ECLI:NL:RBMNE:2024:4298

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
28 februari 2024
Publicatiedatum
17 juli 2024
Zaaknummer
10720794
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot schadevergoeding na aankoop van een auto zonder geldige APK

In deze zaak heeft eiser, een ondernemer, een Renault Twingo uit 2011 gekocht van gedaagde voor € 2.700,00. Na de aankoop heeft eiser geklaagd over verschillende gebreken aan de auto, waaronder het ontbreken van een geldige APK. Eiser heeft gedaagde in gebreke gesteld en de auto laten repareren, waarvoor hij € 470,00 heeft betaald. Eiser vordert dit bedrag terug van gedaagde, stellende dat de auto niet voldeed aan de verwachtingen die hij op basis van de overeenkomst mocht hebben. Gedaagde betwist de vordering en stelt dat de auto in de advertentie correct is beschreven, inclusief de geldigheid van de APK.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat eiser onvoldoende bewijs heeft geleverd dat gedaagde hem heeft voorgelogen over de geldigheid van de APK en dat hij niet heeft aangetoond dat de auto zonder gebreken was. De rechter heeft vastgesteld dat eiser als ondernemer handelde en niet als consument, waardoor de consumentenbescherming niet van toepassing is. De kantonrechter heeft de vordering van eiser afgewezen en hem veroordeeld in de proceskosten van € 50,00. Dit vonnis is uitgesproken op 28 februari 2024.

Uitspraak

RECHTBANKMIDDEN-NEDERLAND
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Amersfoort
Zaaknummer: 10720794 \ AC EXPL 23-2179
Vonnis van 28 februari 2024
in de zaak van
[eiser]handelend onder de naam
[handelsnaam 1],
wonende en zaakdoende in [woonplaats 1] ,
eisende partij,
hierna te noemen: [eiser] ,
gemachtigde: Juristu Incassodiensten N.V.
rolgemachtigde: De Ruijter & Willemsen gerechtsdeurwaarders en incasso B.V.,
tegen
[gedaagde]handelend onder de naam
[handelsnaam 2],
wonende in [woonplaats 2] en zaakdoende in [vestigingsplaats] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
procederend in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- het proces-verbaal van de rolzitting van 1 november 2023 (de conclusie van antwoord)
- de conclusie van repliek
- de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[eiser] heeft op 28 januari 2023 voor zijn bedrijf een Renault Twingo uit 2011 gekocht van [gedaagde] en daarvoor € 2.700,00 betaald. Kort daarna heeft [eiser] telefonisch geklaagd bij [gedaagde] over het ontbreken van de APK, de remleidingen, de verkeerde kleur van de richtingaanwijzers en de niet-werkende kachel. Op 7 februari 2023 schrijft [eiser] aan [gedaagde] dat [gedaagde] in gebreke wordt gesteld en voor de laatste maal in de gelegenheid wordt gesteld om de gebreken te herstellen. Eveneens op 7 februari 2023 heeft [eiser] de auto laten herstellen bij [bedrijf] V.O.F. (verder te noemen [bedrijf] ). Op de factuur d.d. 7 februari 2023 van [bedrijf] staan de volgende posten: 2x voorbanden, remleidingen tectyleren, diverse verlichtingen, verwarming stekkerreparatie, APK en arbeid, samen € 470,00 incl. btw.

