Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.[eiser sub 1] ,
[eiseres sub 2],
1.De procedure
- de dagvaarding met producties 1 tot en met 6
- de conclusie van antwoord met 16 producties (met een vervangende productie 11).
19 september 2024 vonnis zal worden gewezen en indien mogelijk eerder.
3.De beoordeling
kanbesluiten een leerling van school te verwijderen. Er moet dan wel een andere school zijn die de leerling wil toelaten en er moet sprake zijn geweest van overleg met de inspectie. Niet in discussie is dat hieraan is voldaan. Maar op welke grond kan dan besloten worden tot verwijdering? Dat volgt uit de memorie van toelichting op artikel 8:15 lid 1 WVO. Namelijk als een leerling door wangedrag een ernstige bedreiging vormt voor de orde, rust of veiligheid op de school. Dit is ook te lezen in het leerlingenstatuut van het [school 1] dat van toepassing is (via artikel 2:98 WVO). In het (via artikel 3:40 WVO) toepasselijke schoolveiligheidsplan is verder bepaald dat leerlingen zich moeten onthouden van elke vorm van agressie of geweld en dat fysiek en verbaal geweld in ieder geval niet getolereerd wordt. Verder is opgenomen dat definitieve verwijdering kan plaatsvinden bij het veelvuldig negeren van eerder opgelegde officiële sancties of bij het begaan van een zeer zware overtreding.
28 februari 2024 betrokken is geweest bij een vechtpartij. De vechtpartij vond plaats net na schooltijd en net buiten het schoolterrein, namelijk bij de nabijgelegen bushalte. De voorzieningenrechter gaat ervan uit dat ook in deze situatie de regels van de school gelden. Partijen hebben namelijk niet gezegd dat dit anders ligt. Bij het gevecht stonden [minderjarige] en een andere leerling ( [C] ) tegenover twee andere meiden ( [D] en [E] ). Daarnaast waren zo’n 20 tot 30 omstanders aanwezig, waaronder leerlingen van het [school 1] .
kon[gedaagde] dus beslissen tot verwijdering. Maar een definitieve verwijdering moet een uiterst middel zijn om de veiligheid, rust en orde op school te waarborgen. Het nadeel dat aan de leerling wordt toegebracht mag ook niet verder gaan dan dit doel.
Het is juist dat na andere vechtpartijen leerlingen niet zijn verwijderd, maar dat was dan omdat de ernst van het geweld of de omstandigheden van het geval, zoals het gegeven dat een leerling in het eindexamenjaar zat, daartoe aanleiding gaven”. Dit roept de vraag op welke omstandigheden van het geval [gedaagde] hiermee bedoeld heeft. Maar het antwoord op die vraag bleef zij op de mondelinge behandeling schuldig.
- nakosten 178,00 (plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)