Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Samen Veilig Midden-Nederland,
1.Het verloop van de procedure
- mevrouw [A] en mevrouw [B] , namens de GI;
- mevrouw [C] , namens de Raad voor de Kinderbescherming (hierna: Raad);
- [pleegouders] , de opa en oma (moederszijde) van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] , die als informant zijn gehoord.
- het aangehouden deel van het verzoek van de GI om de ondertoezichtstelling van [minderjarige 2] te verlengen (zaaknummer C/16/562689 / JE RK 23-1588);
- het aangehouden deel van het verzoek van de GI om de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige 1] te verlengen (zaaknummer C/16/562690 / JE RK 23-1589);
- het verzoek van de vader over het gezag over [minderjarige 1] en [minderjarige 2] (zaaknummer C/16/463391 / FO RK 18-1134); en
- het verzoek van de vader tot het vaststellen van een zorg- dan wel omgangsregeling en vakantieregeling tussen de vader en [D] , [minderjarige 1] en [minderjarige 2] (zaaknummer C/16/463392 / FO RK 18-1135).
2.De feiten
3.Het verzoek
4.De standpunten
5.De beoordeling
6.De beslissing
[minderjarige 1], geboren op [geboortedatum 1] 2014 in [geboorteplaats] en
[minderjarige 2], geboren op [geboortedatum 2] 2017 in [geboorteplaats] , zoals in 5.10 nader is geconcretiseerd, en dat de GI gehouden is deze informatie aan de vader te verstrekken;