ECLI:NL:RBMNE:2024:5452
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag om hoger zorgprofiel op grond van de Wet langdurige zorg
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 26 maart 2024 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure over de afwijzing van een aanvraag om een hoger zorgprofiel op grond van de Wet langdurige zorg (Wlz). Eiseres, een jong meisje geboren in 2014 met autisme en een verstandelijke handicap, had een aanvraag ingediend voor zorgprofiel VG 07, maar deze werd afgewezen door het Centrum Indicatiestelling Zorg (verweerder). Verweerder had eiseres wel toegang tot de Wlz verleend, maar met het zorgprofiel VG 05, dat als het meest passende werd beoordeeld. Eiseres heeft tegen deze afwijzing beroep ingesteld, waarbij haar wettelijk vertegenwoordiger de argumenten naar voren bracht dat verweerder zich ten onrechte had gebaseerd op de medische adviezen van de medisch adviseur. De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden van de zaak onderzocht, waaronder de medische adviezen en de overgelegde stukken, zoals het zorgplan en de eindrapportage van de Consensusprotocol Ernstig Probleemgedrag (CEP). De rechtbank concludeerde dat verweerder zich terecht had gebaseerd op de medische adviezen, die zorgvuldig tot stand waren gekomen. De rechtbank oordeelde dat er geen aanknopingspunten waren om te twijfelen aan de juistheid van deze adviezen en dat de afwijzing van de aanvraag om zorgprofiel VG 07 gerechtvaardigd was. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.