Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.[gedaagde sub 1] ,
2.ZIJ DIE VERBLIJVEN AAN [adres] ,
1.De procedure
2.De kern van de zaak
3.De beoordeling
€ 178,00(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 13 september 2024 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Stichting Woongroen en een gedaagde die zonder recht in een onroerende zaak verblijft. Woongroen, eigenaar van het pand aan [adres] in [woonplaats], vorderde ontruiming van het pand dat sinds half augustus 2024 gekraakt was. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde, [gedaagde sub 1], niet betwist dat hij zonder recht of titel in het pand verblijft. De overige krakers zijn niet verschenen. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat het eigendomsrecht van Woongroen prevaleert boven het huisrecht van de krakers, en dat er geen ongerechtvaardigde leegstand zal ontstaan na de ontruiming. De vordering tot ontruiming is toegewezen, met een ontruimingstermijn van 48 uur na betekening van het vonnis. De voorzieningenrechter heeft ook geoordeeld dat de proceskosten voor de gedaagde sub 1 niet worden toegewezen, omdat hij heeft geprobeerd de zaak te schikken door aan te bieden het pand vrijwillig te verlaten. De overige krakers zijn wel veroordeeld in de proceskosten.