ECLI:NL:RBMNE:2024:4997

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
19 augustus 2024
Publicatiedatum
19 augustus 2024
Zaaknummer
UTR 24/5370
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Omgevingsrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening inzake evenementenvergunning Zomerstadion 2024 en geluidsoverlast Beatrix Theater

Op 19 augustus 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een zaak over een evenementenvergunning voor het Zomerstadion 2024 op het Jaarbeursplein in Utrecht. De burgemeester van Utrecht had op 9 augustus 2024 een evenementenvergunning verleend aan [derde-partij] voor het evenement, dat van 21 augustus tot 18 september 2024 plaatsvindt. Verzoekers, waaronder verschillende B.V.'s, vreesden voor geluidsoverlast tijdens de repetities en try-outs van de musical Moulin Rouge in het naastgelegen Beatrix Theater. De voorzieningenrechter heeft een belangenafweging gemaakt tussen de financiële en reputatiebelangen van beide partijen. De voorzieningenrechter oordeelde dat de belangen van verzoekers en [derde-partij] even zwaar wegen en heeft daarom besloten dat de geluidsnorm voor de concerten op de helft van de dagen verlaagd moet worden. De geluidsnorm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) geldt voor de overige dagen, terwijl voor de andere dagen een geluidsnorm van maximaal 72 dB(A) en 83 dB(C) geldt. De voorzieningenrechter heeft ook bepaald dat de burgemeester het griffierecht en proceskosten aan verzoekers moet vergoeden.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 24/5370
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van 19 augustus 2024 in de zaak tussen

[verzoeker 1] B.V.,[verzoeker 2] B.V., [verzoeker 3] B.V., [verzoeker 4] B.V.,

[verzoeker 5] B.V., [verzoeker 6] B.V. en [verzoeker 7] B.V., allen uit [vestigingsplaats] , verzoekers
(gemachtigden: mr. C.W. Kniestedt en mr. P. Oremans),
en

de burgemeester van de gemeente Utrecht, de burgemeester

(gemachtigde: mr. T.N. Sanders).
Als derde-partij neemt aan de zaak deel:
[derde-partij] B.V. uit [vestigingsplaats] , [derde-partij]
(gemachtigde: mr. P.P.J. van der Rijt).

Inleiding

In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoekers tegen de verlening van een evenementenvergunning aan [derde-partij] .
Op 9 augustus 2024 heeft de burgemeester aan [derde-partij] een evenementenvergunning verleend voor het evenement Zomerstadion Utrecht 2024 op het Jaarbeursplein in Utrecht. Het evenement vindt plaats van 21 augustus 2024 tot 18 september 2024. De opbouw van het evenement vindt plaats tussen 12 en 21 augustus 2024 en de afbouw tussen 19 en 22 september 2024.
Zomerstadion Utrecht 2024 heeft een programma met beachvolleybal en een padeltoernooi en concerten. Er wordt daarbij gebruik gemaakt van versterkt geluid. Van 11 tot en met 15 september is er Zomerstadion 2024 Live! met vijf concerten. De concerten op 11 tot en met 14 september zijn van 20.00 uur of 20.30 uur tot 23.00 uur en het concert op 15 september is van 16.00 tot 20.00 uur. In de evenementenvergunning is opgenomen dat voor deze dagen, net als voor 7 en 8 september, een geluidsnorm geldt van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C). Voor de overige dagen waarop gebruik gemaakt wordt van verstrekt geluid geldt een maximale grens van 70 dB(A) en 85 dB(C).
Het Beatrix Theater ligt direct naast de evenementenlocatie. In de evenementenperiode vinden daar repetities en try-out voorstellingen plaats voor de musical Moulin Rouge die op 19 september 2024 in première gaat. Verzoekers vinden dat het evenement leidt tot onaanvaardbare geluidsoverlast omdat de geluidsbelasting in het theater de repetities en de try-out voorstellingen verstoort.
Verzoekers hebben daarom bezwaar gemaakt tegen de verleende evenementenvergunning en de voorzieningenrechter gevraagd om een voorlopige voorziening te treffen. Zij vragen de voorzieningenrechter om de evenementenvergunning te schorsen voor zover daarbij het muziekevenement Zomerstadion Live! van 11 tot en met 15 september 2024 is vergund. Daarnaast is verzocht om extra voorwaarden aan de vergunning te verbinden.
De burgemeester heeft op het verzoek gereageerd met een verweerschrift. [derde-partij] heeft ook schriftelijk gereageerd.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 16 augustus 2024 op zitting behandeld. Namens verzoekers waren aanwezig [A] , [B] , [C] , [D] , [E] (geluidsdeskundige) en mr. C.W. Kniestedt en mr. [F] . Namens de burgemeester was aanwezig haar gemachtigde en [G] (geluidsdeskundige). Namens [derde-partij] waren aanwezig haar gemachtigde en [H] en [I] .

