ECLI:NL:RBMNE:2024:2434
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen WOZ-waarde van onroerende zaak ongegrond verklaard
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen de uitspraak op bezwaar van verweerder van 20 januari 2023. Eiser had bezwaar gemaakt tegen de WOZ-waarde van zijn woning, vastgesteld op € 269.000,- per 1 januari 2021. De rechtbank heeft het beroep behandeld op 1 maart 2024, waarbij de gemachtigden van beide partijen en een taxateur aanwezig waren. De rechtbank oordeelt dat verweerder voldoende heeft aangetoond dat de vastgestelde waarde niet te hoog is. Verweerder heeft een taxatiematrix overgelegd met vergelijkbare woningen, waaruit blijkt dat de waarde van de woning in lijn is met de marktprijzen. Eiser betwist de waarde en wijst op de specifieke ligging van zijn woning, maar de rechtbank volgt de argumentatie van verweerder. De rechtbank concludeert dat de waarde van de woning niet te hoog is vastgesteld en verklaart het beroep ongegrond. Eiser krijgt geen griffierecht terug en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.