ECLI:NL:RBMNE:2024:5326
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet-betaling griffierecht
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiser tegen het besluit van de heffingsambtenaar van de gemeente Almere behandeld. Eiser heeft op 24 mei 2024 beroep ingesteld tegen een besluit van 1 mei 2024. De rechtbank heeft echter besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat eiser het griffierecht van € 51,- niet heeft betaald. Dit griffierecht moet volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) tijdig worden voldaan om de inhoudelijke behandeling van het beroep mogelijk te maken.
De rechtbank heeft eiser op 27 juni 2024 een aangetekende brief gestuurd, waarin hij werd geïnformeerd over de verplichting tot betaling van het griffierecht binnen vier weken. Deze brief is op 29 juni 2024 bezorgd. Aangezien het griffierecht niet is ontvangen en eiser geen geldige reden heeft gegeven voor de niet-betaling, concludeert de rechtbank dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, zoals bepaald in artikel 8:54 Awb. De rechtbank kan het beroep daardoor niet inhoudelijk behandelen.
De beslissing van de rechtbank is dat het beroep niet-ontvankelijk wordt verklaard en er is geen sprake van een vergoeding van proceskosten. De uitspraak is gedaan door mr. R.C. Stijnen, rechter, en de griffier E.J.H.C. Hui, en is openbaar uitgesproken op 20 augustus 2024.