] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 september 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 27] aan de Staat € 500,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 september 2023 tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 5 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 7]
- wijst de vordering van [slachtoffer 7] toe tot een bedrag van € 775,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 7] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 21 september 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 7] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 7] aan de Staat € 775,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 21 september 2023 tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 7 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 20]
- wijst de vordering van [slachtoffer 20] toe tot een bedrag van € 2.425,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 20] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 september 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 20] aan de Staat € 2.425,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 september 2023 tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 16 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 1]
- wijst de vordering van [slachtoffer 1] toe tot een bedrag van € 9.540,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 1] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 oktober 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 1] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 1] aan de Staat € 9.540,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 oktober 2023 tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 40 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 8]
- wijst de vordering van [slachtoffer 8] toe tot een bedrag van € 500,-
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 8] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 oktober 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 8] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 8] aan de Staat € 500,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 oktober 2023 tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 5 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 9]
- verklaart [slachtoffer 9] niet-ontvankelijk in de vordering;
- compenseert de proceskosten van de benadeelde partij en verdachte, in die zin dat ieder de eigen kosten draagt;
Benadeelde partij [slachtoffer 28]
- wijst de vordering van [slachtoffer 28] toe tot een bedrag van € 1.850,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 28] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over het bedrag van € 550,- vanaf 23 oktober 2023 en over het bedrag van € 1.300,- vanaf 24 oktober 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- verklaart [slachtoffer 28] voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 28] aan de Staat € 1.850,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente € 550,- vanaf 23 oktober 2023 en over het bedrag van € 1.300,- vanaf 24 oktober 2023 tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 14 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 16]
- wijst de vordering van [slachtoffer 16] toe tot een bedrag van € 2.727,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 16] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 13 november 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 16] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 16] aan de Staat € 2.727,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 13 november 2023 tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 18 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3]
- wijst de vordering van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] toe tot een bedrag van € 500,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 november 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- verklaart [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] voor wat betreft de gevorderde schadepost sieraden van € 150.000,- niet-ontvankelijk;
- wijst de vordering van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] aan de Staat € 500,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 november 2023 tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 5 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 5]
- wijst de vordering van [slachtoffer 5] toe tot een bedrag van € 500,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 5] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 18 november 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- verklaart [slachtoffer 5] voor wat betreft de meer gevorderde materiële schade niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- wijst de vordering van [slachtoffer 5] voor wat betreft de meer gevorderde immateriële schade af;
- compenseert de proceskosten van de benadeelde partij en verdachte, in die zin dat ieder de eigen kosten draagt;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 5] aan de Staat € 500,-te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 18 november 2023 tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 5 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 15]
- wijst de vordering van [slachtoffer 15] toe tot een bedrag van € 10.256,25;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 15] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 december 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 15] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 15] aan de Staat € 10.256,25 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 december tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 41 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 13]
- verklaart [slachtoffer 13] niet-ontvankelijk in de vordering;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
Benadeelde partij [slachtoffer 37]
- wijst de vordering van [slachtoffer 37] toe tot een bedrag van € 5.332,99
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 37] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over het bedrag van € 500,- vanaf 1 december 2023 en over het bedrag van € 4.782,99 vanaf 2 december 2023 en over het bedrag van € 50,- vanaf 14 december 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- verklaart [slachtoffer 37] voor wat betreft de meer gevorderde materiële schade niet-ontvankelijk in de vordering;
- wijst de vordering van [slachtoffer 37] voor wat betreft de meer gevorderde immateriële schade af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 37] aan de Staat € 5.332,99 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente over het bedrag van € 500,- vanaf 1 december 2023 en over het bedrag van € 4.782,99 vanaf 2 december 2023 en over het bedrag van € 50,- vanaf 14 december 2023 tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 29 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 38]
- wijst de vordering van [slachtoffer 38] toe tot een bedrag van € 2.197,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 38] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over het bedrag van € 673,- vanaf 12 december 2023 en over het bedrag van € 1.524,- vanaf 13 december 2023, tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 38] aan de Staat € 2.197,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente over het bedrag van € 673,- vanaf 12 december 2023 en over het bedrag van € 1.524,- vanaf 13 december 2023, tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 15 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 6]
- wijst de vordering van [slachtoffer 6] toe tot een bedrag van € 500,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 6] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 november 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 6] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 6] aan de Staat € 500,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 november 2023 tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 5 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij [slachtoffer 4]
- wijst de vordering van [slachtoffer 4] toe tot een bedrag van € 62.550,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 4] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 november 2023 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van [slachtoffer 4] voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de hoofdelijke verplichting op ten behoeve van [slachtoffer 4] aan de Staat € 62.550,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 november 2023 tot de dag van de algehele voldoening, bij niet betaling aan te vullen met 159 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij en/of (een van) zijn mededader(s) op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
Benadeelde partij De Volksbank N.V.
- wijst de vordering van De Volksbank N.V. toe tot een bedrag van € 9.091,36;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan De Volksbank N.V. van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente over het bedrag van €1.070,- vanaf 10 oktober 2023, over het bedrag van €1.120,- vanaf 20 september 2023, over het bedrag van € 2.120,- vanaf 9 september 2023, over het bedrag van € 2.540,75 vanaf 30 oktober 2023, over het bedrag van € 280,- vanaf 9 oktober 2023, over het bedrag van € 920,- vanaf 25 oktober 2023, over het bedrag van € 800,61 vanaf 20 oktober 2023 en over het bedrag van € 240,- vanaf 23 april 2024 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- wijst de vordering van De Volksbank N.V. voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
Benadeelde partij Coöperatieve Rabobank U.A.
- wijst de vordering van Coöperatieve Rabobank U.A. toe tot een bedrag van € 2.100,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan Coöperatieve Rabobank U.A. van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 oktober 2024 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
Benadeelde partij ING Bank N.V.
- wijst de vordering van ING Bank N.V. toe tot een bedrag van € 4.276,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan ING Bank N.V. van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 13 juni 2024 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
Benadeelde partij ABN AMRO Bank N.V.
- wijst de vordering van ABN AMRO Bank N.V. toe tot een bedrag van € 1.840,-;
- veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan ABN AMRO Bank N.V. van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente voor een bedrag van € 1.220,- vanaf 15 januari 2024 en voor een bedrag van € 620,- vanaf 19 januari 2024 tot de dag van de algehele voldoening, met dien verstande dat indien en voor zover reeds door een ander/anderen (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J. Reitsma, voorzitter, mr. drs. S.M. van Lieshout en mr. J.E.S. Dolmans, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R.I. van Balkom, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 16 oktober 2024.
