ECLI:NL:RBMNE:2024:3140

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
17 mei 2024
Publicatiedatum
21 mei 2024
Zaaknummer
C/16/574964 / KG ZA 24-227
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verbod op herkenbare afbeelding van medewerkers in boek ter bescherming van veiligheid

In een kort geding dat op 17 mei 2024 werd behandeld door de voorzieningenrechter mr. J.G. van Ommeren, heeft de Belgische Staat een vordering ingediend tegen gedaagden, bestaande uit een uitgever en een schrijver, vanwege de herkenbare afbeelding van medewerkers in een boek. De Belgische Staat, vertegenwoordigd door advocaten mr. J.S. Bierens en mr. M. Dijkstra, stelde dat de veiligheid van deze medewerkers in gevaar kwam door de publicatie van hun foto's in het boek, dat door gedaagde sub 1 was uitgegeven. Tijdens de mondelinge behandeling, die achter gesloten deuren plaatsvond, werd de eis van de Belgische Staat gewijzigd, waarop gedaagden geen verweer meer voerden.

De voorzieningenrechter oordeelde dat de Belgische Staat een spoedeisend belang had bij haar vorderingen en dat het onrechtmatig was om de medewerkers herkenbaar af te beelden, gezien hun professionele achtergrond. De rechter wees de vorderingen van de Belgische Staat toe, waarbij gedaagden werd verboden om het boek in welke vorm dan ook uit te geven of te verspreiden zolang de herkenbare afbeeldingen van de medewerkers niet onherkenbaar waren gemaakt. Tevens werd gedaagden opgedragen om boekhandels en andere verkopers te sommeren de verkoop van het boek te staken totdat aan deze voorwaarde was voldaan. De proceskosten werden gecompenseerd, en het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK Midden-Nederland

Civiel recht
Zittingsplaats Utrecht
Zaaknummer: C/16/574964 / KG ZA 24-227
Vonnis in kort geding van 17 mei 2024
in de zaak van
DE BELGISCHE STAAT,
zetelende te Brussel,
eisende partij,
hierna te noemen: De Belgische Staat,
advocaat: mr. J.S. Bierens en mr. M. Dijkstra,
tegen

1.[gedaagde sub 1] B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,
hierna te noemen: [gedaagde sub 1]
2.
[gedaagde sub 2],
wonend te [woonplaats] ,
hierna te noemen: [gedaagden] ,
gedaagde partijen,
hierna samen te noemen: gedaagden,
advocaat: mr. F.F. Blokhuis.

1.De procedure

1.1.
De voorzieningenrechter beschikt over de volgende stukken:
- de dagvaarding met producties 1 t/m 7
- de producties 1 t/m 10 van [gedaagde sub 1] en [gedaagden]
- de pleitnota van De Belgische Staat
- de pleitnota van [gedaagde sub 1] en [gedaagden] .
1.2.
Op 17 mei 2024 heeft mr. J.G. van Ommeren, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. G. Delissen, griffier, een mondelinge behandeling gehouden achter gesloten deuren in verband met de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer van medewerkers van eiser. Daarbij was namens de Belgische Staat aanwezig een vertegenwoordiger van de [werkgever] , bijgestaan door advocaten mr. J.S. Bierens en mr. M. Dijkstra. Verder was aanwezig de heer [gedaagde sub 2] en namens [gedaagde sub 1] [A] , beiden bijgestaan door advocaat mr. F.F. Blokhuis en mr. N.T. Weessies. Partijen hebben hun pleitnota’s voorgedragen en op vragen van de voorzieningenrechter en op elkaar gereageerd. De griffier heeft aantekeningen gemaakt.
1.3.
De voorzieningenrechter heeft gezegd dat vandaag uitspraak zal worden gedaan.

2.De kern van de zaak

[gedaagden] heeft een boek geschreven dat door [gedaagde sub 1] is uitgegeven. In dat boek, genaamd [naam boek] (hierna: het Boek) staan foto’s van [medewerkers] (hierna: de Medewerkers), die werkzaam waren of nog zijn voor de [werkgever] . Volgens de Belgische Staat is hierdoor de veiligheid van deze Medewerkers in gevaar. Zij wil daarom verdere verspreiding van deze foto’s voorkomen.

3.De beoordeling

Spoedeisend belang
3.1.
Gelet op de aard van de vorderingen heeft de Belgische Staat een voldoende spoedeisend belang bij haar vorderingen.
Onrechtmatig handelen
3.2.
In het Boek zijn de Medewerkers herkenbaar afgebeeld op foto’s. De voorzieningenrechter is van oordeel dat dit, gelet op hun professionele achtergrond, in dit geval onrechtmatig is.
3.3.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de Belgische Staat mondeling haar eis gewijzigd, waarvan aantekening is gemaakt, en hebben gedaagden op die gewijzigde eis geen verweer meer gevoerd.
3.4.
De na eiswijziging geformuleerde vorderingen acht de voorzieningenrechter niet onrechtmatig of ongegrond en worden toegewezen als volgt onder de beslissing.
3.5.
Ten opzichte van de oorspronkelijke dagvaarding worden de vorderingen deels toegewezen. Daarin ziet de voorzieningenrechter aanleiding om de proceskosten te compenseren, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

4.De beslissing

De voorzieningenrechter:
4.1.
verbiedt gedaagden met onmiddellijke ingang, een nieuwe druk van het Boek (digitaal, schriftelijk of op welke andere wijze dan ook) uit te geven, openbaar te maken, of (anderszins) te (doen laten) verspreiden of in het verkeer te (doen laten) brengen in een vorm waarbij Medewerkers door foto’s of anderszins herkenbaar zijn,
4.2.
gebiedt gedaagden, met onmiddellijke ingang maar in ieder geval binnen 48 uur na het wijzen van het vonnis in deze zaak, [naam ] te sommeren om de verkoop / verspreiding van alle exemplaren van het Boek die reeds aanwezig zijn bij [naam ] te staken en pas weer te hervatten nadat de foto’s van de Medewerkers onherkenbaar zijn gemaakt,
specifiek bevinden deze foto’s zich in het […] van het Boek, na pagina […] (afhankelijk van de druk), het betreft vier foto’s met onderschrift
[onderschrift] ,
4.3.
gebiedt gedaagden, met onmiddellijke ingang maar in ieder geval binnen 48 uur na het wijzen van het vonnis in deze zaak, boekhandels en overige commerciële verkopers van het Boek te sommeren om de verkoop / verspreiding van alle exemplaren van het Boek die reeds bij hen aanwezig zijn, te staken en pas weer te hervatten nadat de foto’s van de Medewerkers onherkenbaar zijn gemaakt,
specifiek bevinden deze foto’s zich in het […] van het Boek, na pagina […] (afhankelijk van de druk), het betreft vier foto’s met onderschrift
[onderschrift] ,
4.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
4.5.
compenseert de proceskosten,
4.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.G. van Ommeren en in het openbaar uitgesproken op 17 mei 2024.