In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 30 mei 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld omdat de Belastingdienst/Toeslagen niet tijdig had beslist op haar bezwaar van 6 juni 2023 tegen de definitieve beschikking compensatie kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden en dat eiseres terecht beroep heeft ingesteld na de ingebrekestelling op 30 april 2024. De rechtbank heeft de Belastingdienst/Toeslagen opgedragen om binnen twee weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op vergoeding van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 218,75, en het betaalde griffierecht van € 51,- moet ook worden vergoed. De rechtbank heeft de termijnen voor het nemen van besluiten overgenomen van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, die op 23 augustus 2023 zijn vastgesteld. De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.