Bijlage I: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
16/068200-24
feit 1:
hij op of omstreeks 19 december 2023 te Maarssen, gemeente Stichtse Vecht, althans in Nederland, een of meer stoffen, voorwerpen en/of gegevens, te weten;
- ( een Dell Latitude E7470 laptop met daarop (toegang tot)) tientallen phishing panels met onder andere de namen [naam] , [naam] , opgeslagen onder de naam ‘’ [naam] ’, en/of [naam] , opgeslagen onder de naam ‘’ [naam] .7z en/of 25 andere phishing panelen opgeslagen in de map ‘’ [map] ’’, en/of een SMS bulk verzender, opgeslagen onder de naam ‘’ [naam] ’’, en/of (tienduizenden) leads bevattende persoonsgegevens (namen, adressen, geboortedata, telefoonnummers, e-mailadressen in sommige gevallen) en/of belscripts in het Nederlands en/of Frans;
- ( een Sandisk Ultra USB 3.0 64GB) met daarop) de phisingpanel(s) van de nagebootste websites Fluvius, ING, Bpost, Argenta bank, AXA, Belfius bank, Beo bank, BNP Paribas Fortis, Crelan bank, KBC bank, Fintro, Pay Coniq, Verificatie.me en Itsme, en/of uitleg hoe het panel te gebruiken en/of tientallen leads (lijsten) met persoonsgegevens (namen, adressen, geboortedata, telefoonnummers, e-mailadressen) en/of drie lijsten met Belgische telefoonnummers,
- ( een Sharkoon desktop met daarop) leads (lijsten) met persoonsgegevens (namen, adressen, geboortedatums, bankrekeningnummers en aangesloten energieleverancier),
- ( een Apple iPhone 14 met daarop) persoonsgegevens (namen, adressen, geboortedata, bankgegevens;
heeft vervaardigd, heeft ontvangen, zich heeft verschaft, heeft verkocht, heeft overgedragen, heeft verworven, heeft vervoerd, heeft ingevoerd, heeft uitgevoerd, heeft verspreid, anderszins ter beschikking heeft gesteld en/of voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte, wist dat die bestemd waren tot het plegen van een in artikel 326 Wetboek van Strafrecht omschreven misdrijf, in elk geval een der in de artikelen 226, eerste lid, onderdelen 2° tot en met 5°, 231, eerste lid, 231a, eerste lid, 231b en 232, eerste lid, omschreven misdrijven dan wel een der misdrijven omschreven in de artikelen 310, 311, 312, 317, 321 en 326 van het Wetboek van Strafrecht terwijl dit feit betrekking had op de verkrijging van een niet-contant betaalinstrument;
feit 2:
hij in of omstreeks de periode van 20 juli 2023 tot en met 18 december 2023 te Maarssen, gemeente Stichtse Vecht, althans in Nederland en/of België, in elk geval in Europa, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van) (een) geautomatiseerd(e) werk(en), te weten server(s) van de (beveiligde) internetbankieren omgeving van de SNS bank en/of de Regiobank en/of de KBC bank en/of een of meer andere banken en/of de computer/laptop/tablet/mobiele telefoon van een of meerdere rekeninghouder(s) van voornoemde bank(en), te weten (onder meer):
1. [slachtoffer 12] en/of [slachtoffer 45] ;
2. [slachtoffer 14] ;
3. [slachtoffer 20] en/of [slachtoffer 21] ;
4. [slachtoffer 18] ;
5. [slachtoffer 22] ;
6. [slachtoffer 46] en/of [slachtoffer 41] ;
7. [slachtoffer 23] en/of [slachtoffer 24] ;
8. [slachtoffer 16] en/of [slachtoffer 19] ;
is/zijn binnengedrongen door het doorbreken van een beveiliging en/of door een technische ingreep en/of met behulp van valse signalen of een valse sleutel en/of door het aannemen van een valse hoedanigheid, te weten door het (telkens) inloggen met onrechtmatig verkregen (inlog)gegevens van een of meerdere rekeninghouder(s) en/of door het bellen van voornoemde rekeninghouder(s) en zich voor te doen als bankmedewerker en/of vervolgens deze rekeninghouder(s) te bewegen tot het installeren van het programma Anydesk (een remote desktop tool) en/of het accepteren van een externe (remote) verbinding met behulp waarvan verdachte en/of diens mededader(s) de computer/laptop/tablet/mobiele telefoon van voornoemde rekeninghouder(s) (deels) heeft overgenomen en zich zodoende de toegang tot die computer/laptop/tablet/mobiele telefoon heeft verschaft en daarin is binnengedrongen en zich zodoende de inlog- en bankgegevens en/of (aldus) de toegang heeft verschaft tot de server(s) waar de beveiligde internetbankierenomgeving(en) op draaide(n);
feit 3:
hij in of omstreeks de periode van 20 juli 2023 tot en met 18 december 2023 te Maarssen, gemeente Stichtse Vecht, althans in Nederland en/of België, in elk geval in Europa,
meermalen, althans eenmaal, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een of meerdere rekeninghouder(s), van de SNS bank en/of Regiobank en/of de ING bank en/of Rabobank en/of de ABN AMRO bank en/of KBC bank en/of de ASN bank en/of een of meer andere banken, te weten
1. [slachtoffer 25] en/of [slachtoffer 47] ;
2. [slachtoffer 26] ;
3. [slachtoffer 27] ;
4. [slachtoffer 12] en/of [slachtoffer 45] ;
5. [slachtoffer 7] ;
6. [slachtoffer 14] ;
7. [slachtoffer 20] en/of [slachtoffer 21] ;
8. [slachtoffer 1] ;
9. [slachtoffer 8] ;
10. [slachtoffer 28] ;
11. [slachtoffer 22] ;
12. [slachtoffer 29] ;
13. [slachtoffer 16] en/of [slachtoffer 19] ;
14. [slachtoffer 2] ;
15. [slachtoffer 5] ;
16. [slachtoffer 30] ;
17. [slachtoffer 31] ;
18. [slachtoffer 32] ;
19. [slachtoffer 33] ;
20. [slachtoffer 34] ;
21. [slachtoffer 35] ;
22. [slachtoffer 15] ;
23. [slachtoffer 13] ;
24. [slachtoffer 36] ;
25. [slachtoffer 37] ;
26. [slachtoffer 38] ;
27. [slachtoffer 18] ;
28. [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 39] ;
29. [slachtoffer 40] ;
30. [slachtoffer 23] en/of [slachtoffer 24] ;
31. [slachtoffer 46] en/of [slachtoffer 41] ;
32. [slachtoffer 42] ;
33. [slachtoffer 43] ;
34. [slachtoffer 44] ;
heeft bewogen tot de afgifte van enig geldbedrag en/of enig goed en/of het ter beschikking stellen van (inlog)gegevens (waaronder autorisatiecode(s) en/of pincode(s)) van zijn/haar bankaccount(s), althans gegevens, door:
- voornoemde rekeninghouder(s) te bellen en/of (vervolgens) zich onder valse naam voor te doen als een bankmedewerker en/of een ICT-specialist en/of de politie en/of (vervolgens)
