In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 3 juli 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld omdat de Belastingdienst/Toeslagen niet tijdig had beslist op haar bezwaar tegen de definitieve beschikking compensatie kinderopvangtoeslag, ingediend op 20 oktober 2023. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden en dat eiseres terecht beroep heeft ingesteld na de ingebrekestelling op 27 mei 2024. De rechtbank heeft besloten dat de Belastingdienst/Toeslagen alsnog binnen twee weken na de uitspraak een nieuw besluit moet nemen. Indien deze termijn wordt overschreden, moet de Belastingdienst/Toeslagen een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast is de Belastingdienst/Toeslagen veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van eiseres, die zijn vastgesteld op € 218,75, en het griffierecht van € 51,-. De rechtbank heeft de termijnen voor het nemen van besluiten op bezwaar vastgesteld in overeenstemming met eerdere uitspraken van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.