ECLI:NL:RBMNE:2024:5525
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- J.J. Catsburg
- M.E.C. Bakker
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening wegens gebrek aan spoedeisend belang in bestuursrechtelijke zaak
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 29 juli 2024, wordt het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Verzoekster, die betrokken is bij de Toeslagenaffaire, vraagt om een voorschot van de Belastingdienst/Toeslagen om haar medische kosten in het buitenland te dekken of om repatriëring naar Nederland te bekostigen. De voorzieningenrechter oordeelt dat er geen sprake is van spoedeisend belang, omdat verzoekster niet voldoende heeft onderbouwd waarom zij niet kan wachten op de behandeling van haar beroep, die gepland staat voor 16 september 2024.
De voorzieningenrechter heeft verzoekster eerder gevraagd om recente medische stukken te overleggen ter onderbouwing van haar acute medische situatie, maar de overgelegde documenten bieden geen duidelijkheid over de noodzaak van onmiddellijke behandeling. Bovendien heeft verzoekster niet aangetoond dat zij financieel niet in staat is om de kosten voor medische zorg of repatriëring zelf voor te schieten. De voorzieningenrechter benadrukt dat in financiële geschillen doorgaans geen spoedeisend belang wordt aangenomen, tenzij er sprake is van onomkeerbare situaties.
Uiteindelijk concludeert de voorzieningenrechter dat het verzoek kennelijk ongegrond is en wijst het af, zonder dat er aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.