3.Het geschil

3.1.
[eiser] vordert dat [gedaagde] bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, wordt veroordeeld om te betalen € 470,00 te vermeerderen met de wettelijke handelsrente en kosten.
3.2.
[eiser] legt aan zijn vordering ten grondslag dat de auto niet de eigenschappen bezit die hij op grond van de overeenkomst mocht verwachten. [gedaagde] heeft aangeboden om de auto op zijn kosten te laten herstellen, maar heeft de kosten van herstel door [bedrijf] niet betaald. [gedaagde] betwist dat de auto niet aan de overeenkomst beantwoord en vraagt om de vordering van [eiser] af te wijzen.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter zal de vordering van [eiser] afwijzen en legt hierna uit waarom.
4.2.
De kantonrechter merkt vooraf op dat [eiser] in zijn brief van 7 februari 2023 een beroep doet op consumentenbescherming. [eiser] stelt echter zelf in de dagvaarding dat hij de auto heeft gekocht voor zijn bedrijf en de factuur van [bedrijf] staat op naam van [eiser] . De kantonrechter gaat er daarom van uit dat [eiser] niet als consument heeft gehandeld.
4.3.
Om te kunnen beoordelen of de auto aan de overeenkomst beantwoordt, zal de kantonrechter eerst moeten vaststellen wat die overeenkomst inhoudt. Omdat [eiser] zich beroept op de inhoud van de overeenkomst is hij degene die moet stellen en zonodig bewijzen wat die overeenkomst inhield. [eiser] stelt dat is afgesproken dat de APK nog een jaar geldig was en dat de auto vrij van gebreken was.
4.4.
De kantonrechter is van oordeel dat [eiser] onvoldoende heeft onderbouwd dat [gedaagde] hem bij het aangaan van de koopovereenkomst heeft voorgehouden dat de APK nog een jaar geldig was. De overeenkomst is mondeling gesloten. [eiser] heeft naar aanleiding van een advertentie op Marktplaats telefonisch contact opgenomen met [gedaagde] en de auto vervolgens opgehaald in [plaats] . [gedaagde] heeft een uitdraai van een advertentie op Marktplaats overgelegd waarin staat dat de APK geldt tot 16 januari 2023. Als vraagprijs is genoemd € 3.395,00 en er staat in die advertentie Let op: geen APK meer en prijs is zo meenemen. Volgens [eiser] wijkt deze uitdraai af van de advertentie waar hij op gereageerd heeft. Volgens hem stond daarin dat de APK nog een jaar geldig zou zijn. [eiser] heeft echter geen uitdraai van die advertentie overgelegd. De kantonrechter gaat er daarom van uit dat de geldigheid van de APK correct in de advertentie stond vermeld. Daarbij weegt mee dat deze informatie standaard in advertenties betreffende tweedehandsauto’s staat vermeld en dat deze informatie eenvoudig en kosteloos is te controleren door aspirant-kopers. Het is dan niet aannemelijk dat een professionele verkoper onjuiste informatie over de geldigheid van de APK in de advertentie zal zetten. De enkele niet onderbouwde stelling van [eiser] dat dat wel het geval was, is onvoldoende om dat te kunnen vaststellen.
4.5.
[eiser] heeft evenmin onderbouwd dat is afgesproken dat de auto zonder gebreken was. Dat een niet APK-gekeurde auto van 12 jaar oud zonder gebreken is mag over het algemeen niet verwacht worden. Dat de afwezigheid van gebreken door [gedaagde] zou zijn gegarandeerd heeft [eiser] niet onderbouwd. [gedaagde] heeft gemotiveerd betwist dat dit zou zijn toegezegd. Volgens [gedaagde] stonden alle gegevens van de auto in de advertentie. Bij antwoord heeft [gedaagde] gesteld dat [eiser] de auto direct mee wilde nemen en dat daarom en omdat de kachel niet helemaal werkte en een wieldop ontbrak, een korting van € 400,00 op de vraagprijs is gegeven. Hierop heeft [eiser] niet meer gereageerd, zodat de kantonrechter ervan uit moet gaan dat dit klopt. Er is dus een korting gegeven omdat de auto niet in perfecte staat was. Dat past niet bij het garanderen dat dat wel het geval is.
4.6.
[eiser] stelt ook nog dat de auto niet de eigenschappen bezat die voor een normaal gebruik nodig zijn en waarvan hij de aanwezigheid niet hoefde te betwijfelen. Ook daarin kan de kantonrechter [eiser] niet volgen. Hierboven is al vastgesteld dat [eiser] moet hebben geweten dat de auto nog APK gekeurd moest worden. Wat daarvan uitgaande de gebreken zouden zijn die aan een normaal gebruik in de weg staan en die [eiser] niet hoefde te verwachten, is niet gesteld.
4.7.
Ten slotte beroept [eiser] zich er op dat [gedaagde] heeft aangeboden de auto op zijn kosten te laten herstellen door [bedrijf] . [eiser] stelt daarbij niet wanneer dat zou zijn aangeboden, maar uitgaande van de vaststaande feiten moet dat geweest zijn op 7 februari 2023 tussen het moment dat de ingebrekestelling per mail aan [gedaagde] is gezonden en het moment dat [bedrijf] tot reparatie is overgegaan. [gedaagde] zegt daarover bij antwoord dat hij in een telefoongesprek adressen heeft genoemd waar [eiser] de APK goedkoop zou kunnen regelen. Dat hij heeft toegezegd de kosten van herstel te betalen heeft [gedaagde] betwist en is door [eiser] verder niet onderbouwd. Dat betekent dat ook deze grondslag niet tot toewijzing van de vordering kan leiden.
4.8.
[eiser] is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van [gedaagde] worden begroot op:
- verletkosten
50,00
Totaal
50,00

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
wijst de vorderingen van [eiser] af,
5.2.
veroordeelt [eiser] in de proceskosten van € 50,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als [eiser] niet tijdig aan de veroordeling voldoet en het vonnis daarna wordt betekend.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.L. Rijnbout en in het openbaar uitgesproken op 28 februari 2024.
18374