Uitspraak
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties;
2.De kern van de zaak
- i) [eiseres] niet haar opdrachtgever was en zij dus geen vordering op haar kan hebben op grond van de opdracht;
- ii) [eiseres] haar (vermeende) vordering op [gedaagde] heeft gecedeerd aan een andere vennootschap;
- iii) de (vermeende) vordering van [eiseres] is verjaard;
- iv) de overeenkomst al in 2018 door [eiseres] is beëindigd en de overeenkomst dus niet meer kan worden ontbonden; en/of
- v) zij wel aan haar verplichtingen op grond van de overeenkomst heeft voldaan.
3.De beoordeling
[eiseres] was de opdrachtgever bij de overeenkomst
rentederivaten- [eiseres] B.V. / [onderneming 1] B.V.”Uit de e-mails tussen [gedaagde] en ABN Amro is niet persé op te maken dat [onderneming 1] B.V. de opdrachtgever was van [gedaagde] .
[gedaagde] heeft haar verweer dat sprake is van cessie niet gehandhaafd
De vordering van [eiseres] is niet verjaard
De overeenkomst is niet door opzegging in 2018 geëindigd