Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.Het verloop van de procedure
- het verzoekschrift, met producties 1 tot en met 35, van [verzoekster] , ter griffie ingekomen op 26 juni 2024;
- het verweerschrift tevens inhoudende verzoeken, met producties 1 tot en met 14, van
2.Wat is de kern?
3.De beoordeling
- wist dat er onder werktijd door werknemers van [businessunit] in haar woning werkzaamheden werden verricht;
- actief heeft meegedacht en meegewerkt aan constructies om deze werkzaamheden onder werktijd mogelijk te maken;
- wist dat de uren van de in de woning van [verweerster] ingezette werknemers zijn geboekt op orders van andere klanten van [businessunit] ;
- een deel van de voornoemde uren, terwijl zij wist dat deze niet klopten, in het systeem van [verzoekster] heeft goedgekeurd.
4.De beslissing
- wist dat er onder werktijd door werknemers van [businessunit] in haar woning werkzaamheden werden verricht;
- actief heeft meegedacht en meegewerkt aan constructies om deze werkzaamheden onder werktijd mogelijk te maken;
- wist dat de uren van de in de woning van [verweerster] ingezette werknemers zijn geboekt op orders van andere klanten van [businessunit] ;
- een deel van de voornoemde uren, terwijl zij wist dat deze niet klopten, in het systeem van [verzoekster] heeft goedgekeurd;
2 oktober 2024:
- de namen en woonplaatsen van de getuigen dient op te geven;
- moet opgeven op welke dagen alle partijen, hun (eventuele) gemachtigden en de getuigen in de drie maanden nadien verhinderd zijn; zij dient bij die opgave ten minste vijftien dagdelen vrij te laten waarop het getuigenverhoor zou kunnen plaatsvinden;
- voor het opgeven van verhinderdata geen uitstel zal worden verleend;
- indien [verzoekster] geen gebruik maakt van de mogelijkheid om verhinderdata op te geven de rechter eenzijdig een datum zal bepalen waarvan dan in principe geen wijziging meer mogelijk is;
- het getuigenverhoor zal kunnen worden bepaald op een niet daarvoor opgegeven dagdeel, indien bij de opgave minder dan het hiervoor verzochte aantal dagdelen zijn vrijgelaten;
op 2 oktober 2024in het geding moet brengen;