4.3Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 29 mei 2024, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Het klopt dat ik op 13 februari 2018 in een vechtpartij met [benadeelde] ben beland. Ik heb [benadeelde] meerdere malen geslagen met een stok op zijn arm, rug of schouder. Ik heb hem ook geslagen en getrapt.
Een proces-verbaal van bevindingen ter plaatse, genummerd PL0900-2018044470-15, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 13 februari 2018 zagen wij op de [straat] in [woonplaats] twee mannen staan welke allebei onder het bloed zaten. Een van deze mannen bleek te zijn [benadeelde] . Ik vroeg aan hem wat er was gebeurd en waar hij pijn had. Ik hoorde hem zeggen: 'Ik ben geslagen met een hamer […]'. Ik zag dat [benadeelde] meerdere hoofdwonden had en dat hij helemaal onder het bloed zat.Ik zag een persoon die mij later bekend werd als zijnde [verdachte] .Ik hoorde [verdachte] zeggen dat hij [benadeelde] had geslagen en de volgende opmerkingen maakte: 'Ik moet hem doodslaan voor jullie komen.' Tijdens het vaststellen van zijn identiteit bij de progris zuil hoorde wij, verbalisanten, dat [verdachte] zei: 'Is hij nog wel herkenbaar na al die blauwe plekken? Ik had zijn oogkassen in moeten slaan' of woorden van gelijke strekking.
Een proces-verbaal van voorgeleiding i.v.m. aanhouding van verdachte, genummerd PL0900-2018044470-9, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
De verdachte verklaarde: plotseling komt [benadeelde] binnen in het pand waar
ik met mijn vader aan het werk ben. Ik had een stok in mijn handen en een hamer. Ik heb hem kapot geslagen.
Een geschrift, te weten een letselverklaring van [benadeelde] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 13 februari gehecht op SEH Ter Gooi: wond voorhoofd 4 cm 4 hechtingen.
Een proces-verbaal van relaas, genummerd PL0900-2018044470, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ter hoogte van de [adres] te [woonplaats] werd een hamer aangetroffen met daaraan bloedsporen.
Een geschrift, te weten een rapport van het Nederlands Forensisch Instituut van 16 november 2018 met nummer 2018.02.20.208 (aanvraag 003), voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
De hamer is onderzocht op de aanwezigheid van bloed. Hierbij is zowel op de steel als op de
kop van de hamer bloed aangetroffen. Drie van de meest geconcentreerde bloedsporen op de steel zijn bemonsterd. Deze bemonsteringen zijn als AAU6196NL#01 tot en met #03 veiliggesteld voor een DNA-onderzoek. Van de kop van de hamer zijn vijf bloedsporen bemonsterd. Deze bemonsteringen zijn als AAU6196NL#04 tot en met #08 veiliggesteld voor een DNA-onderzoek. De steel is, in overleg met deskundigheidsgebied Vingersporen, bemonsterd gericht op het verzamelen van DNA van diegene die de hamer gehanteerd heeft.
Resultaten, interpretatie en conclusie vergelijkend DNA-onderzoek
SINomschrijving
Beschrijving DNA-profiel
DNA kan afkomstig zijn van
Matchkans DNA-profiel
AAU6196NL#01 tot en met #03
bloed vanaf steel
DNA-profiel van een man
[verdachte]
kleiner dan 1 op 1 miljard
AAU6196NL#08
bloed vanaf kop
DNA-mengprofiel;
- afgeleid DNA-hoofdprofiel
- DNA-nevenkenmerken
- [benadeelde]
- [verdachte]
- kleiner dan 1 op 1 miljard
- niet berekend
Een proces-verbaal van verhoor van getuige [getuige 1] bij de rechter-commissaris op 16 januari 2023, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Weet u iets van wat zich voorafgaande aan hetgeen zich op 13 februari 2018 afgespeeld heeft, heeft plaatsgevonden? Problemen tussen de heer [benadeelde] en het afhaalrestaurant?Ik wist niet wat de problemen waren, maar ik wist wel dat er iets was, omdat ze lawaai maakten. Die avond zelf en de periode daarvoor.
Wat gebeurde er daarna?Later in de avond hoorde ik geschreeuw buiten. Ik ben naar buiten gegaan en zag meneer [benadeelde] met drie mannen om hem heen. Hij lag op de grond en zij sloegen hem. Ik schreeuwde “stoppen’, in het Engels. Ik heb de politie gebeld.
