In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 18 juli 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen omdat deze niet tijdig had beslist op haar aanvraag van 19 januari 2022 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden, aangezien verweerder in gebreke was gesteld op 3 maart 2023 en eiseres pas op 2 juni 2024 beroep heeft ingesteld. De rechtbank heeft besloten dat verweerder alsnog een besluit moet nemen binnen een termijn van twee weken na verzending van de uitspraak, met een uiterste datum van 6 september 2024 voor het doen van een vooraankondiging. Tevens is bepaald dat verweerder een dwangsom van € 100,- per dag moet betalen voor elke dag dat hij de beslistermijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op een vergoeding van de proceskosten, vastgesteld op € 218,75, en het door haar betaalde griffierecht van € 51,- moet door verweerder worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.