Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding van KleurrijkWonen van 9 augustus 2023 met producties 1 tot en met 26;
- de conclusie van antwoord van [gedaagde] van 17 augustus 2023 met 2 producties;
- de bij brief van KleurrijkWonen van 3 oktober 2023 gevoegde aanvullende producties 27 tot en met 34, tevens akte vermeerdering van eis voor de rol van 18 oktober 2023;
- de bij brief van KleurrijkWonen van 18 januari 2024 gevoegde aanvullende productie 35, tevens akte vermeerdering van eis voor de mondelinge behandeling van 31 januari 2024.
De kantonrechter heeft vervolgens bepaald dat vonnis wordt gewezen, dat vandaag wordt uitgesproken.
2.Waar de zaak over gaat
3.Wat vordert KleurrijkWonen?
KleurrijkWonen legde in haar akte van 18 oktober 2023 ook aan haar vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst ten grondslag dat [gedaagde] zijn hoofdverblijfplaats niet meer in de woning zou hebben, maar deze grondslag heeft KleurrijkWonen tijdens de mondelinge behandeling niet meer gehandhaafd.
4.Wat vindt [gedaagde] daarvan?
5.De beoordeling
€ 119,00
6.De beslissing
- € 2.945,09 aan huurachterstand tot en met 21 januari 2024, te vermeerderen met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf de vervaldata van de huurtermijnen tot de dag waarop alles is betaald;
- € 652,31 per maand (een gedeelte van een maand voor een gehele gerekend) aan gebruikersvergoeding vanaf februari 2024 tot aan de dag dat [gedaagde] de woning heeft ontruimd, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf de vervaldata tot aan de dag dat het volledige bedrag is betaald;
- € 416,14 aan buitengerechtelijke incassokosten;