Heeft u bij de heer [benadeelde] of een van die mannen die erbij waren verwondingen gezien?Ik zag dat de schedel van de heer [benadeelde] bloedde. Ik heb niet gezien of de andere drie gewond waren.
Heeft u gezien of er iemand iets anders dan vuisten of voeten gebruikte om te raken?Ja, ze hadden een wapen, ik denk dat dit een hamer was.
Bewijsoverwegingen
Met een hamer slaan op het hoofd van aangever
Verdachte heeft bekend dat hij op 13 februari 2018 aangever (met een stok) heeft geslagen en hem heeft geschopt. Vanuit de verdediging is aangevoerd dat niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte aangever ook heeft geslagen met een hamer. De verwondingen van aangever zijn volgens de verdediging door aangever zelf veroorzaakt. Omdat op de hamer enkel DNA-mengprofielen zijn aangetroffen is niet duidelijk welke handelingen precies met de hamer zijn gedaan, aldus de verdediging.
De rechtbank overweegt hierover als volgt. Bij aangever is door een arts een hoofdwond van 4 centimeter geconstateerd die moest worden gehecht. Naar het oordeel van de rechtbank past dit letsel bij het slaan met een hamer op het hoofd. Dit letsel past niet bij de situatie zoals geschetst door verdachte, namelijk dat aangever zichzelf zou hebben verwond door zelf met zijn hoofd op de grond te slaan.
Ter plaatse is een hamer aangetroffen welke door het Nederlands Forensisch Instituut is onderzocht op DNA. Uit de bemonstering van de steel van de hamer (AAU6196NL#01 tot en met #03) is een DNA-profiel van man verkregen met een matchkans van kleiner dan 1 op 1 miljard. Het DNA-profiel van verdachte komt overeen met dit DNA-profiel. Uit de bemonstering van de kop van de hamer (AAU6196NL#08) is een DNA-mengprofiel van twee donoren verkregen, waaruit een enkelvoudig DNA-hoofdprofiel kan worden afgeleid met een matchkans van kleiner dan 1 op 1 miljard. Het DNA-profiel van aangever komt overeen met dit DNA-hoofdprofiel. De sporen die door het NFI zijn onderzocht, betreffen allen bloedsporen. Dit sporenbeeld past bij de situatie dat verdachte aangever met deze hamer op zijn hoofd heeft geslagen. Verdachte heeft bij zijn voorgeleiding verklaard dat hij aangever heeft geslagen met een stok en met een hamer. Ondanks dat verdachte later op deze verklaring is teruggekomen, betrekt de rechtbank deze verklaring wel bij het bewijs voor haar oordeel nu de verklaring ook past bij het overige bewijs.
Verder heeft getuige [getuige 1] verklaard te hebben gezien dat er mannen om aangever heen stonden en hem sloegen met een wapen, waarvan hij denkt dat het een hamer was.
Gelet op deze omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte aangever met een hamer op zijn hoofd heeft geslagen.
Zware mishandeling
Vervolgens ziet de rechtbank zich voor de vraag gesteld of het handelen van verdachte kan worden gekwalificeerd als een poging tot zware mishandeling. De rechtbank beantwoordt deze vraag bevestigend. Verdachte heeft met een hamer, een voorwerp dat is bedoeld om hard mee te kunnen slaan, op het hoofd van aangever geslagen met zodanige kracht dat op zijn hoofd een wond van 4 centimeter is ontstaan. Het is een feit van algemene bekendheid dat het toepassen van dergelijk fors geweld met een hamer tegen het hoofd ernstig schedel- en hersenletsel kan veroorzaken. De rechtbank acht bewezen dat verdachte daarbij opzet had op het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel, gelet op de verklaring van verdachte zelf dat hij hem kapot heeft geslagen, dat hij aangever zijn oogkassen had moeten inslaan en had moeten doodslaan.
Op grond van het bovenstaande stelt de rechtbank vast dat verdachte welbewust en doelgericht met een hamer op het hoofd van aangever heeft geslagen, waarmee het opzet op zwaar lichamelijk letsel is bewezen.
Conclusie
De rechtbank acht de primair ten laste gelegde poging zware mishandeling bewezen.