Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.[gedaagde sub 1] B.V.,
2.
[gedaagde sub 2] B.V.,
1.De procedure
- de dagvaarding van 1 november 2023, met producties 1 tot en met 14;
- de conclusie van antwoord, met producties 1 tot en met 6;
- de oproep voor de mondelinge behandeling, verzonden op 22 januari 2024;
- de e-mail van mr. Beerenfenger van 29 februari 2024 om 17:00 uur aan de griffie van de rechtbank over de oproeping van [gedaagde sub 2] als derde, welke e-mail op 4 maart 2024 om 10:49 uur door de griffie aan mr. Van der Kamp is doorgestuurd;
- het oproepingsexploot van 5 maart 2024, met productie 1;
- de e-mail van mr. Van der Kamp van 8 maart 2024 om 9:42 uur aan de griffie van de rechtbank over de oproeping van [gedaagde sub 2] als derde;
- de e-mail van mr. Beerenfenger van 8 maart 2024 om 10:47 uur aan de griffie van de rechtbank over de oproeping van [gedaagde sub 2] als derde;
- de e-mail van de rechtbank van 12 maart 2024 om 8:44 uur over de oproeping van [gedaagde sub 2] als derde;
- de mondelinge behandeling van 12 april 2024, waarvan de griffier aantekeningen heeft gemaakt;
- de spreekaantekeningen van [eiseres] .