Uitspraak
1.De procedure
2.Het wrakingsverzoek
27 augustus 2024, het haar in het belang van beide partijen leek om eerst de oorzaak daarvan bespreekbaar te maken. Daarbij hoopte ze meteen een beter beeld te krijgen van de ingestelde tegenvordering. Omdat verzoeker toen de wederpartij aan het woord was geconcentreerd met zijn laptop bezig was, vroeg zij om zijn aandacht voor de toelichting die de wederpartij gaf. Dit viel bij verzoeker duidelijk verkeerd en hij was volgens de rechter niet meer bereid te luisteren naar de toelichting op haar vraag over het gebruik van de laptop. Zij heeft verzoeker niet verboden om zijn laptop op de zitting te gebruiken. Zij wilde op basis van het beginsel van hoor en wederhoor nadat zij verzoeker had gehoord ook de wederpartij horen.
3.De beoordeling
27 augustus 2024 van wat volgens hem op de zitting is besproken komen met elkaar overeen. Uit beide blijkt dat de rechter eerst heeft verzocht om de laptop dicht te doen en te luisteren naar wat de wederpartij te zeggen had en uiteindelijk nadat verzoeker bezwaar had gemaakt, heeft gezegd dat verzoeker rustig aantekeningen mag maken, maar dat het punt van de rechter is dat verzoeker dan misschien minder goed kan luisteren. Volgens verzoeker heeft de rechter in de tussentijd meerdere keren gezegd dat zij wilde dat hij geen aantekeningen zou maken, maar hij beaamt dat de rechter uiteindelijk heeft gezegd dat hij aantekeningen mocht maken.
4.De beslissing
mr. Y.N.M. Rijlaarsdam als leden van de wrakingskamer, bijgestaan door
mr. I.C. de Zeeuw-‘t Lam, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 24 september 2024.