- voornoemde rekeninghouder(s) te vertellen dat er een groep fraudeurs actief is en/of dat er iets aan de hand is met de betaalrekening en/of dat er fraude was gepleegd en/of gerommeld met zijn/haar/hun bankrekening en/of dat er (een) verdachte transactie(s) klaarstond(en) op zijn/haar/hun bankrekening en/of dat zijn/haar/hun bankrekening was gehackt en/of geblokkeerd (moest worden) en/of dat er een cyberaanval bezig was en/of dat er bendes en/of criminelen langs konden komen en/of (vervolgens)
- voornoemde rekeninghouder(s) te vertellen dat er een medewerker van de bank en/of politie langs zou komen om de bankpas(en) en/of creditcard(s) en/of sieraden en/of mobiele telefoon(s) en/of tablet en/of andere waardevolle voorwerpen op te halen, teneinde deze veilig in een kluis te leggen, en/of voornoemde rekeninghouder(s) te vragen de pincode in te spreken en/of (vervolgens)
- bij de woning van voornoemde rekeninghouder(s) langs te gaan en/of zich voor te doen als medewerker van de bank en/of politie en/of daar om afgifte van voornoemde bankpas(sen) en/of creditcard(s) en/of sieraden en/of mobiele telefoon(s) en/of andere waardevolle voorwerpen te vragen en/of daarbij een code te noemen, en/of (vervolgens)
- in de internetbankierenomgeving een betaling klaar te zetten voor voornoemde rekeninghouder(s) en/of (vervolgens) voornoemde rekeninghouder(s) te bewegen tot het uitvoeren van de (iDeal-) transactie, waarna voornoemde rekeninghouder(s) werden bewogen tot de afgifte van geld (middels digitale overschrijving) en/of bankpas(sen) en/of creditcard(s) en/of sieraden en/of mobiele telefoon(s) en/of tablet(s) en/of beelden/kunstwerken en/of andere waardevolle voorwerpen en/of het ter beschikking stellen van voornoemde (inlog)gegevens;
feit 4:
hij in of omstreeks de periode van 20 juli 2023 tot en met 18 december 2023 te Maarssen , gemeente Stichtse Vecht, althans in Nederland en/of België, in elk geval in Europa, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meer geldbedrag(en) en/of goederen, te weten bankpas(sen) en/of creditcard(s) en/of sieraden en/of mobiele telefoon(s) en/of tablet(s) en/of beelden/kunstwerken en/of andere waardevolle voorwerpen, welk(e)
geldbedrag(en) en/of goederen, geheel of ten dele toebehoorde(n) aan een of meerdere rekeninghouder(s), van de SNS bank en/of Regiobank en/of de ING bank en/of Rabobank en/of de ABN AMRO bank en/of KBC bank en/of de ASN bank en/of een of meer andere banken, te weten
1. [slachtoffer 25] en/of [slachtoffer 47] ;
2. [slachtoffer 26] ;
3. [slachtoffer 27] ;
4. [slachtoffer 7] ;
5. [slachtoffer 20] en/of [slachtoffer 21] ;
6. [slachtoffer 1] ;
7. [slachtoffer 28] ;
8. [slachtoffer 22] ;
9. [slachtoffer 29] ;
10. [slachtoffer 16] en/of [slachtoffer 19] ;
11. [slachtoffer 2] ;
12. [slachtoffer 5] ;
13. [slachtoffer 30] ;
14. [slachtoffer 31] ;
15. [slachtoffer 32] ;
16. [slachtoffer 34] ;
17. [slachtoffer 35] ;
18. [slachtoffer 15] ;
19. [slachtoffer 13] ;
20. [slachtoffer 36] ;
21. [slachtoffer 37] ;
22. [slachtoffer 38] ;
23. [slachtoffer 18] ;
24. [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 39] ;
25. [slachtoffer 8] ;
26. [slachtoffer 42] ;
27. [slachtoffer 43] ;
28. [slachtoffer 44] ;
in elk geval aan een ander dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s) heeft weggenomen (telkens) met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, waarbij hij, verdachte en/of zijn mededader(s) het/de weg te nemen geldbedrag(en) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van (een) valse sleutel(s), te weten door met oplichting verkregen, althans onder valse voorwendselen verkregen (en/of door de rekeninghouder(s) onder valse voorwendselen ingevoerde) gebruikersna(a)m(en) en/of
wachtwoord(en) en/of inlog(gegevens) voor het inloggen op internetbankieren en/of het autoriseren van een betaling en/of autoriseren van een overboeking en/of door misdrijf verkregen bankpas(sen) en/of pincode(s), in elk geval (een) sleutel(s) tot het gebruik waarvan hij, verdachte en/of zijn mededader(s) niet gerechtigd was/waren, en/of het weg te nemen geld onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, te weten door zich onder valse naam voor te doen als een bankmedewerker en/of (vervolgens) de rekeninghouder(s) te overtuigen om in te loggen op zijn/haar/hun bankrekening(en) en/of voornoemde rekeninghouders te bewegen tot installeren van het programma Anydesk (een remote desktop tool) en/of (vervolgens) transactie(s) klaar te zetten op zijn/haar/hun bankrekening(en) en/of zonder toestemming van de rekeninghouder(s) geldopnames en/of geldoverschrijvingen te doen en/of betalingen te verrichten met de bij de rekeninghouder(s) opgehaalde bankpas(sen) en/of inloggegevens;
16/337735-23
feit 1:
hij op of omstreeks 19 december 2023 te Maarssen , gemeente Stichtse Vecht, althans in Nederland, een technisch hulpmiddel dat hoofdzakelijk geschikt gemaakt en/of ontworpen is tot het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 138ab eerste lid, 138b of 139c Wetboek van strafrecht, heeft vervaardigd, ontvangen, zich verschaft, overgedragen, verkocht, verworven, vervoerd, ingevoerd, uitgevoerd, verspreid of anderszins ter beschikking heeft gesteld of voorhanden heeft gehad, met het oogmerk dat daarmee een van die misdrijven werd gepleegd, immers heeft verdachte phisingpanel(s) van onder meer de nagebootste websites Fluvius, ING, Bpost, Argenta bank, AXA, Belfius bank, Beo bank, BNP Paribas Fortis, Crelan bank, KBC bank, Fintro, Pay Coniq, Verificatie.me en Itsme en/of phishing
panels met de namen [naam] , [naam] en/of [naam] en/of 25 andere phishing panels en/of een of meer programma(’s) ten behoeve van het geautomatiseerd doorgeven van gegevens, welke zijn verkregen middels voornoemde phisingpanel(s), voorhanden gehad;
feit 2:
hij in of omstreeks de periode van 18 tot en met 21 november 2023 te Wassenaar en/of Zeist, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 4] heeft/hebben bewogen tot de afgifte van (een) bankpas(sen) en/of een mobiele telefoon van het merk Samsung en/of diverse sieraden (ter waarde van een geldbedrag tussen de 30.000 en 40.000 euro), althans enig goed en/of het ter beschikking stellen van (inlog)gegevens (waaronder autorisatiecode(s) en/of pincode(s)) van haar bankaccount en/of de gegevens van haar creditcard, althans
