Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.VRIJSPRAAK
5.BESLAG
6.BESLISSING
spreekt verdachte daarvan vrij;
Rechtbank Midden-Nederland
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Midden-Nederland op 13 februari 2024, is verdachte vrijgesproken van medeplichtigheid aan een hennepkwekerij. De zaak kwam aan het licht na een onderzoek naar een hennepkwekerij die op 7 november 2022 in een bedrijfspand was aangetroffen. De officier van justitie, mr. M. Kamper, had gevorderd dat verdachte vrijgesproken zou worden, en de verdediging, vertegenwoordigd door mr. C. van Oort, steunde deze vordering. De rechtbank heeft vastgesteld dat er onvoldoende bewijs was dat verdachte op de hoogte was van de hennepkwekerij in de kelder van het bedrijfspand. Het vereiste dubbele opzet voor medeplichtigheid kon niet worden bewezen, waardoor de rechtbank tot de conclusie kwam dat verdachte niet schuldig was aan de tenlastelegging. De rechtbank heeft ook besloten tot teruggave van een in beslag genomen roze Huawei telefoon aan verdachte. Dit vonnis is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 13 februari 2024, waarbij de voorzitter, mr. J.E.S. Dolmans, buiten staat was om het vonnis mede te ondertekenen.