ECLI:NL:RBMNE:2024:3893
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- K. de Meulder
- S.C.J. van der Hoorn
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening tegen dwangbevel in bestuursrechtelijke context
Op 25 juni 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening tegen een dwangbevel dat door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woerden was uitgevaardigd. Het dwangbevel was gericht op het invorderen van verbeurde dwangsommen en was op 17 november 2023 aan verzoeker uitgereikt. Verzoeker had bezwaar gemaakt tegen dit dwangbevel en vroeg de voorzieningenrechter om de dreigende executieverkoop te voorkomen in afwachting van de beslissing op bezwaar.
De voorzieningenrechter oordeelde dat tegen een dwangbevel geen beroep kan worden ingesteld bij de bestuursrechter, zoals bepaald in artikel 8:4, eerste lid, aanhef en onder b, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit betekent dat er ook geen bezwaar kan worden gemaakt tegen het dwangbevel. De voorzieningenrechter concludeerde dat het bezwaar evident geen kans van slagen had en dat verzoeker een procedure bij de civiele rechter moest starten als hij de uitvoering van het dwangbevel wilde voorkomen.
Gezien de duidelijke juridische situatie, werd het verzoek om voorlopige voorziening als kennelijk ongegrond afgewezen zonder dat een zitting nodig was. De voorzieningenrechter oordeelde dat het college geen proceskosten of griffierecht hoefde te vergoeden. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en een afschrift werd verzonden aan de betrokken partijen.