gegevens, door:
- die [slachtoffer 4] te bellen en/of (vervolgens)
- zich onder valse naam voor te doen als een bankmedewerker en/of de politie en/of (vervolgens)
- die [slachtoffer 4] te vertellen dat er een Duitse bende actief was en dat de ING-bank daarom alles moest blokkeren en/of (vervolgens)
- die [slachtoffer 4] te vertellen dat er een medewerker van de bank en/of politie langs zou komen om de bankpas en/of sieraden en/of mobiele telefoon op te halen, teneinde deze veilig in een kluis in Rotterdam te leggen en/of (vervolgens)
- die [slachtoffer 4] te vragen alle voornoemde voorwerpen in grote enveloppen te doen en/of (vervolgens)
- bij de woning van die [slachtoffer 4] langs te gaan en/of zich voor te doen als medewerker van de bank en/of politie en/of daar om afgifte van voornoemde bankpas en/of sieraden en/of mobiele telefoon te vragen en/of zich daar te legitimeren met een valse naam en/of een ophaalcode, waarna die [slachtoffer 4] werd bewogen tot de afgifte van geld en/of een bankpas en/of sieraden en/of een mobiele telefoon en/of de voornoemde (inlog)gegevens waardoor die [slachtoffer 4] werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
feit 3:
hij in of omstreeks de periode van 18 tot en met 21 november 2023 te Wassenaar en/of Zeist, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
een of meer geldbedrag(en) en/of goederen, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 4] en/of [benadeelde] B.V.,, in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) het/die weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van (een) valse sleutel(s), te weten
-met een door misdrijf verkregen bankpas en/of pincode(s) en/of inloggegevens van het bankaccount van die [slachtoffer 4] en/of [benadeelde] B.V. en/of zonder toestemming gebruik te maken van de bankpas van die [slachtoffer 4] en/of [benadeelde] B.V. en/of de (bij de bankpas horende) pincode en/of
-door (vervolgens) geldopnames te doen en/of betalingen te verrichten en/of aankopen te doen en/of het overschrijven van geldbedrag(en, in elk geval (een) sleutel(s) tot het gebruik waarvan hij, verdachte en/of zijn mededader(s) niet gerechtigd was/waren.
Bijlage II: de bewijsmiddelen [1]
De hierna weergegeven bewijsmiddelen worden steeds gebruikt tot het bewijs van het feit of de feiten, waarop zij blijkens hun inhoud uitdrukkelijk betrekking hebben. Sommige onderdelen van de bewijsmiddelen hebben niet betrekking op alle feiten, maar op één of meerdere feiten.
Ten aanzien van feit 1 van parketnummer 16/068200-24 en feit 1 van parketnummer 16/337735-23
Verdachte heeft de onder 1 van parketnummer 16/068200-24 en 1 van parketnummer 16/337735-23 ten laste gelegde feiten bekend, met uitzondering van het voorhanden hebben van de Sandisk Ultra USB-stick. De raadsman heeft op het overige geen vrijspraak voor deze feiten bepleit. Het bewijs voor het voorhanden hebben van de Sandisk Ultra USB-stick wordt hieronder uitgewerkt en de verweren die zijn gevoerd, worden besproken bij de bewijsoverwegingen. De rechtbank volstaat voor de overige bestanddelen van het feit met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen:
  • de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 18 september 2024;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van onderzoek USB stick AAJZ2287NL, doorgenummerde pagina 59-62;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van onderzoek iPhone 14 [verdachte] , doorgenummerde pagina 254-357;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van onderzoek Dell E7470 AAJZ2283NL, doorgenummerde pagina 358-366;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van onderzoek Laptop Dell AAJZ2283NL, doorgenummerde pagina 1309-1311;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van onderzoek Telegram export […] met bijlagen, doorgenummerde pagina 1311-1334;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van onderzoek Sharkoon Desktop, doorgenummerde pagina 1343-1354.
Een proces-verbaal doorzoeking ter inbeslagneming [adres] , genummerd 231219.1146.PvB, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 19 december 2023 werd voor een doorzoeking ter inbeslagneming binnengetreden in de [adres] , [woonplaats] . Voorafgaand aan de doorzoeking heeft de hulpofficier van justitie de cautie gegeven aan de aanwezige verdachte [verdachte] , geboren [1996] . Tijdens de doorzoeking werd het volgende in beslag genomen:
  • iPhone rood;
  • Dell Latitude E7470;
  • SanDisk Ultra, 64GB USB.
Een kennisgeving van inbeslagneming, genummerd 303611, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Inbeslagname
Adres: [adres]
Postcode Plaats: [woonplaats]
Datum: 19-12-2023
SIN: AAJZ2287NL
Bijzonderheden USB Stick San-Disk [3]
Een proces-verbaal van onderzoek gebruik USB-stick AAJZ2287NL in laptop en desktop, genummerd 20240321.1419.PV, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Omschrijving goed
Categorie: USB-stick
SIN-nummer​​​​​​​: AAJZ2287NL
Ik heb onderzoek gedaan naar bovengenoemde USB-stick, samen met twee andere digitale gegevensdragers, welke tijdens doorzoeking werden aangetroffen in dezelfde ruimte als de USB-stick. Het betrof de volgende goederen [4] :
SIN-nummer: AAJZ2283NL
Omschrijving: Dell Laptop
SIN-nummer: AAJZ2286NL
Omschrijving: SSD uit Sharkoon desktop PC
Het doel van het onderzoek was onderzoeken of de USB-stick gebruikt is in de laptop en/of desktop die bij de doorzoeking in beslag zijn genomen. Hierbij heb ik gezocht naar de aanwezigheid van het zogenoemde “volume serial number". Mij is bekend dat een “volume serial number” een unieke hexadecimale code is welke bij het formateren van een USB-stick aan wordt gebracht op het bestandssysteem. Bij het openen van het image van de USB-stick in EnCase zag ik dat deze bij de eigenschappen het volgende “volume serial number” had: 1674-CEB4.
