Uitspraak
1.[eiser sub 1] ,2. [eiseres sub 2] ,
1.De procedure
- de conclusie van antwoord van 20 december 2023;
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald.
2.De beoordeling
€ 674,18 +
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak hebben [eiser sub 1] en [eiseres sub 2] een aannemingsovereenkomst gesloten met [gedaagde] voor werkzaamheden in hun woning, waaronder het verwijderen van vloertegels en het aanleggen van vloerverwarming. Na een aanbetaling van € 5.670,00 heeft [gedaagde] op 21 april 2023 met de werkzaamheden een aanvang gemaakt, maar op 22 april 2023 is hij niet op de afgesproken tijd verschenen. [eiser sub 1] was aanwezig om hem binnen te laten, maar [gedaagde] arriveerde pas later en besloot niet meer terug te komen. Dit leidde tot een geschil over de uitvoering van de overeenkomst. [eiser sub 1] en [eiseres sub 2] vorderden ontbinding van de overeenkomst, terugbetaling van de aanbetaling en schadevergoeding. De kantonrechter oordeelde dat [gedaagde] tekort was geschoten in de nakoming van de overeenkomst, waardoor de overeenkomst kon worden ontbonden. [gedaagde] werd veroordeeld tot terugbetaling van de aanbetaling, vermeerderd met wettelijke rente, en tot betaling van aanvullende schadevergoeding voor opslagkosten die [eiser sub 1] en [eiseres sub 2] hadden moeten maken. De kantonrechter wees de vordering voor de meerkosten van een nieuwe aannemer af, omdat deze niet voldoende onderbouwd was. Tevens werd [gedaagde] veroordeeld tot betaling van buitengerechtelijke kosten en proceskosten.