Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- het verzoekschrift van de vrouw (met bijlagen), binnengekomen op 17 oktober 2022;
- het verweerschrift van de man (met bijlagen) met daarin een aantal zelfstandige verzoeken (tegenverzoeken);
- een brief van de man (met USB-stick) van 12 januari 2023 (via F9-formulier);
- het verweerschrift van de vrouw (met bijlagen) op de zelfstandige verzoeken van de man;
- een bericht van de vrouw van 22 februari 2023 met bijlage (via F9-formulier);
- een bericht van de vrouw van 12 april 2023 (via F9-formulier);
- een bericht van de man van 12 september 2023 (via F9-formulier);
- een brief van de man (met bijlagen) van 4 december 2023, tevens houdende een aanvulling van zijn verzoeken;
- een brief van de vrouw (met bijlagen) van 5 december 2023;
- een brief van de man (met bijlagen) van 8 december 2023.
- de vrouw met haar advocaat;
- de man met zijn advocaat;
- de heer [A] namens de Raad voor de Kinderbescherming (hierna te noemen: de Raad); en
- mevrouw [B] (de gezinsvoogd) en mevrouw [C] (de gedragsdeskundige) namens de gecertificeerde instelling Samen Veilig Midden-Nederland (hierna te noemen: de GI).
2.Waar de procedure over gaat
- [minderjarige 1], geboren op [geboortedatum 1] 2010 in [woonplaats] ;
- [minderjarige 2], geboren op [geboortedatum 2] 2013 in [woonplaats] .
zaaknummer C/16/565955 / JE RK 23-1976) behandeld. Dit verzoek is ter zitting mondeling toegewezen.
3.De beoordeling
4.De beslissing
- partijen zullen de verkoopopbrengst van de woning aan de [adres] in [woonplaats] en de eventueel opgebouwde waarde van de levensverzekering (die is gekoppeld aan de hypotheek) bij helfte verdelen;
- partijen zullen het saldo op de peildatum op de gezamenlijke bankrekening met nummer [rekeningnummer 1] van € 1.114,59 bij helfte verdelen;