Dell LaptopLink file: [map] .Ink
Locatie link file: \Users\ [file]
Link naar: D:\ […]
Drive type: DRIVE_REMOVABLE
Created: 18/11/23 15:30:45
Last written: 18/11/23 15:30:46
Last accessed: 18/11/23
Volume serial number: [serie nummer]
Ik zag dat er een folder “ [map] ” was geopend op een gegevensdrager dat als station D: was gekoppeld in Windows, waarbij het “volume serial number” overeenkwam met de USB-stick die was aangetroffen. Ik zag dat EnCase aangaf dat de link was aangemaakt op 18 november 2023 om 15:30:45. Bij het bekijken van de USB-stick zag ik dat er daar een directory genaamd “ [map] ” aanwezig was.
Sharkoon desktopIk zag binnen EnCase dat er een link file was aangetroffen met de volgende eigenschappen:
Link file: USB-station (F).Ink
Locatie link file: Users\ [file]
Link naar: F:\
Drive type: DRIVE _REMOVABLE
Created: 18/11/23 15:30:47
Last written: 18/11/23 15:30:47
Last accessed: 18/11/23
Volume serial number: [serie nummer] [5]
Ik zag dat er een USB-station actief is geweest dat als station F: was gekoppeld in Windows. Ik zag dat het “volume serial number” overeenkwam met de USB-stick. Ik zag dat EnCase aangaf dat de link was aangemaakt op 18 november 2023 om 15:30:47.
Bestanden op de USB-stick
Ik zag dat op de USB-stick een directory aanwezig was genaamd “ [map] ”. Ik zag dat EnCase aangaf dat de directory was aangemaakt op: 18/11/23 15:30:45. Ik zag dat de datum en tijd overeenkwam met de datum en tijd die vernoemd stond in de eigenschappen van de link file die was aangetroffen op de Dell laptop.
Ook is er op de USB-stick een bestand “ [bestandsnaam] ” aangetroffen. Ik zag in de desktop dat er een “link file” aanwezig was met de volgende eigenschappen:
Link file: [file] .Ink
Locatie link file: Users\ [file]
Link naar C:\Users\ [file]
Drive type DRIVE REMOVABLE
Created: 25/10/23 22:35:17
Last written: 29/11/23 18:00:57
Last accessed: 29/11/23
Op de desktop zag ik de volgende directory: \Users\ [file]
Ik zag dat directorystructuur overeenkwam met het zip-bestand “ [bestandsnaam] ”. [6]
Résumé
Onderzoek aan de digitale goederen die bij de doorzoeking ter inbeslagname zijn gevonden toonde aan dat de USB-stick waarop phishing-panels zijn aangetroffen zijn, in ieder geval vlak na elkaar in de laptop en de desktop zijn aangebracht. Ook zijn er bronbestanden van phishingsites aangetroffen die op de USB-stick, de laptop én de desktop aanwezig zijn.​​​​​​​ [7]
Ten aanzien van feit 2, feit 3 en feit 4 van parketnummer 16/068200-24
Verdachte heeft de onder 2, 3 en 4 parketnummer 16/068200-24 ten laste gelegde feiten bekend, met uitzondering van de aangevers [slachtoffer 14] , [slachtoffer 15] , [slachtoffer 16] / [slachtoffer 19] en [slachtoffer 18] . De raadsman heeft voor het overige geen vrijspraak bepleit. Het bewijs voor de aangevers [slachtoffer 14] , [slachtoffer 15] , [slachtoffer 16] / [slachtoffer 19] , en [slachtoffer 18] wordt hieronder uitgewerkt en de verweren die zijn gevoerd, worden besproken bij de bewijsoverwegingen. De rechtbank volstaat voor de overige aangevers van de feiten met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen:
  • de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 18 september 2024;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 25] , doorgenummerde pagina 1730-1734;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 26] , doorgenummerde pagina 1822-1827;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 27] , doorgenummerde pagina 1751-1756;
  • een geschrift, te weten een niet ondertekend proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 7] , doorgenummerde pagina 481-484;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 20] mede namens [slachtoffer 21] , doorgenummerde pagina 1817-1821;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] , doorgenummerde pagina 1721-1724;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 8] , doorgenummerde pagina 1806-1808;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 28] , doorgenummerde pagina 1713-1716;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 22] , doorgenummerde pagina 1774-1778;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 29] , doorgenummerde pagina 1708-1712;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] , doorgenummerde pagina 1739-1742;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 5] , doorgenummerde pagina 1785-1788;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 30] , doorgenummerde pagina 1747-1750;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 31] , doorgenummerde pagina 1760-1763;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 32] , doorgenummerde pagina 1764-1770;
  • een geschrift, te weten een niet ondertekend proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 33] , doorgenummerde pagina 1771-1773;
  • een geschrift, te weten een niet ondertekend proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 34] , doorgenummerde pagina 526-530;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 35] , doorgenummerde pagina 1717-1720;
  • een geschrift, te weten een verhoor van [slachtoffer 36] bij Lokale politie Politiezone Noord (Kapellen-Stabroek) België op 30 januari 2024, pagina 254-255 van het aanvullend dossier – Belgische aangiften;
  • een geschrift, te weten een verhoor van [slachtoffer 37] bij de Politie Westkust België op 4 december 2023, als bijlage bijgevoegd bij de vordering tot schadevergoeding van [slachtoffer 37] op pagina 7-9;
  • een geschrift, te weten een verhoor van [slachtoffer 38] bij de PZ Gent België op 14 december 2023, pagina 316-320 van het aanvullend dossier – Belgische aangiften;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 39] namens [slachtoffer 6] , doorgenummerde pagina 1813-1816;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 40] , doorgenummerde pagina 1809-1812;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 23] met bijlagen, doorgenummerde pagina 1794-1805;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 41] , doorgenummerde pagina 1789-1793;
  • een geschrift, te weten een niet ondertekend proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 42] , doorgenummerde pagina 1757-1759;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 43] , doorgenummerde pagina 1735-1738;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 44] , digitale pagina 2-5 van het pv ontbrekende aangiften.
