4.3.1Bewijsmiddelen t.a.v. het onder 1 subsidiair en meer subsidiair, en 2 tenlastegelegde
In het
proces-verbaal van verhoor aangevervan 31 mei 2023 heeft aangever [slachtoffer 1] onder meer het volgende, zakelijk weergegeven, verklaard (onder A:):
A: Op 29 mei 2023 was ik op de kermis in de stad in Almere. Plotseling kwam er een groepje van vier mensen en die groep begon mijn vriend te slaan. Plotseling zag ik dat een van die andere groep een mes trok. Hij sneed mijn vriend in de arm. Iedereen probeerde te vluchten. Toen kwam ik die groep tegen. Plotseling stak eentje van hun mij in mijn buik, van voor naar achter. Ik heb een steekwond van twintig centimeter.
V: Wat kunt u vertellen over wie u in de buik stak?
A: Degene met krullend haar kwam gelijk tegen mij. Hij heeft mij bij de schouder gepakt. Hij stak mij gelijk in de buik. Met een (1) steek. Ik kan zijn foto laten zien. Ik kwam daar aan via een vriend [ [getuige] ], die met de dader in hetzelfde […] woonde. Degene die mij in de buik stak heet [medeverdachte 3] .
O: Aangever toont vanaf diens mobiele telefoon een profielfoto, met daaronder telefoonnummer en naam, in WhatsApp.
V: Wat voor kleding droeg degene die u in de buik stak?
A: Degene die mij in de buik stak droeg een blauwe jas en een jeans.
V: Hoe ziet het gezicht eruit van degene die u in de buik stak?
A: Bruine huidskleur, zonder baard. Met krullend haar en een beetje langer over zijn voorhoofd. Ongeveer 1.70-1.74 meter lang. Hij is tussen dun en normaal gewicht.
V: Zag u het mes waarmee u in de buik werd gestoken?
A: Ik heb het gezien toen hij mijn rechterschouder met zijn linkerhand pakte. Ik denk een blauw handvat.
In het
proces-verbaal van verhoor aangevervan 12 september 2023 heeft aangever [slachtoffer 1] onder meer het volgende, zakelijk weergegeven, verklaard:
Ik heb geprobeerd [verdachte] van mijn vriend weg te duwen. Iemand heeft mij toen op mijn achterhoofd en mijn rug geslagen. Later ben ik ingehaald door [verdachte] en die heeft mij beetgepakt en toen met een mes in mijn buik gestoken.
In de
letselrapportage van GGD Flevolandvan 1 september 2023 heeft forensisch arts FMG J. Overkamp onder meer het volgende, zakelijk weergegeven, gerapporteerd:
Naam: [slachtoffer 1]
Datum letselonderzoek: 01-09-2023
Datum incident: 29-05-2023
Gemelde behandeling:
Op 29-05-2023 patiënt acuut geopereerd.
Conclusie: exploratie en sluiten traumatische wond linker flank.
Samenvatting medische informatie: 27-jarige man met blanco voorgeschiedenis, status na traumatische steekwond in linker flank van 20 cm lang, door huid, fascie en spierlaag. Beleid: onder narcose sluiten wond op operatiekamer, spier en peeslaag gehecht.
Schatting duur verdere genezing: 2 maanden.
In het
proces-verbaal van verhoor aangevervan 31 mei 2023 heeft aangever [slachtoffer 2] onder meer het volgende, zakelijk weergegeven, verklaard (onder A:):
A: Op 29 mei 2023 stond ik op de kermis in Almere met mijn twee vrienden. Een van die andere jongens viel mij aan en die duwde mij weg. Die andere jongens vielen ons toen ook aan. Ik kreeg een klap op mijn arm en op mijn lichaam. Ik werd aangevallen door de jongen met een mes. Deze probeerde te steken. Hij had het mes onderste boven in zijn hand, zoals je op iemand inhakt. Ik heb met mijn linkerarm zijn steken afgeweerd en ben toen geraakt in mijn arm. Mijn wond is in het ziekenhuis gehecht. Degene met het mes rende achter mijn vriend aan.
V: Hoe zag die jongen er precies uit?
