Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
2. NEDERLANDSE ZUIVELORGANISATIE,
1.De procedure
- de pleitnota van de Stichting en de Vereniging,
- de pleitnota van Upfield.
2.Waar gaat deze zaak over?
Het maakt niet uit of voor consumenten wel of niet duidelijk is dat het gaat om een plantaardig alternatief voor roomboter.
3.De beoordeling van het incident tot voeging
4.De beoordeling in de hoofdzaak
Punt 1 van dit deel III (alle hierna genoemde punten komen uit dit deel III) bepaalt dat onder ‘melk’ uitsluitend wordt verstaan: het product dat normaal door de melkklieren wordt afgescheiden en bij één of meer melkbeurten wordt verkregen, zonder dat daaraan stoffen worden toegevoegd of onttrokken.
Punt 2 bepaalt dat onder ‘zuivelproducten’ worden verstaan: producten die uitsluitend zijn verkregen uit melk, met dien verstande dat stoffen die voor de bereiding ervan noodzakelijk zijn, mogen worden toegevoegd, mits deze stoffen niet worden gebruikt voor de volledige of gedeeltelijke vervanging van één van de bestanddelen van de melk. Onder punt 2 is verder bepaald dat voor zuivelproducten uitsluitend de daar opgesomde benamingen mogen worden gebruikt. Die benamingen zullen hierna de ‘voorbehouden zuivelbenamingen’ worden genoemd. Twee van de voorbehouden zuivelbenamingen zijn ‘room’ en ‘boter’.
Punt 3 bepaalt dat de benaming ‘melk’ en de voorbehouden zuivelbenamingen mogen worden gebruikt samen met één of meer woorden voor het omschrijven van samengestelde producten waarvan geen enkel element de plaats van een bestanddeel van melk inneemt of met dit doel wordt toegevoegd, en waarvan de melk of een zuivelproduct een essentieel bestanddeel is, hetzij door zijn hoeveelheid, hetzij omdat zijn effect kenmerkend is voor het product.
niet mogen worden gebruikt om bij de afzet of in reclame een zuiver plantaardig product aan te duiden, zelfs wanneer deze benamingen worden vervolledigd door verduidelijkende of beschrijvende aanvullingen die wijzen op de plantaardige oorsprong van het betrokken product(onderstreping rechtbank), tenzij het product is vermeld op de lijst met traditionele benamingen.
- de aanvulling ‘-beter’ – anders dan de aanvulling ‘tofu-’ in ‘tofuboter’ – maar in beperkte mate kan worden gezien als een verduidelijkende of beschrijvende aanvulling die wijst op de plantaardige herkomst van het product. De consument kan de strekking van ‘beter’ pas begrijpen als een verwijzing naar de plantaardige herkomst van het product als hij de ‘skip the cow’ reclame kent of als hij de verpakking heeft bestudeerd, waarop wordt vermeld dat dit product minder klimaatimpact heeft dan roomboter.
- als het gebruik in combinatie met de merknaam BLUE BAND gezien kan worden als een verduidelijkende of beschrijvende aanvulling die wijst op de plantaardige herkomst van het product (omdat een deel van het publiek weet dat onder het merk BLUE BAND alleen plantaardige producten worden aangeboden), is ook die verduidelijking of aanvulling een stuk zwakker dan de verduidelijkende en beschrijvende aanvulling ‘tofu-’ in ‘tofuboter’.
‘product met 79% vet’(zie productie 7 bij de CvA).
€ 178,00(plus, eventueel, de verhoging zoals vermeld in de beslissing)