De verklaring van verdachte op de terechtzitting van 18 september 2024, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik beken dat ik betrokken ben geweest bij de oplichting van meerdere slachtoffers. Bij sommige slachtoffers heb ik informatie doorgespeeld aan anderen en bij andere slachtoffers heb ik de oplichting zelf gedaan. Ik ben wel eens met de auto mee geweest naar een slachtoffer om spullen op te halen. Ook heb ik heb mensen in contact gebracht met geldezels om de spullen bij slachtoffers te gaan ophalen en geld te gaan pinnen. Daar kreeg ik een vergoeding voor. Ik heb wel eens gezocht naar supermarkten in de buurt waar geld gepind kon worden met de afhandig gemaakte pinpassen. Ik was vaak in dezelfde ruimte waar anderen bezig waren geld te verdienen door oplichting. De rode iPhone 14 en de Dell Latitude E7470 laptop die in mijn woning aan de [adres] te [woonplaats] werden gevonden, zijn van mij. Ik heb mijn iPhone 14 en mijn Dell laptop wel eens uitgeleend en ter beschikking gesteld voor AnyDesk sessies met slachtoffers.
Een proces-verbaal mutatieslachtoffer [slachtoffer 14] , genummerd 240410.1123.PVB, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Mevrouw [slachtoffer 14] heeft een melding gedaan van bankhelpdeskfraude:
In begin van de avond werd meldster [slachtoffer 14] gebeld door de Regiobank. Er zou 950 euro ergens overgeboekt worden. Dit was fout gegaan bij de Lidl of Albert Heijn. Mogelijk zouden melders slachtoffer worden van skimming. Ze moesten daarom z.s.m. nieuwe passen aanvragen. De oude passen zouden door een bankmedewerker die avond direct opgehaald worden en die zou ze dan meteen afgeven bij de politie in Drachten, bij politieagent [fakenaam] . Ook zou er gevraagd zijn naar waardevolle spullen in de woning, dit kon de bank dan wel veiligstellen. [8]
Een proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 16] mede namens [slachtoffer 19] , genummerd 600-2023526267-2, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 13 november 2023 waren mijn vrouw en ik thuis aan de [adres] te [woonplaats] . Op bovengenoemde datum omstreeks 11.30 uur werden wij gebeld door een onbekend nummer. Ik, meneer [slachtoffer 16] , nam als eerste de telefoon op. Ik hoorde dat ik [fakenaam] aan de telefoon kreeg, die vertelde voor de fraudedesk ING te werken. Ik hoorde dat [fakenaam] vertelde dat er geprobeerd was om een dubieuze transactie van mijn rekening af te schrijven naar [fakenaam] , wonende in Duitsland. Ik hoorde dat [fakenaam] vertelde dat hij mij zou doorverbinden met ICS cards en dat ze afgelopen nacht nog een dubieuze transactie bij iemand hadden teruggeboekt. [9] Ik hoorde dat ik [fakenaam] aan de telefoon kreeg. Ik hoorde dat [fakenaam] het volgende vertelde aan mij:
- dat hij voor ISC cards werkte;
- dat er een key-locker op mijn telefoon was geplaatst;
- dat zij uit wilden zoeken wie deze key-locker had geplaatst en hiervoor moest ik anydesk installeren op mijn mobiele telefoon. Het was mij niet bekend wat een key-locker was en dit zocht ik op;
- dat ik een transactie moest overmaken met mijn ISC card, zodat zij deze zaak zouden oppakken;
- dat zij samenwerkten met de winkel CoolBlue en dat CoolBlue de betaling meteen weer zou terugstorten op mijn rekening.
Ik werd afwisselend doorverbonden met Jos Vermeulen, werkzaam bij ISC cards, [fakenaam] en [fakenaam] , werkzaam bij de ING. Ik hoorde dat alle personen een mannenstem hadden en dat ze allemaal verschillende stemmen hadden. Ik hoorde dat [fakenaam] vertelde dat hij mij wilde doorverbinden met een bandje van de fraudedesk. Ik hoorde dat [fakenaam] mij vroeg om op dit bandje mijn rekeningnummer van mijn creditcard, mijn pincode en de CVC code in te spreken. Ik sprak het rekeningnummer van mijn creditcard, de CVC code en de pincode in op het bandje. Vervolgens hoorde ik dat [fakenaam] mij vroeg op de ISC-card app de transactie naar CoolBlue goed te keuren. Uiteindelijk heb ik ruim 2727 euro betaald via de app van ISC-cards. Vervolgens hoorde ik dat ik werd doorverbonden met een persoon die werkzaam was bij de ING bank. Ik hoorde dat hij zich voorstelde als [fakenaam] . Ik hoorde dat hij vertelde dat hij onze passen wilde vervangen en dat hij vroeg om onze gegevens hiervan in te spreken op een bandje. Ik hoorde dat [fakenaam] vertelde dat de bankpassen bij ons zouden worden opgehaald. Ik hoorde dat [fakenaam] vroeg om de bankpassen klaar te leggen in een envelop en er het volgende identificatienummer op te schrijven: [identificatienummer] . Ik sprak voor twee ING bankpassen het rekeningnummer en de pincode in op het bandje. Vervolgens hoorde ik dat mij opnieuw werd gevraagd om anydesk te installeren op mijn mobiele telefoon. Ik was er bij het eerste verzoek niet op ingegaan, maar heb dit later toch op mijn mobiele telefoon geïnstalleerd. [10]
Omstreeks 17.30 uur op bovengenoemde datum werd ik gebeld door Jamal. Ik hoorde dat Jamal vertelde dat hij voor ISC cards werkte en dat wij waren opgelicht. Ik hoorde dat Jamal vertelde dat de spullen bij CoolBlue waren opgehaald en dat het bedrag niet meer gestorneerd kon worden. [11]
Een geschrift, te weten een verhoor van [slachtoffer 15] bij de Lokale Politie Voorkempen België op 6 december 2023, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Naam: [slachtoffer 15]
Wettelijke verblijfplaats: [adres] [woonplaats] België
Tel.: [telefoonnummer]
Op 30/11/2023 omstreeks 18.30 uur kreeg ik op mijn vaste telefoon een oproep. De oproeper vertelde dat hij van Cardstop was en dat hij had gezien dat er fraude was op mijn rekening. Hij kon mij overhalen om mijn geheime code van mijn bankkaart door te geven. Hij vertelde ook dat hij mij ging doorschakelen met de federale politie. Vervolgens werd er afgesproken dat ze mijn bankkaart en kaartlezer gingen komen ophalen voor verdere controle. Omdat ze aanvankelijk de weg niet vonden werd ik ook doorgegeven met gezegd de politie van [woonplaats] . [12] Het telefoongesprek heeft ongeveer een 3 uur geduurd.
Op vrijdag 1/12/2023 gingen zij 's morgens dan mijn bankkaart komen ophalen. Er werd afgesproken dat ik mijn bankkaart en kaartlezer achterliet in mijn niet slotvaste brievenbus zodat zij deze later konden komen afhalen. Toen ik omstreeks 22.00 uur terug thuis kwam was deze inderdaad uit de brievenbus gehaald.
