ECLI:NL:RBMNE:2024:3786
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep wegens niet-betaling griffierecht in bestuursrechtelijke procedure
Op 18 juni 2024 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Eiseres had beroep aangetekend tegen het besluit van verweerder van 7 november 2023, waarin haar WW-uitkering werd stopgezet. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat eiseres het verschuldigde griffierecht van € 50,- niet heeft betaald. Volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is betaling van het griffierecht een vereiste voor de ontvankelijkheid van het beroep.
De rechtbank heeft partijen niet uitgenodigd voor een zitting, omdat dit in deze zaak niet nodig was. Eiseres had op 10 april 2024 een aangetekende brief ontvangen waarin zij werd geïnformeerd over de betalingstermijn van het griffierecht. Aangezien de rechtbank geen betaling heeft ontvangen en eiseres geen geldige reden heeft opgegeven voor het uitblijven van de betaling, kon de rechtbank het beroep niet inhoudelijk behandelen. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, zoals bepaald in artikel 8:54 van de Awb.
De uitspraak houdt in dat eiseres geen gelijk krijgt en ook geen proceskostenvergoeding ontvangt. De beslissing is openbaar uitgesproken op 18 juni 2024, en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun recht om binnen zes weken een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens zijn met deze uitspraak.