In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 3 april 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres, een Belgische, had een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag op 18 mei 2021. Verweerder, de Belastingdienst/Toeslagen, heeft echter niet tijdig beslist op deze aanvraag. Eiseres heeft op 6 mei 2022 verweerder in gebreke gesteld en heeft pas op 7 maart 2024 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden en dat verweerder alsnog een besluit moet nemen. De rechtbank heeft verweerder opgedragen om uiterlijk op 13 juni 2024 een vooraankondiging te doen en binnen twee weken na ontvangst van de zienswijze een besluit bekend te maken. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op vergoeding van de proceskosten en het betaalde griffierecht, dat in totaal € 218,75 en € 51,- bedraagt. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.