Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Zittingsplaats Lelystad
1.De stukken
- het vonnis van deze rechtbank van 28 december 2022 waarbij betrokkene ter beschikking is gesteld met voorwaarden wegens onder meer belaging en bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
- stukken waaruit blijkt dat de terbeschikkingstelling is ingegaan op 28 december 2022;
- de vordering van de officier van justitie van 13 maart 2024, die strekt tot omzetting van de terbeschikkingstelling met voorwaarden naar terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege;
- de reclasseringsadviezen van 29 februari 2024, 21 maart 2024 en 16 mei 2024, opgemaakt door M. van Elst, reclasseringswerker;
- het voortgangsverslag omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van de betrokkene, over de periode 28 december 2023 tot en met 28 maart 2024;
- een proces-verbaal van verhoor van betrokkene in het kader van vordering tot voorlopige verpleging van 1 maart 2024;
- het bevel van de rechter-commissaris van 1 maart 2024 tot voorlopige verpleging van betrokkene;
- het procesdossier van de zaak met parketnummer 16.096272.24;
- een proces-verbaal van de behandeling op de terechtzitting van 25 maart 2024.
2.Het onderzoek ter terechtzitting
3.Het standpunt van de reclassering
Betrokkene heeft niet alleen tegenover de reclassering, maar ook tegenover de inrichting geen openheid van zaken gegeven. Hij heeft structureel ontkend contact te hebben gehad met aangeefster, terwijl er blijkbaar gedurende een heel jaar op meerdere momenten contact is geweest. Er is geen basis meer om verder te werken in de tbs-maatregel met voorwaarden.