ECLI:NL:RBMNE:2024:5051
Rechtbank Midden-Nederland
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen faillietverklaring en verzoek tot vernietiging van het faillissement afgewezen
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 16 augustus 2024 uitspraak gedaan in een verzet tegen de faillietverklaring van een besloten vennootschap, aangeduid als [opposant]. De rechtbank heeft het verzet ongegrond verklaard en het verzoek tot vernietiging van het faillissement afgewezen. De procedure volgde op een faillietverklaring die op 2 juli 2024 was uitgesproken, na een verzoekschrift van de geopposeerden, [geopposeerde sub 1] en [geopposeerde sub 2]. De rechtbank oordeelde dat het belang van de gezamenlijke schuldeisers bij instandhouding van het faillissement prevaleert boven het belang van de opposant om een betaling te ontvangen uit wat waarschijnlijk een Ponzi-schema is. De rechtbank weigerde mee te werken aan de instandhouding van dergelijke fraude of het sanctioneren van een betalingsregeling die mogelijk in strijd is met de wet of goede zeden. De rechtbank concludeerde dat de opposant in de toestand verkeert dat zij heeft opgehouden te betalen, en dat de vorderingen van de geopposeerden ten tijde van de faillietverklaring bestonden. De rechtbank benadrukte dat de betalingsregeling die was getroffen tussen de opposant en de geopposeerden niet betekent dat de vorderingen zijn verdwenen, en dat de opposant niet in staat is om haar schulden te voldoen. De beslissing van de rechtbank is openbaar uitgesproken door mr. P.J. Neijt.