In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Midden-Nederland, uitgesproken op 21 juni 2024, wordt het verzoek tot ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2007, aan de ouders voorgelegd. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om de ondertoezichtstelling voor de duur van een jaar, omdat er ernstige zorgen zijn over de verslavingsproblematiek van de minderjarige. De kinderrechter heeft de mondelinge behandeling op 21 juni 2024 gehouden, waarbij de ouders en vertegenwoordigers van de Raad en de gecertificeerde instelling aanwezig waren. De kinderrechter heeft de minderjarige om haar mening gevraagd, die zij in een brief heeft verwoord.
De kinderrechter constateert dat er inderdaad zorgen zijn over de ontwikkeling van de minderjarige, die al geruime tijd verslaafd is aan verschillende soorten drugs en last heeft van angst- en somberheidsklachten. Ondanks deze zorgen is de kinderrechter van mening dat het op dit moment niet passend is om de minderjarige onder toezicht te stellen. Dit komt doordat er recent positieve veranderingen zijn opgetreden in haar situatie. De ouders hebben goed samengewerkt en zijn van mening dat een ondertoezichtstelling een negatief signaal zou zijn voor hun dochter.
De kinderrechter besluit om de beslissing over de ondertoezichtstelling aan te houden tot 30 augustus 2024, zodat de minderjarige de kans krijgt om haar positieve ontwikkeling voort te zetten. De kinderrechter verzoekt de Raad om uiterlijk 16 augustus 2024 te rapporteren over de voortgang. De beschikking is openbaar uitgesproken en kan door belanghebbenden worden aangevochten binnen drie maanden na de uitspraak.