Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
- de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 21 mei 2024;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van aangever van 8 januari 2024, genummerd MD2R024007-03, opgemaakt door Eenheid Midden-Nederland, opgenomen op pagina 40 e.v. van het dossier met onderzoeksnummer MD2R024007 / KEFALONIA;
- een ander geschrift, als bedoeld in artikel 344 lid 1 onder 5 van het Wetboek van Strafvordering, inhoudende een brief van Amsterdam UMC van 12 januari 2024, opgemaakt door [A] , arts-assistent chirurgie en prof. dr. [B] , traumachirurg, opgenomen als bijlage 3 bij de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] .
5.BEWEZENVERKLARING
6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
- meldplicht bij de reclassering;
- ambulante behandeling;
- begeleid wonen of maatschappelijke opvang;
- dagbesteding;
- meewerken aan middelencontrole.
- meldplicht bij de reclassering;
- ambulante behandeling;
- begeleid wonen of maatschappelijke opvang;
- dagbesteding;
- meewerken aan middelencontrole.
9.BENADEELDE PARTIJ
10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
11.BESLISSING
gevangenisstrafvan
3 jaren;
een gedeelte van 1 jaar niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzijde rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene en bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
proeftijd van 2 (twee) jarenvast;