Op maandag 4/12/2023 rond de middag kreeg ik telefoon van KBC. Zij hadden gezien dat er de voorbije dagen verschillende grote bedragen betaald werden met mijn bankkaart. Zij hadden dan ook het vermoeden van fraude. Na hun telefoon heb ik dan naar cardstop gebeld om mijn kaart te laten blokkeren. [13]
Een geschrift, te weten een verhoor van [slachtoffer 17] bij de Lokale politie PZ CARMA (5909) België op 19 december 2023, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Naam: [slachtoffer 17]
Wettelijke verblijfplaats: [adres] [woonplaats] België
Ik werd op 18/12/2023 rond 20:00 uur opgebeld op mijn huistelefoon ( [telefoonnummer] ) door een anoniem nummer. Ik nam op en een mannenstem stelde zich voor als Cardstop van KBC. De man aan de lijn sprak met een Nederlands accent. Hij vroeg of ik onlangs een betaling van 1500 euro in Antwerpen heb gedaan. Ik antwoordde 'nee', en ik was verbaasd want heb geen betaling gedaan. De man aan de lijn zei dat de zogezegde betaling ongedaan gemaakt kon worden, maar ik diende de applicatie Anydesk te installeren op mijn computer. Toen ik dit deed, moest ik op mijn homebanking inloggen. Vervolgens werd mijn computer overgenomen en ik zag dat er 4950 euro van mijn rekening werd overgeschreven. [14]
Een proces-verbaal van bevindingen onderzoek iPhone 14 [verdachte] , genummerd 240102.1056, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 19 december 2023 werd verdachte [verdachte] aangehouden in zijn woning aan de [adres] te [woonplaats] . Tijdens doorzoeking in zijn slaapkamer werd een Apple iPhone 14 aangetroffen. De data op deze telefoon werd door mij onderzocht.
In dit Proces-Verbaal wordt de tijd weergegeven in UTC+0. Dit houdt in dat er voor de daadwerkelijke Nederlandse tijd tot en met 29 oktober 2023, 02.00 uur twee uren bij de tijdsregistratie opgeteld moeten worden. Vanaf 29 oktober 2023, 03.00 uur dient er een (1) uur bij de tijd opgeteld te worden. Op de plaatsen waar de UTC-aanduiding niet staat vermeld in dit document, wordt de lokale Nederlandse tijd bedoeld. [15]
Mutatie [slachtoffer 14]In de iPhone zag ik een foto, DCIM/104APPLE/ [bestandsnaam] , 20-10-2023 19:42(UTC+0), van de Dell Latitude E7470 laptop met op het scherm actieve AnyDesk sessie, een actief Skypegesprek en ik zag de Regiobank bankieromgeving van [slachtoffer 14] .
Internetgeschiedenis
In de inbeslaggenomen Dell Latitude E7470 laptop van [verdachte] zag ik in de Google- internetgeschiedenis dat er op 20-10-2023 om 19:33 uur werd gezocht op ‘supermarkten in de buurt van [woonplaats] ’, en ik zag dat tussen 19:33 uur en 20:36 uur meerdere malen was gezocht in Google Map naar het adres [adres] , [woonplaats] , het adres van [slachtoffer 14] . [16]
Aangever [slachtoffer 16]
In de iPhone trof ik de foto, DCIM/ [bestandsnaam] .JPG 13-11-2023 15:25:47(UTC+0), aan waarop ik de ING-bankieromgeving van [slachtoffer 16] zag. Ik zag dat het een Dell laptop was (logo te zien) en ik zag weer de SLTN-webcamcover. Zeer waarschijnlijk dus de Dell laptop van [verdachte] .
Ook trof ik twee screenshots* aan in de iPhone waarop sms-berichten te zien waren die naar slachtoffer [slachtoffer 16] waren gestuurd op de datum en tijdstip dat zij werden opgelicht. De berichten werden verstuurd namens [fakenaam] , Politie Assen en [fakenaam] van de recherche.
Naast het feit dat ik deze screenshots aantrof in de DCIM folder, zag ik ook dat deze sms-berichten in de berichten box van de iPhone stonden en dat ze dus ook daadwerkelijk waren verzonden vanaf de iPhone met het telefoonnummer van [verdachte] , [telefoonnummer] .
Internetgeschiedenis
In de inbeslaggenomen Deil Latitude E7470 laptop van [verdachte] zag ik dat er in Google Maps en Google Searches op 13-11-2023 om 16:35 uur en 16:40 uur het adres " [adres] , [woonplaats] " werd opgezocht. [17]
Slachtoffer [slachtoffer 15]Ik trof meerdere foto’s aan in de iPhone die gerelateerd zijn aan de oplichting van slachtoffer [slachtoffer 15] , waaronder twee foto's van de Dell Latitude E7470 laptop met op het scherm de bankomgeving van [slachtoffer 15] te zien. [18]
Op deze foto, DCIM/ [bestandsnaam] .JPG 30-11-2023 17:47:51(UTC+0), zag ik de Dell Latitude E7470 laptop waarop een AnyDesk sessie met slachtoffer [slachtoffer 15] actief was. Ik zag dat de uitgaande AnyDesk sessie gebruik maakte van de naam Fraude Helpdesk. Ik zag transacties van de bankrekening van [slachtoffer 15] . [19]
Internetgeschiedenis
In de inbeslaggenomen Dell Latitude E7470 laptop van [verdachte] zag ik in de Google- internetgeschiedenis en Google Maps dat er op 30-11-2023 om 23:36 uur werd gezocht op ' [adres] , [woonplaats] ', het woonadres van [slachtoffer 15] .
Skype gesprek met [slachtoffer 15]
Ik deed onderzoek naar de gebelde telefoonnummers uit de Skype log van account ID " [account] " dat ik had aangetroffen op de Dell Latitude E7470 laptop van [verdachte] , en zag dat het telefoonnummer van slachtoffer [slachtoffer 15] [telefoonnummer] , op 30 november 2023 22:50 uur voor totaal ruim 62 minuten gespreksduur was gebeld. [20]
Ook trof ik een screenshot*, DCIM/ [bestandsnaam] .PNG 30-11-2023 22:33:28(UTC+0), aan in de iPhone van Google Maps waarop het adres van [slachtoffer 15] te zien is.​​​​​​​
*De sreenshot is i.v.m. mogelijke herleidbaarheid naar personen verwijderd.
