Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 24 april 2024 in de zaak tussen
[eiseres] , uit [plaats] , eiseres
de heffingsambtenaar van de gemeente [gemeente]
Inleiding
Feiten
Het geschil
Beoordeling door de rechtbank
- [adres 2] in [plaats] (referentie 1);
(gezamenlijk: de referenties).
2-onder-1-kap woningen zijn. Alle referenties liggen in [plaats] . De referenties zijn niet te ver van de waardepeildatum verkocht. De woning is in 1905 gebouwd en de referenties zijn gebouwd tussen 1902 en 1909. Ze liggen allemaal in een woonwijk en zijn wat uitstraling betreft voldoende vergelijkbaar.
5.1 De heffingsambtenaar heeft de onderlinge verschillen tussen de woning en referenties in de taxatiematrix weergegeven. De woning en de referenties hebben allemaal een voldoende bouwkundige kwaliteit, uitstraling en doelmatigheid. Met de taxatiematrix maakt de heffingsambtenaar aannemelijk dat bij de waardebepaling in voldoende mate rekening is gehouden met de verschillen tussen de referenties en de woning wat betreft onder meer de gebruiksoppervlakte door voor de woningwaarde per m² de laagste eenheidsprijs te hanteren. Volgens de rechtbank heeft de heffingsambtenaar hierdoor aannemelijk gemaakt dat de WOZ-waarde van de woning niet te hoog is vastgesteld. Wat eiseres in beroep aanvoert, brengt de rechtbank niet tot een ander oordeel. Dat legt zij hierna uit.