A: Hij had zwart krullend haar, klein baardje, hij is niet lang maar ook niet kort, mijn vriend [getuige] heeft een foto van hem.
In het
proces-verbaal van bevindingenvan 30 mei 2023 heeft aangever [slachtoffer 2] onder meer het volgende, zakelijk weergegeven, verklaard (onder A:):
V: Was is uw letsel?A: Mijn linker onderarm. Daar zitten ongeveer 10 hechtingen in.
V: Kunt u in het kort vertellen wat er is gebeurd gisteren?A: Gisteren was ik met twee vrienden in Almere centrum bij een soort kermis. Er kwamen 4 Syrische jongens naar ons toe. Ze hadden messen in hun handen. Eén stanleymes, de rest was een ‘knopmes’. Ze hebben mij gestoken met de messen. Ze wonen op het […] .
In het
proces-verbaal van bevindingenvan 29 mei 2023 wordt door verbalisant [verbalisant 1] opgeschreven dat hij zag dat [slachtoffer 2] (aangever [slachtoffer 2] ) een diepe snee in zijn linker onderarm had en dat deze diep genoeg was dat hij de pezen van spier-/vetmassa kon onderscheiden.
In het
proces-verbaal van bevindingenvan 1 juni 2023 heeft verbalisant [verbalisant 2] onder meer het volgende, zakelijk weergegeven, geverbaliseerd:
Op donderdag 1 juni 2023 onderzocht ik verbalisant door aangevers [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] op
31 mei 2023 toegestuurde foto's van een van de vermoedelijke daders van de steekpartij. Volgens
[slachtoffer 1] had [getuige](de rechtbank begrijpt: [getuige] )
hem na de steekpartij een WhatsApp-profielfoto gestuurd. Daarop is de dader te zien die [slachtoffer 1] afgelopen maandag 29 mei in zijn buik stak. [slachtoffer 1] pakte zijn mobiele telefoon en toonde mij daarop de volgende foto.
Aangever [slachtoffer 2] verklaarde dat getuige [getuige] over een foto beschikte van degene die [slachtoffer 2] afgelopen maandag 29 mei in de arm en buik stak. Ik zag dat de foto die [slachtoffer 2] had verstrekt een (uit-)vergrote versie betrof van de foto die [slachtoffer 1] mij toonde. Hieruit maak ik op dat [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] verklaarden door dezelfde persoon te zijn gestoken. Zoals aangegeven stond onder de profielfoto de naam "- [profielnaam] ". Deze profielnaam komt gedeeltelijk overeen met een van de personalia van de in dit onderzoek aangehouden verdachte, zijnde: [verdachte] , geboren op [1997] te [geboorteplaats] (Syrië)
Ik bekeek een (1) foto die de politie van [verdachte] na diens aanhouding maakte. Ik vergeleek de door [slachtoffer 1] en [getuige] ter beschikking gestelde foto's met de foto van [verdachte] na zijn aanhouding. Ik herkende [verdachte] op de bovenstaande foto's aan zijn donkere krullen, bloempotkapsel, vorm
van de neus, stand van de oren, de donkere snor en baardgroei. Ook zag ik dat de lengte en het postuur overeenkwamen.
In het
proces-verbaal van verhoor verdachtevan 22 juni 2023 heeft medeverdachte [medeverdachte 2] onder meer het volgende, zakelijk weergegeven, verklaard:
V: Wie hadden er allemaal messen bij zich?
A: Iemand die [medeverdachte 1] heet.
A: Degene die heeft gestoken heet [verdachte] . Hij had een mes bij zich en stak.
In het
proces-verbaal van verhoor verdachtevan 30 mei 2023 heeft medeverdachte [medeverdachte 2] onder meer het volgende, zakelijk weergegeven, verklaard:
V: Er is bij jouw fouillering een mes aangetroffen. Wat kan jij hier over verklaren?
A: Dit is niet van mij. Mijn vriend had het bij hem. Ik heb het afgepakt van een vriend.
In het
proces-verbaal van bevindingenvan 30 mei 2023 heeft verbalisant [verbalisant 3] onder meer het volgende, zakelijk weergegeven, geverbaliseerd:
Ik deed onderzoek naar de camerabeelden van cameratoezicht naar aanleiding van het steekincident op 29 mei 2023 op de kermis gelegen op de Esplanade te Almere.
