ECLI:NL:RBMNE:2024:5656
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de korting op NOW-subsidie wegens niet-naleving van de meldplicht
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Midden-Nederland het beroep van eiseres tegen de korting van 5% op de NOW-subsidie, die door het Uwv is toegepast omdat eiseres niet aan de meldplicht heeft voldaan. Eiseres had op 21 februari 2023 een aanvraag ingediend voor de definitieve berekening van de tegemoetkoming NOW-3, na eerder een voorschot te hebben ontvangen. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid had de definitieve tegemoetkoming vastgesteld op € 1.007.538,-, maar kortte dit bedrag met 5% omdat eiseres de ontslagmelding van een werknemer niet tijdig had gedaan. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen deze beslissing, maar het bezwaar werd ongegrond verklaard.
Tijdens de zitting op 26 maart 2024 heeft de rechtbank de standpunten van beide partijen gehoord. Eiseres voerde aan dat zij wel degelijk aan de meldplicht had voldaan, maar kon dit niet voldoende onderbouwen. De rechtbank oordeelde dat eiseres niet aannemelijk had gemaakt dat zij tijdig contact had opgenomen met het Uwv voor begeleiding naar ander werk. De rechtbank concludeerde dat de korting van 5% op de NOW-subsidie terecht was toegepast, omdat de meldplicht niet was nageleefd. Eiseres kreeg geen proceskostenvergoeding en het beroep werd ongegrond verklaard.
De rechtbank benadrukte dat de korting een gebonden bevoegdheid van de minister is en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een afwijking van de toepassing van de meldplicht rechtvaardigden. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 18 september 2024.