Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
hierna: verdachte.
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
op 27 maart 2024 te Zeist een pistool en een bijbehorend patroon voorhanden heeft gehad;
op 27 maart 2024 te Zeist een hoeveelheid van 268,7 gram amfetamine, 156,19 gram MDMA en 1,5 gram cocaïne opzettelijk aanwezig heeft gehad.
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
- de bekennende verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 9 juli 2024;
- de bevindingen van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] ;
5.BEWEZENVERKLARING
6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN
onder 1 bewezen verklaardelevert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
onder 2 bewezen verklaardelevert volgens de wet het volgende strafbare feit op:
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
- meldplicht bij de reclassering;
- meewerken aan een ambulante behandeling;
- verblijven in een instelling voor begeleid wonen of maatschappelijke opvang;
- inspanningsverplichting voor het vinden en behouden van betaald werk;
- inzage geven in financiën en indien van toepassing meewerken aan aflossen van schulden.
9.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
- 14a, 14b, 14c en 57 van het Wetboek van Strafrecht en
- 26 en 55 Wet wapens en munitie
- 2 en 10 van de Opiumwet,
10.BESLISSING
gevangenisstrafvan
7 maanden;
2 maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene en/of bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
proeftijd van 2 jarenvast;
een wapen in de zin van art. 1 onder 3 van de Wet wapens en munitie, te
weten een vuurwapen als bedoeld in art. 2 lid 1 van die wet, van de categorie
III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te
weten
- een vuurwapen, pistool, van origine gaspistool van het merk Blow, model
mini 9, kaliber 9mm, omgebouwd naar scherpschietend
- (bijbehorende) munitie in de zin van art. 1 onder 4 van de Wet wapens en
munitie, te weten munitie als bedoeld in art. 2 lid 2 van die wet, van de
categorie III te weten een of meerdere scherpe patro(o)n(en),
voorhanden heeft gehad;
( art 26 lid 1 Wet wapens en munitie )
opzettelijk
aanwezig heeft gehad
- (ongeveer) 268,7 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal
bevattende amfetamine en/of
- (ongeveer) 156,19 gram, in elk geval een hoeveelheid van
een materiaal bevattende MDMA en/of
- (ongeveer) 1,5 gram in elk geval van een hoeveelheid van een materiaal bevattende
cocaïne,
zijnde amfetamine en/of MDMA en/of cocaïne,
(telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel
aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet
( art 10 lid 3 Opiumwet, art 2 ahf/ond C Opiumwet )