In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 1 februari 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen omdat deze niet tijdig had beslist op haar aanvraag van 12 april 2021 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden, aangezien verweerder op 12 april 2022 in gebreke was gesteld. Eiseres heeft pas op 20 november 2023 beroep ingesteld, meer dan twee weken na de ingebrekestelling.
De rechtbank heeft besloten dat verweerder alsnog een besluit moet nemen, met een termijn van zes weken na verzending van de uitspraak voor het doen van een vooraankondiging. Daarnaast moet verweerder binnen twee weken na ontvangst van een zienswijze op de vooraankondiging of na het verstrijken van de termijn van zes weken een besluit bekendmaken. De rechtbank heeft ook bepaald dat verweerder een dwangsom van € 100,- per dag moet betalen voor elke dag dat hij de beslistermijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-.
Eiseres heeft recht op vergoeding van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 218,75, en het door haar betaalde griffierecht van € 50,- moet door verweerder worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.