Totstandkoming van het besluit

1. Op 3 april 2024 heeft [derde-partij] de aanvraag om verlening van de evenementenvergunning ingediend. Op 26 juni 2024 is deze aanvraag gepubliceerd. [1] Door verzoekers zijn op 10 juli 2024 en 5 augustus 2024 zienswijzen ingediend. Bij besluit van 9 augustus 2024 heeft de burgemeester de vergunning verleend zoals aangevraagd.
Beoordeling door de voorzieningenrechter
2. De voorzieningenrechter overweegt dat een voorlopige voorziening een spoedmaatregel is. In een voorlopige voorzieningenprocedure is er maar beperkt de ruimte om alle standpunten die raken aan de rechtmatigheid van een besluit uitvoerig te beoordelen. Na de bespreking op de zitting is de voorzieningenrechter tot de conclusie gekomen dat de evenementenvergunning niet evident onrechtmatig is, maar dat de aangevoerde gronden wel vragen om een heroverweging van de evenementenvergunning door de burgemeester. In de beslissing op het bezwaar zal gemotiveerd moet worden ingegaan op de gestelde geluidsoverlast van verzoekers en afgewogen moet worden of de vergunde geluidsnorm niet te hoog is gelet op de specifieke situatie tijdens het Zomerstadion Utrecht 2024 op het Jaarbeursplein, namelijk samenloop van de repetities en try-out voorstellingen in het Beatrix Theater en het gebruik van versterkte muziek bij het evenement. De voorzieningenrechter zal dan ook niet een voorlopig rechtmatigheidsoordeel over het bestreden besluit geven.
3. De voorzieningenrechter beperkt zich tot een beoordeling van de vraag of onverwijlde spoed gelet op de belangen van alle partijen vereist dat een voorlopige voorziening wordt getroffen. Deze belangenafweging maakt hij aan de hand van wat partijen naar voren hebben gebracht over hun belangen.
4. De belangenafweging vindt plaats tegen de achtergrond van de geluidsnormen die voor evenementen op het Jaarbeursplein gelden en de gevolgen daarvan voor met name het Beatrix Theater .
Geluidsnormen en geluidslast op het Beatrixgebouw en in het Beatrix Theater
5. Het Jaarbeursplein is in het bestemmingsplan Van Sijpesteijnkwartier-Jaarbeursplein aangewezen als evenementenlocatie. Voor evenementen gelden specifieke gebruiksregels, waaronder regels voor geluid. Het gaat in deze zaak met name om de regel dat door versterkte muziek maximaal een geluidsniveau van 80 dB(A) en 95 dB(C) geproduceerd mag worden. Dit niveau wordt gemeten aan de dichtstbijzijnde gevel van een woning waarbij de L(eq) gedurende twee minuten wordt aangehouden.
6. Binnen het kader van het bestemmingsplan is van belang dat het maximale geluidsniveau geldt voor woningen en aan de dichtstbijzijnde gevel van een woning gemeten wordt. Deze gebruiksregel beschermt het Beatrix Theater dan ook niet tegen geluidsoverlast.
7. [derde-partij] heeft met het rapport van [adviesbureau 1] B.V. van 6 augustus 2024 onderbouwd dat aan deze gebruikseis voor geluid is voldaan. Dat is tussen partijen niet in geschil.
8. [adviesbureau 1] heeft niet alleen de geluidslast op “de dichtstbijzijnde gevel van een woning” gemeten maar ook de geluidslast op de gevel van het Beatrix Theater . Uit het rapport van [adviesbureau 1] blijkt dat de geluidsbelasting op de oostgevel van het Beatrixgebouw (geen woning) 81 dB(A) en 101 dB(C) en op de westgevel 88 dB(A) en 109 dB(C) is.
9. Op basis van die bevindingen heeft [adviesbureau 2] B.V., in haar rapport van 12 augustus 2024, uitgebracht op verzoek van verzoekers, berekend dat de achtergrondgeluidniveaus in het Beatrix Theater ruimschoots worden overschreden door het geluid van de concerten. De overschrijding bedraagt in de theaterzaal maximaal 16 dB(A) en 25 dB(C). Het geluid van sportevenementen overschrijdt eveneens de achtergrondgeluidniveaus op alle locaties met uitzondering van geluidniveaus in het midden van het theater. De overschrijding bedraagt in de theaterzaal maximaal 7 dB(A) en 14 dB(C). In beide situaties concludeert [adviesbureau 2] in het rapport dat dergelijke overschrijdingen zonder meer leiden tot een zeer negatieve beoordeling door het publiek. Het rapport bevat als normstelling dat het geluid van de concerten niet hoger mag zijn dan het heersende achtergrondgeluid. Dit is volgens het rapport ruimer dan volledige onhoorbaarheid van het evenement.
10. [derde-partij] heeft in zijn reactie van 15 augustus 2024, samengevat, opgemerkt dat deze normstelling te streng is, omdat [adviesbureau 1] heeft aangegeven dat het binnengeluid slechts overstemd wordt als het geluid dat van buiten komt meer dan 10 dB meer is dan het geluid van binnen. Dat is volgens haar alleen bij stiltes in de voorstelling en in de zaal aan de orde en anders niet.
11. Deze voorzieningenprocedure leent zich er niet voor om een oordeel te geven over de exacte geluidsniveaus binnen het Beatrix Theater als gevolg van Zomerstadion 2024. De voorzieningenrechter is er wel van overtuigd dat het geluid van de concerten en de sportevenementen die op maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) zijn vergund, binnen in het Beatrix Theater te horen zal zijn en dat dat geluid de luisterervaring van het publiek bij de try-outs negatief beïnvloedt, ook als uitgegaan wordt van de normstelling die [derde-partij] in navolging van [adviesbureau 1] voorstaat.
Belangenafweging van de voorzieningenrechter
12. Op de zitting is gebleken dat verzoekers en [derde-partij] vergelijkbare belangen hebben. Het gaat dan, samengevat, om financiële- en reputatiebelangen en de belangen van de bezoekers van de try-out voorstellingen en van Zomerstadion 2024. Bij iedere try-out worden door verzoekers 1500 bezoekers verwacht. [derde-partij] verwacht bij het sportevenement op 7 en 8 september 2024 960 bezoekers per dag en bij ieder concert 2100 bezoekers.
