ECLI:NL:RBMNE:2024:4675

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
5 augustus 2024
Publicatiedatum
30 juli 2024
Zaaknummer
C/16/575088
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Handlichting voor minderjarige voor het openen van een zakelijke bankrekening

In deze zaak heeft Joshua David DE BOER, geboren op 14 december 2006 in Amsterdam, op 13 mei 2024 een verzoekschrift ingediend bij de Rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, met het verzoek om handlichting te verlenen voor het openen van een zakelijke bankrekening. Dit verzoek werd besproken tijdens een mondelinge behandeling op 17 juli 2024, waarbij Joshua en zijn ouders aanwezig waren. De ouders, Casper DE BOER en Stephanie Jean HADDAD, hebben ingestemd met het verzoek van hun zoon.

Joshua, die als ZZP’er werkt, heeft aangegeven dat hij handlichting nodig heeft om praktische problemen te voorkomen bij het versturen van facturen en het ontvangen van betalingen, aangezien hij pas op 14 december 2024 achttien jaar zal worden. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Joshua zijn verzoek helder heeft toegelicht en dat zijn ouders achter het verzoek staan. De kantonrechter heeft op basis van artikel 1:235 van het Burgerlijk Wetboek besloten om de handlichting te verlenen, zodat Joshua zelfstandig zijn bedrijf kan uitoefenen.

De beschikking is op 5 augustus 2024 uitgesproken door de kantonrechter, die tevens heeft bepaald dat de handlichting pas ingaat na publicatie, zodat derden hiervan kennis kunnen nemen. De beschikking zal gepubliceerd worden in de Staatscourant en op www.rechtspraak.nl. Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Familierecht
locatie Utrecht
zaaknummer: C/16/575088 / FO RK 24-571
Beschikking van 5 augustus 2024
in de zaak van:
Joshua David DE BOER,
wonende in Abcoude,
hierna te noemen: Joshua,
met als belanghebbenden
Casper DE BOER,
wonende in Amsterdam,
hierna te noemen: de vader,
Stephanie Jean HADDAD,
wonende in Abcoude,
hierna te noemen: de moeder.

1.De procedure

1.1.
Joshua heeft op 13 mei 2024 een verzoekschrift met bijlagen ingediend.
1.2.
Het verzoek is besproken tijdens de mondelinge behandeling (zitting) van 17 juli 2024. Daarbij waren Joshua en zijn ouders aanwezig.

2.Waar deze procedure over gaat

2.1.
De vader en de moeder zijn de ouders van:
-
Joshua David DE BOER,geboren op 14 december 2006 in Amsterdam.
2.2.
De vader en de moeder hebben gezamenlijk het ouderlijk gezag over Joshua.
2.3.
Joshua verzoekt de rechtbank om aan hem handlichting te verlenen voor het openen van een zakelijke rekening bij een bank.
2.4.
De ouders stemmen in met het verzoek van Joshua.

3.De beoordeling

Conclusie

3.1.
De kantonrechter zal de verzochte handlichting verlenen en hierna toelichten waarom zij deze beslissing neemt.
Handlichting
3.2.
Op grond van artikel 1:235 van het Burgerlijk Wetboek (BW) kan de kantonrechter aan een minderjarige, die de leeftijd van zestien jaar heeft bereikt, bepaalde bevoegdheden van een meerderjarige toekennen.
3.3.
Joshua heeft tijdens de zitting verteld dat hij handlichting nodig heeft voor het openen van een zakelijke bankrekening omdat hij ZZP’er is. Momenteel werkt hij drie dagen per week in het bedrijf van zijn vader als installateur van verwarmings- en luchtbehandelingsapparatuur. Als ZZP’er verhuurt Joshua zich aan zijn vader en aan drie andere bedrijven. Omdat Joshua pas op 14 december 2024 achttien jaar zal worden, zorgt dit voor praktische problemen bij het versturen van facturen en het ontvangen van betalingen. De oplossing daarvoor is de handlichting voor het openen van een zakelijke bankrekening. De kantonrechter is van oordeel dat Joshua zijn verzoek helder heeft toegelicht en goed heeft doordacht. De ouders staan ook achter het verzoek. De kantonrechter vindt het belangrijk dat Joshua zelfstandig zijn bedrijf kan uitoefenen en daarbij de gevraagde bevoegdheid krijgt. Het verzoek wordt daarom toegewezen.
Publicatieplicht
3.4.
De bij deze beschikking verleende handlichting werkt niet vanaf de datum van de beschikking, maar vanaf de datum van publicatie zodat derden daarvan kennis kunnen nemen. In artikel 1:237 lid 1 BW is bepaald dat de beschikking waarbij handlichting is verleend, bekend moet worden gemaakt in de Staatscourant en twee in de beschikking aan te wijzen dagbladen. De bedoeling van de wetgever is daarbij dat op die manier zoveel mogelijk personen kennis kunnen nemen van de handlichting. Omdat tegenwoordig toegang tot het internet voor (vrijwel) iedereen beschikbaar is, geeft de publicatie van de handlichting op het internet hetzelfde, zo niet een ruimer effect dan voornoemde in de wet voorgeschreven wijzen van publicatie in twee aan te wijzen dagbladen. Omdat de Staatscourant op internet beschikbaar is en publicatie kosteloos is, kan daarmee naar het oordeel van de kantonrechter worden volstaan. Daarnaast zal er publicatie plaatsvinden van de niet geanonimiseerde beschikking op www.rechtspraak.nl.

4.De beslissing

De kantonrechter:
4.1.
verleent aan
Joshua David DE BOER,geboren op 14 december 2006 in Amsterdam, handlichting voor het openen van een zakelijke rekening bij een bank;
4.2.
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
4.3.
draagt de griffier op deze beschikking te publiceren in de Staatscourant;
4.4.
beslist dat deze beschikking door de griffier van deze rechtbank niet geanonimiseerd zal worden gepubliceerd op www.rechtspraak.nl.
Dit is de beslissing van de rechtbank, genomen door mr. E.A.A. van Kalveen, kinderrechter, tevens kantonrechter, in samenwerking met mr. H.E. Broersma, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 5 augustus 2024.
Tegen deze beschikking kan - voor zover er definitief is beslist - door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De verzoekende partij en verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.