Een proces-verbaal van onderzoek Dell E7470, genummerd 231221.1121, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 19 december 2023 werd verdachte [verdachte] aangehouden in zijn woning aan de [adres] te [woonplaats] . Tijdens doorzoeking in zijn slaapkamer werd een Dell Latitude E7470 laptop aangetroffen. De data op deze laptop werd veiliggesteld en door mij onderzocht.
In dit Proces-Verbaal wordt de tijd weergegeven in UTC+0. Dit houdt in dat er voor de daadwerkelijke Nederlandse tijd tot en met 29 oktober 2023, 02.00 uur twee uren bij de tijdsregistratie opgeteld moeten worden. Vanaf 29 oktober 2023, 03.00 uur dient er een (1) uur bij de tijd opgeteld te worden. Op de plaatsen waar de UTC-aanduiding niet staat vermeld in dit document, wordt de lokale Nederlandse tijd bedoeld. [22]
Internetgeschiedenis
Ik zag in de Google Maps en Google Searches dat de volgende adressen waren ingevoerd die ik kon relateren met aangiftes van bankhelpdeskfraude. [23]
13-11-2023 16:35 en 16:40 uur " [adres] , [woonplaats] " [24]
Skype
Ik trof in zowel de laptop als in de iPhone 14 van [verdachte] Skype logbestanden aan van het account ID " [account] ”. [25]
Ik zag gesprekken naar Belgische telefoonnummers:
[telefoonnummer] | Call 01h 02m 30-11-2023 22:50:08 [slachtoffer 15] [26]
Een proces-verbaal van onderzoek Xiaomi Redmi A1, genummerd 231221.0855, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 19 december 2023 werd verdachte [medeverdachte] aangehouden in zijn woning aan de [adres] te [woonplaats] op de [straat] in Utrecht. In zijn broekszak werd onderstaande telefoon aangetroffen en inbeslaggenomen.
SIN-Nummer: AAJZ2803NL
Merk: Xiaomi Redmi A1
In dit Proces-Verbaal wordt de tijd weergegeven in UTC+0. Dit houdt in dat er voor de
daadwerkelijke Nederlandse tijd tot en met 29 oktober 2023, 02.00 uur twee uren bij de
tijdsregistratie opgeteld moeten worden. Vanaf 29 oktober 2023, 03.00 uur dient er een (1) uur bij de tijd opgeteld te worden. Op de plaatsen waar de UTC-aanduiding niet staat vermeld in dit document, wordt de lokale Nederlandse tijd bedoeld.
Foto's en video's
In de telefoon zag ik video's op de telefoon die betrekking hebben op de strafbare feiten. Het
vermoeden is dat er bankhelpdeskfraude werd gepleegd. De hiernavolgende screenshots zijn
afkomstig van de video's. [27]
- Ik zag dat er een video, 18-12-2023 19.42:26 (UTC+0), werd gemaakt van een computerscherm met op het rechter tabblad ingelogde KBC bankrekening van [slachtoffer 18] uit [woonplaats] (Belgie). Op het linker tabblad zag ik dat Skype openstond. Tijdens het filmen van het scherm hoorde ik iemand met een mannenstem bellen met een vrouw. Hij zette een Belgisch/vlaams accent op en zei het volgende: "Alle rekeningen nog altijd.. Dan moet u effekes op het pijlske linksboven klikken inderdaad".
Vrouw: "van mijn eigen rekening?"
"Ja van uw eigen rekening"
hoorde vervolgens iemand de beller het volgende influisteren: "Vraag of ze […] heeft'
"Maakt u mogelijk ook gebruik van […] ?"
Vrouw: "Nee"
"Nee oke, dat zag ik ook. " (daarna einde video)
Ik was bij de aanhouding van [verdachte] en heb zijn stem gehoord. In de video herkende ik zijn stem als de beller die de vrouw aan de lijn had, vermoedelijk is zij [slachtoffer 18] aangezien er tijdens het gesprek was ingelogd op haar rekening. Van degene die [verdachte] iets influisterde herkende ik de stem als die van [medeverdachte] . In een andere video waarbij [medeverdachte] zichtbaar met iemand staat te bellen was zijn stem te horen. Ik hoorde duidelijk een overeenkomst. De video is afkomstig uit de Snapchat Memories. [28]
In deze video, 18-12-2023 21:55:44(UTC+0), zag ik dat [medeverdachte] zichzelf filmde en vervolgens iemand die achter de computer zat. Ik herken de achtergrond als de slaapkamer van [verdachte] . [29] Het gordijn, de computer en de wandplank zijn namelijk op deze
video te zien. [30] Ik zag dat de tabbladen die openstonden gelijkenissen vertonen met de eerder afgebeelde screenshots van Skype en ingelogde bankomgevingen. [31]
Ten aanzien van feit 2 en feit 3 van parketnummer 16/337735-23
Het feit is door verdachte begaan. Verdachte heeft het onder 2 en 3 van parketnummer 16/337735-23 ten laste gelegde feiten bekend. De raadsman heeft geen vrijspraak voor dit feit bepleit. De rechtbank volstaat onder deze omstandigheden met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen:
  • de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 18 september 2024;
  • een geschrift, te weten een niet ondertekend proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 4] , doorgenummerde pagina 178-182;
  • een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen datum in aangifte, doorgenummerde pagina 183-184.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van onderzoek O3TAMBORA, opgemaakt door politie Midden-Nederland, doorgenummerd 1 tot en met 571 en 1250 tot en met 2338. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Pagina 91.
3.Een kennisgeving van inbeslagneming, pagina 1862.
4.Pagina 1339.
5.Pagina 1340.
6.Pagina 1341.
7.Pagina 1342.
8.Digitale pagina 1 van het pv ontbrekende aangiften.
9.Pagina 1779.
10.Pagina 1780.
11.Pagina 1781.
12.Een geschrift, te weten een verhoor van [slachtoffer 15] bij de Lokale Politie Voorkempen België op 6 december 2023, pagina 78 van het aanvullend dossier – Belgische aangiften.
13.Een geschrift, te weten een verhoor van [slachtoffer 15] bij de Lokale Politie Voorkempen België op 6 december 2023, pagina 79 van het aanvullend dossier – Belgische aangiften
14.Een geschrift, te weten een verhoor van [slachtoffer 17] bij de Lokale politie PZ CARMA (5909) België op 19 december 2023, pagina 129 van het aanvullend dossier – Belgische aangiften.
15.Pagina 254.
16.Pagina 169.
17.Pagina 286.
18.Pagina 308.
19.Pagina 309.
20.Pagina 310.
21.Pagina 311.
22.Pagina 358.
23.Pagina 359.
24.Pagina 362.
25.Pagina 363.
26.Pagina 364.
27.Pagina 63.
28.Pagina 68.
29.Pagina 71.
30.Pagina 72.
31.Pagina 71.