13. Verzoekers hebben aannemelijk gemaakt dat de bezoekers van de try-outs met de geluidsnormen van de evenementenvergunning van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) in het Beatrix Theater ten minste een minder goede musicalervaring hebben. Daarnaast is gewezen op de betekenis van de geluidsoverlast voor de ontvangst van de musical in de media. Verzoekers vrezen voor negatieve financiële consequenties.
14. [derde-partij] heeft onweersproken gesteld dat een lager maximaal geluidsniveau dan 80 dB(A) en 95 dB(C) afbreuk doet aan de concertbeleving van de bezoekers. De voorzieningenrechter gaat daarvan uit. Zij stelt ook als belang dat een dergelijk geluidsniveau ook in de overeenkomsten met de artiesten is bedongen en dat het risico bestaat dat artiesten de overeenkomst zullen opzeggen als het toegestane geluidsniveau lager is dan overeengekomen. Volgens [derde-partij] bestaat dan ook het risico dat de concerten bij een lager geluidsniveau niet doorgaan. Ook [derde-partij] vreest voor negatieve financiële consequenties.
15. De burgemeester is van mening dat het belang van [derde-partij] zwaarder moet wegen dan dat van verzoekers omdat [derde-partij] aan alle vergunningsvoorwaarden voldoet en de aanvraag eerder heeft ingediend dan dat het Beatrix Theater de première van de musical Moulin Rouge bekend maakte. Het is aan verzoekers en [derde-partij] om onderling goede afspraken te maken.
16. De voorzieningenrechter weegt de belangen van verzoekers en [derde-partij] even zwaar. Uit de gedingstukken en wat op de zitting is besproken blijkt dat verzoekers en [derde-partij] in de aanloop naar Sportstadion 2024 en de première van de musical Moulin Rouge geen overleg hebben gehad, zodat geen afspraken gemaakt zijn op een moment dat plannen nog konden worden bijgesteld. Op de zitting en uit informatie die de voorzieningenrechter na de zitting van partijen heeft gekregen, is verder gebleken dat overleg tussen verzoekers en [derde-partij] niet tot afspraken heeft geleid. Op de zitting is verder gebleken dat er geen geschikte (geluidstechnische) maatregelen zijn om het geluidsniveau binnen het Beatrix Theater te verminderen tot een aanvaardbaar niveau.
17. Omdat de belangen van verzoekers en [derde-partij] voor de voorzieningenrechter even zwaar wegen en er geen alternatieven lijken te zijn, treft hij de voorziening dat de vergunde geluidsnorm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) voor de helft van de dagen wordt verlaagd naar het maximale niveau van 72 dB(A) Leq en 83 dB(C) Leq, gemeten op de gevel van het Beatrix Theater , zoals door verzoekers verzocht. Omdat de vergunde norm gemeten wordt aan de dichtstbijzijnde gevel van een woning en de verlaagde norm aan de gevel van het Beatrixgebouw, verwacht de voorzieningenrechter dat het geluidsniveau binnen het Beatrix Theater de try-out voorstellingen niet hindert. Wellicht ten overvloede merkt de voorzieningenrechter op dat de vergunde geluidsnorm van maximaal 70 dB(A) en 85 dB(C), gemeten aan de dichtstbijzijnde gevel van een woning, niet wijzigt.
18. De voorzieningenrechter geeft de volgende toelichting.
19. De geluidsnorm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) geldt op basis van de evenementenvergunning voor 7 en 8 september 2024 (de sportevenementen) en voor 11 tot en met 15 september 2024 (de concerten van Zomerstadion 2024 Live!).
20. Op 15 september 2024 is het concert van Zomerstadion 2024 van 16.00 tot 20.00 uur. De try-out voorstelling begint om 20.00 uur. Dat betekent dat er tijdens die voorstelling geen overlast is van het concert, zodat de geluidsnorm niet verlaagd hoeft te worden.
21. Voor de overige data geldt dat de sportevenementen en concerten wel overlast veroorzaken voor de voorstellingen.
22. Voor de sportevenementen beslist de voorzieningenrechter dat voor één van twee dagen (7 en 8 september) de verlaagde geluidsnorm van maximaal 72 dB(A) Leq en 83 dB(C) Leq zal gelden.
23. Voor de vier dagen van de concerten (11 tot en met 14 september) geldt hetzelfde. Voor twee van die dagen geldt de verlaagde geluidsnorm van maximaal 72 dB(A) Leq en 83 dB(C) Leq.
24. Er blijven dus drie dagen over waarvoor de geluidsnorm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) geldt.
25. [derde-partij] , als vergunninghouder, kiest de dagen waarop de norm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) dan wel de norm van 72 dB(A) Leq en 83 dB(C) Leq geldt, omdat het aan haar is om technische en andere maatregelen te treffen en informeert de burgemeester en verzoekers daarover vóór zaterdag 23 augustus 2024.
26. Voor de dagen waarop de norm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) niet zal gelden, dient het volume beperkt te blijven tot maximaal 72 dB(A) Leq en 83 dB(C) Leq te meten op de gevel van het Beatrixgebouw.
Ten slotte
27. De voorzieningenrechter merkt op dat het partijen vrij staat om alsnog tot andere afspraken te komen, mits die binnen de grenzen van de verleende evenementenvergunning blijven.
Proceskosten en griffierecht
28. Omdat de voorzieningenrechter het verzoek toewijst moet de burgemeester het griffierecht aan verzoekers vergoeden. Verzoekers krijgen ook een vergoeding van hun proceskosten. De burgemeester moet deze vergoeding betalen. De vergoeding is met toepassing van het Besluit proceskosten bestuursrecht als volgt berekend. Voor de rechtsbijstand door een gemachtigde krijgen verzoekers een vast bedrag per proceshandeling. De gemachtigde heeft het verzoekschrift ingediend en aan de zitting deelgenomen. Elke proceshandeling heeft een waarde van € 875,-. De vergoeding bedraagt dan in totaal € 1.750,-.

