Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.De procedure
- de dagvaarding, met producties 1 t/m 29;
- de conclusie van antwoord, met producties 1 t/m 47,
- de aanvullende producties 30 t/m 40 van [eiseres] van 6 september 2023,
- de aanvullende producties 48 en 49 van [gedaagde] van 9 september 2023,
- de mondelinge behandeling van 19 september 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt,
- de pleitaantekeningen van [eiseres] ,
- de pleitaantekeningen van [gedaagde] ,
- de akte na mondelinge behandeling en aanvullende productie 48 van 18 oktober 2023 van [gedaagde] ,
- de antwoordakte van [eiseres] met aanvullende producties 42 t/m 47 van 15 november 2023,
- de akte uitlating aanvullende producties 42 t/m 47 van [eiseres] van 29 november 2023.
2.De kern
3.Korte toelichting op de zaak
- primairniet genomen zijn (dat wil zeggen dat niet is besloten over de vaststelling van de bezoldiging van [bedrijf 1] als bestuurder van [gedaagde] in de zin van artikel 2:245 BW),
- subsidiairnietig zijn op rond van artikel 2:14 lid 1 BW, omdat ze niet correct zijn geagendeerd,
- dan wel,
- primairnietig is op grond van artikel 2:14 lid 1 BW, omdat het niet correct is geagendeerd,
- dan wel,
4.De beoordeling
onaanvaardbaarwas. Dat is een hoge drempel.