In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 28 maart 2024, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen omdat deze niet tijdig had beslist op haar aanvraag van 21 maart 2022 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn door verweerder is overschreden, aangezien eiseres op 1 september 2023 in gebreke was gesteld en het beroep pas op 14 februari 2024 is ingediend. De rechtbank heeft bepaald dat verweerder alsnog een besluit moet nemen, met een uiterlijke datum voor een vooraankondiging op 31 mei 2024. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op vergoeding van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 218,75, en het door haar betaalde griffierecht van € 51,- moet ook worden vergoed. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun mogelijkheden om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.