2.14.Op 13 september 2024 doet [verweerster] aangifte van valsheid in geschrifte en oplichting. In het proces-verbaal van aangifte staat onder meer:
“Vanaf 1 januari 2019 heb ik een compagnon aangenomen, wij waren beiden voor 50 procent eigenaar was
van het bedrijf. Mijn compagnon betrof [H] .
Vanaf 1 februari 2019 heb ik een nieuwe medewerker aangenomen, genaamd [voornaam van verzoekster] [achternaam van D] . Haar functie was: zorgverlener. Inmiddels is ze gescheiden en heet ze [verzoekster] . (…)
In eind 2020 ontstond er een vermoedde dat er fraude werd gepleegd door mijn compagnon. Ik kwam erachter dat hij gegevens op de facturen veranderde, waardoor de uitbetalingen naar een andere rekeningnummer werden gestuurd. Dit heeft uiteindelijk geresulteerd in een rechtszaak, waarin hij uiteindelijk heeft toegegeven bij de bindend adviseur. (…)
Eind 2023 werd ik gebeld door iemand die slecht Nederlands sprak en aangaf dat hij met mij wilde praten. Dit bleek de ex-partner van [verzoekster (voornaam)] te zijn, genaamd Dhr. [D] . Hij vertelde mij dat er dingen niet klopte met [verzoekster (voornaam)] . Ik weet niet meer precies wat hij zei, maar het kwam erop neer dat er zaken rondom [verzoekster (voornaam)] niet zouden kloppen.
Ik wist al dat er prive problemen waren tussen [verzoekster (voornaam)] en haar ex-partner, waarbij [verzoekster (voornaam)] van alles heeft verteld over haar ex-partner. Hierdoor geloofde we hem op dat moment eigenlijk niet.
Begin 2024 nam de nieuwe vriendin van de ex-partner contact met ons op. Zij kwam samen met de ex-partner van [verzoekster (voornaam)] op gesprek. Aangezien de nieuwe vriendin goed Nederlands sprak kon zij het verhaal duidelijk uitleggen.
Zij vertelde ons dat [verzoekster (voornaam)] facturen vanuit ons bedrijf heeft vervalst en deze als echt heeft gebruikt. Ze toonde ons meerdere valse facturen, welke zij in de mail van [verzoekster (voornaam)] hadden aangetroffen.
Ik zag direct dat deze facturen vals waren aangezien het emailadres en de opmaak van de verleende zorg/uren niet klopte. Het emailadres op de nepfacturen eindigen op '.nl' in plaats van '.com' Ik herkende daarnaast de opmaak van de valse facturen als de oude opmaak van onze facturen. Op de valse facturen staan geen tarief en product code, waardoor deze technisch gezien niet aan de eisen voldoen. Daarnaast komt ook het lettertype niet overeen met de originele facturen.
Deze facturen stonden in een mapje welke verstuurd was door iemand met de naam: [I] . Op deze facturen stond de naam van een van onze clienten, genaamd Dhr. [A] , (…).
Dit was opvallend, aangezien de zorg voor deze meneer al in juli 2023, door de client zelf is opgezegd.
Aangezien ik nog niet kon inschatten of de facturen echt door [verzoekster (voornaam)] opgemaakt waren of dat de ex-partner haar zwart probeerde te maken, heb ik contact opgenomen met de zorgverzekering van Dhr. [A] , namelijk [zorgverzekeraar] .
Wij hebben met de wijkverpleegkundige gebeld naar [zorgverzekeraar] . [zorgverzekeraar] vertelde ons uiteindelijk dat er nog steeds zorg gedeclareerd werd door [verweerster] , terwijl wij geen zorg meer verleende. Daarnaast gaf [zorgverzekeraar] , desgevraagd aan welke bedragen er de afgelopen tijd zijn gedeclareerd. De bedragen op deze declaraties waren aanzienlijk hoger dan de originele facturen.
[zorgverzekeraar] kon uiteindelijk aangeven dat ze een duidelijke verandering konden zien in de gedeclareerde bedragen vanaf 1 september 2021.
Ik heb hierna meermaals contact gezocht met [zorgverzekeraar] om de stand van zaken na te vragen en om te kijken of [zorgverzekeraar] zelf een onderzoek instelt, maar vanwege de privacywetgeving konden ze hier niet op ingaan.
De werkwijze voor facturen en verleende zorg is als volgt. De verleende zorg wordt door [verweerster] gefactureerd, welke aan de betreffende client wordt toegestuurd. Deze facturen worden verzonden door ons met het volgende emailadres: [e-mailadres] .
De client dient vervolgens de facturen in bij zijn zorgverzekeraar, welke een percentage van de factuur uitbetaald aan onze client. Deze client betaald vervolgens dit bedrag aan [verweerster] .
Door het aanpassen van de bedragen op de factuur keert de verzekering een te hoog bedrag uit aan de client. Ons vermoedde bestaat dat onze client Dhr. [A] in deze zaak gebruikt wordt in deze fraude en niet precies weet of begrijpt wat er gebeurd.
(…)
Zonder de bewijzen van de ex-partner van [verzoekster (voornaam)] waren we waarschijnlijk nooit achter deze fraude gekomen. Deze ex-partner toonde ons ook een afschrift van een bedrag van 8.000 euro. Deze 8.000 euro heeft [verzoekster (voornaam)] van haar client Dhr. [A] ontvangen. Hierbij stond onder omschrijving: 'Lening'.
(…)
Het lenen van geld, of uberhaupt het aannemen van spullen, van een client is strikt verboden binnen de zorg, aangezien de verhoudingen tussen zorgverlener en client anders zijn.
Voor zover ik nu kan inschatten heeft [verzoekster (voornaam)] sinds 1 september 2021 de valse facturen gebruikt en deze bij de verzekering zijn ingediend.
Ik schat op dit moment dat er ongeveer 1000 euro per maand te veel is uitbetaald door de zorgverzekering, over een periode van 1 september 2021 tot en met juli 2023. Dit komt neer op een bedrag van 23.000 euro.
Daarnaast zijn er sinds juli 2023 facturen ingediend, terwijl wij geen zorg verleende. Ik schat dat hierdoor nog eens 3.000 euro per maand uitbetaald is door de verzekering, over de periode van juli 2023 tot en met tenminste februari 2024. Ik heb namelijk in februari 2024 de verzekering ingelicht en ga er daarom vanuit dat deze na februari niets meer heeft uitgekeerd.
Dit komt neer op nog een bedrag van 24.000 euro.
In totaal is de verzekeraar dus voor een bedrag van zo'n 46.000 euro opgelicht.
(…)
Vanwege de problemen met de compagnon hebben we een IT-er ingehuurd. Deze heeft destijds een hoop mailverkeer terug kunnen halen, waaruit bleek dat deze compagnon, [H (voornaam)] , destijds een bericht aan [verzoekster (voornaam)] gestuurd had, waarin hij aangaf dat hij al zijn clienten aan [verzoekster (voornaam)] zou overdragen. Bij het in dienst treden van [verzoekster (voornaam)] kende zij [H (voornaam)] al.
Door het bericht van [H (voornaam)] aan [verzoekster (voornaam)] omtrent de clienten, het feit dat ze elkaar al kende bij het in dienst treden en het feit dat de werkwijze van de fraude van [verzoekster (voornaam)] overeenkomt met de fraude die [H (voornaam)] destijds heeft gepleegd, vermoed ik dat [H (voornaam)] op een of andere manier hierbij betrokken is geweest.”