In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen de afwijzing van een urgentieaanvraag op medische gronden, ingediend op 19 mei 2022. De rechtbank heeft op 7 maart 2024 uitspraak gedaan in de zaak tussen eiser, vertegenwoordigd door mr. J.A. Spigt, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amersfoort, vertegenwoordigd door mr. B. Muminovic en S. Aallouch. Eiser woont samen met zijn vrouw en twee kinderen, waarbij zijn vrouw lijdt aan een posttraumatische stressstoornis (PTSS). Eiser en zijn vrouw hebben een grotere woning nodig, zodat zij de behandeling van haar psycholoog kan voortzetten, wat in hun huidige woning niet mogelijk is. De aanvraag voor woningurgentie is echter afgewezen omdat eiser en zijn vrouw niet voldoen aan de voorwaarde van zelfredzaamheid, zoals vastgelegd in de Huisvestingsverordening 2022 van de gemeente Amersfoort.
De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder, het college van burgemeester en wethouders, terecht heeft geoordeeld dat eiser zelfredzaam is. Eiser had in de periode van januari tot en met mei 2022 in aanmerking kunnen komen voor 34 woningen, maar heeft onvoldoende gereageerd op het woningaanbod. De rechtbank oordeelt dat er geen verplichting bestaat voor verweerder om de kwaliteit van de aangeboden woningen te onderzoeken, en dat de zelfredzaamheid een noodzakelijke voorwaarde is voor het verkrijgen van een urgentieverklaring. Eiser heeft niet aangetoond dat de afwijzing van zijn aanvraag onzorgvuldig was of dat er sprake was van een ongeoorloofde inmenging door Het Vierde Huis, de organisatie die ondersteuning biedt aan woningzoekenden.
De rechtbank concludeert dat eiser niet in aanmerking komt voor een urgentieverklaring en verklaart het beroep ongegrond. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ontvangt geen vergoeding van proceskosten. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 7 maart 2024.