In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 25 januari 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen omdat deze niet tijdig had beslist op haar aanvraag van 20 december 2021 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn door de verweerder is overschreden. Eiseres heeft op 6 februari 2023 verweerder in gebreke gesteld en heeft pas op 5 oktober 2023 beroep ingesteld, meer dan twee weken na deze ingebrekestelling.
De rechtbank heeft besloten dat verweerder alsnog een besluit moet nemen, en dit moet in principe binnen twee weken na verzending van de uitspraak gebeuren. De rechtbank heeft ook de termijnen overgenomen die zijn vastgesteld door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in een eerdere uitspraak. Dit houdt in dat verweerder een vooraankondiging moet doen binnen zes weken na de uitspraak en een besluit moet nemen binnen twee weken na ontvangst van een zienswijze op die vooraankondiging.
Daarnaast is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat verweerder de beslistermijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank heeft ook bepaald dat verweerder het door eiseres betaalde griffierecht van € 50,- moet vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.