Beslissing

De voorzieningenrechter:
- wijst het verzoek toe;
- bepaalt dat de geluidsvoorschriften op pagina 12 (eerste bolletje) van de evenementenvergunning als volgt luiden:
Deze norm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) geldt voor de volgende dagen en tijden:
 Zaterdag 7 september 2024 van 11:00 uur tot 23:00 uur
of
 Zondag 8 september 2024 van 13:00 uur tot 23:00 uur.

Maximaal op twee van onderstaande vier dagen:

 Woensdag 11 september 2024 van 11:00 uur tot 23:00 uur
 Donderdag 12 september 2024 van 11 :00 uur tot 23:00 uur
 Vrijdag 13 september 2024 van 11:00 uur tot 23:00 uur
 Zaterdag 14 september 2024 van 11:00 uur tot 23:00 uur
Deze norm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) geldt voor:
 Zondag 15 september 2024 van 13:00 uur tot 23:00 uur
[derde-partij] kiest de dagen waarop de norm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) geldt en informeert de burgemeester en verzoekers daarover vóór zaterdag 23 augustus 2024.
Voor de dagen waarop de norm van maximaal 80 dB(A) en 95 dB(C) niet zal gelden, dient het volume beperkt te blijven tot maximaal 72 dB(A) Leq en 83 dB(C) Leq te meten op de gevel van het Beatrixgebouw.
  • bepaalt dat de burgemeester het griffierecht van € 371,- aan verzoekers moet vergoeden;
  • veroordeelt de burgemeester tot betaling van € 1.750,- aan proceskosten aan verzoekers.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 19 augustus 2024 door mr. J.J. Catsburg, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. M.L. Bressers, griffier.
griffier
voorzieningenrechter
Een afschrift van dit proces-verbaal uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.Gemeenteblad 2024 nr. 279055, 26 juni 2024.