Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
kantonrechter
gevestigd te [vestigingsplaats] , Duitsland,
eiseres, hierna ook te noemen: [eiseres] ,
gemachtigde: [A] (Bazuin & Partners gerechtsdeurwaarders),
1.[gedaagde sub 1] ,wonende te [woonplaats] ,gedaagde,niet verschenen,2. [gedaagde sub 2] ,wonende te [woonplaats] ,gedaagde,gemachtigde: mr. M.G. Blokziel,
1.De procedure
- de dagvaarding (producties 1-6)
- de conclusie van antwoord (producties 1-3)
2.De feiten
2.2. [gedaagde sub 2] is per 1 december 2022 medehuurder geworden van de woning. [gedaagde sub 1] is niet meer woonachtig in de woning.
3.3. Het geschil
€ 5.853,65 aan huurachterstand en € 755,32 aan buitengerechtelijke incassokosten inclusief btw), vermeerderd met de wettelijke rente over het bedrag aan huurachterstand. Ook vordert [eiseres] veroordeling van [gedaagden] tot betaling van de maandelijkse huurprijs vanaf 1 februari 2024 tot aan de dag der algehele ontruiming, met veroordeling van [gedaagden] in de proceskosten.
4.De beoordeling
€ 3.310,00, als ook de betalingen met betrekking tot de parkeerplaats van de maanden mei, juni, juli en november 2023 van in totaal € 254,00 echter niet vermeld. [gedaagde sub 2] betwist dat er sprake is van een huurachterstand.