ECLI:NL:RBMNE:2024:3893

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
25 juni 2024
Publicatiedatum
25 juni 2024
Zaaknummer
24/4007
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Omgevingsrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening tegen dwangbevel in bestuursrechtelijke context

Op 25 juni 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening tegen een dwangbevel dat door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woerden was uitgevaardigd. Het dwangbevel was gericht op het invorderen van verbeurde dwangsommen en was op 17 november 2023 aan verzoeker uitgereikt. Verzoeker had bezwaar gemaakt tegen dit dwangbevel en vroeg de voorzieningenrechter om de dreigende executieverkoop te voorkomen in afwachting van de beslissing op bezwaar.

De voorzieningenrechter oordeelde dat tegen een dwangbevel geen beroep kan worden ingesteld bij de bestuursrechter, zoals bepaald in artikel 8:4, eerste lid, aanhef en onder b, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit betekent dat er ook geen bezwaar kan worden gemaakt tegen het dwangbevel. De voorzieningenrechter concludeerde dat het bezwaar evident geen kans van slagen had en dat verzoeker een procedure bij de civiele rechter moest starten als hij de uitvoering van het dwangbevel wilde voorkomen.

Gezien de duidelijke juridische situatie, werd het verzoek om voorlopige voorziening als kennelijk ongegrond afgewezen zonder dat een zitting nodig was. De voorzieningenrechter oordeelde dat het college geen proceskosten of griffierecht hoefde te vergoeden. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en een afschrift werd verzonden aan de betrokken partijen.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 24/4007

uitspraak van de voorzieningenrechter van 25 juni 2024 in de zaak tussen

[verzoeker] , uit [woonplaats] , verzoeker

en

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woerden, verweerder

(gemachtigde: B. Voorend-Vuur).

Inleiding

1. Deze uitspraak gaat over het dwangbevel dat het college op 17 november 2023 aan verzoeker heeft uitgevaardigd om verbeurde dwangsommen in te vorderen.
2. Verzoeker heeft bij het college bezwaar gemaakt tegen het dwangbevel en de voorzieningenrechter gevraagd om de dreigende executieverkoop te voorkomen in afwachting van de beslissing op bezwaar.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

3. Tegen een dwangbevel kan geen beroep worden ingesteld bij de bestuursrechter. Dat volgt uit artikel 8:4, eerste lid, aanhef en onder b, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Verzoeker moet een procedure starten bij (de voorzieningenrechter van) de civiele rechter, als hij wil voorkomen dat het dwangbevel wordt uitgevoerd.
4. Omdat er geen recht is om beroep bij de bestuursrechter in te stellen, kan er tegen een dwangbevel ook geen bezwaar worden gemaakt. Dat volgt uit artikel 7:1, eerste lid, van de Awb. Het college zal het bezwaar tegen het dwangbevel om die reden niet-ontvankelijk moeten verklaren.
5. Omdat het bezwaar tegen het dwangbevel evident geen kans van slagen heeft, moet het verzoek om voorlopige voorziening als ongegrond worden afgewezen. Dit is zo duidelijk, dat daarvoor geen zitting bij de voorzieningenrechter nodig is. Deze uitkomst betekent dat de voorzieningenrechter het verzoek niet inhoudelijk beoordeelt. Het college hoeft geen proceskosten of griffierecht te vergoeden.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. K. de Meulder, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S.C.J. van der Hoorn, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 25 juni 2024.
griffier
voorzieningenrechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.