Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.[gedaagde sub 1] B.V.,
2.
[gedaagde sub 2],
1.De procedure
- de producties 1 t/m 10 van [gedaagde sub 1] en [gedaagden]
- de pleitnota van De Belgische Staat
- de pleitnota van [gedaagde sub 1] en [gedaagden] .
Rechtbank Midden-Nederland
In een kort geding dat op 17 mei 2024 werd behandeld door de voorzieningenrechter mr. J.G. van Ommeren, heeft de Belgische Staat een vordering ingediend tegen gedaagden, bestaande uit een uitgever en een schrijver, vanwege de herkenbare afbeelding van medewerkers in een boek. De Belgische Staat, vertegenwoordigd door advocaten mr. J.S. Bierens en mr. M. Dijkstra, stelde dat de veiligheid van deze medewerkers in gevaar kwam door de publicatie van hun foto's in het boek, dat door gedaagde sub 1 was uitgegeven. Tijdens de mondelinge behandeling, die achter gesloten deuren plaatsvond, werd de eis van de Belgische Staat gewijzigd, waarop gedaagden geen verweer meer voerden.
De voorzieningenrechter oordeelde dat de Belgische Staat een spoedeisend belang had bij haar vorderingen en dat het onrechtmatig was om de medewerkers herkenbaar af te beelden, gezien hun professionele achtergrond. De rechter wees de vorderingen van de Belgische Staat toe, waarbij gedaagden werd verboden om het boek in welke vorm dan ook uit te geven of te verspreiden zolang de herkenbare afbeeldingen van de medewerkers niet onherkenbaar waren gemaakt. Tevens werd gedaagden opgedragen om boekhandels en andere verkopers te sommeren de verkoop van het boek te staken totdat aan deze voorwaarde was voldaan. De proceskosten werden gecompenseerd, en het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.