> Camera 706 Esplanade_Fietspad:
Tijd: 29-05-2023, 20:35:44 uur
Ik zag de NN03 persoon (persoon met jas met witte mouwen) achteruitlopend in beeld komen. Ik zag de NN02 persoon, vooruitlopend, naar hem toe lopen en een bovenhandse zwaaiende beweging richting NN03 maken. Ik zag dat NN03 achteruit deinsde voor de zwaai met de rechterarm van NN02.
Tijd: 20-05-2023, 20:35:44 uur
Ik zag dat NN02 daarop een strekkende beweging van de rechterarm richting het middenrif van NN03 maken.
> Camera TRA912 ingang Mediamarkt:
Tijd: 29-05-2023, 20:35:58 uur
Ik zag de NN05 persoon een voorwerp in de plantenbak gooien. Ik zag dat het voorwerp aan de rechterzijde van de plantenbak, in de plantenbak, terecht kwam.
Tijd: 29-05-2023, 20:39:04 uur
Ik zag de NN02 persoon ook een voorwerp in de plantenbak leggen.
Tijd: 29-05-2023, 20:50:48 uur
Ik zag dat een agent een ingeklapt mes uit de plantenbak haalde, nadat deze er door vermoedelijk de NN05 persoon was ingegooid. Ik zag dat de agent een tweede blauw/paars voorwerp uit de plantenbak haalde.
De NN02 persoon is [medeverdachte 1] , geboren op [2002] in [geboorteplaats] (Syrië).
Ik vermoed dat NN03 het slachtoffer [slachtoffer 2] betreft.
De NN05 persoon is [verdachte] , geboren op [1997] te [geboorteplaats] (Syrië).
In het
proces-verbaal van bevindingenvan 7 juni 2023 heeft verbalisant T.C. Verkooijen onder meer het volgende, zakelijk weergegeven, geverbaliseerd:
Door het onderzoeksteam werden er aanvullende camerabeelden opgevraagd van 29 mei 2023 van cameratoezicht op en rondom de Esplanade te Almere.
> Camera 809 Citadel Scapino:
Op de beelden was te zien dat [verdachte] voorover gebogen stond en bewoog in de richting van het slachtoffer [slachtoffer 2] .
In het
proces-verbaal van bevindingenvan 30 mei 2023 heeft verbalisant [verbalisant 4] onder meer het volgende, zakelijk weergegeven, geverbaliseerd:
Ik zag dat de verdachte een beige broek droeg en een zwart witte jas. Ik zag dat de verdachte een getinte huidskleur had met een zwarte baard en zwart haar. Ik hoorde collega [verbalisant 5] in het Engels vragen aan de verdachte of hij scherpe voorwerpen bij zich had. Ik zag dat de verdachte uit zijn broeksband een mes pakte. Ik zag dat dit een stanleymes betrof met gele details.
Ik hoorde over de portofoon dat de verdachten mogelijk een mes hadden weggegooid in de plantenbakken voor de Mediamarkt. Ik keek in de plantenbak voor de Mediamarkt en trof tussen de planten één zilverkleurig stanleymes. Vervolgens keek ik verder in dezelfde plantenbak en trof ik nog één stanleymes blauw van kleur en nog één kurkentrekker.
In de
kennisgeving van inbeslagnemingvan 29 mei 2023 hebben verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 7] het volgende gerelateerd:
Omstandigheden : aangetroffen bij verdachte voor fouilleringBeslagene
Achternaam : [medeverdachte 2]
Voornamen : [voornamen]
Geboren : [2003]
Goednummer : PL0900-2023158585-3170121
Categorie omschrijving : Gereedschap
Object : Handgereedscha (Mes)
Merk/type : Stanley Fatmax
Kleur : Meerkleurig
Land : Nederland
Spoor identificatienr. : AAQI5739NL
In het proces-verbaal van forensisch onderzoek personen van 6 juni 2023 hebben verbalisanten [verbalisant 8] en [verbalisant 9] het volgende gerelateerd:
De volgende sporen en sporendragers werden in het belang van de bewijsvoering en/of nader onderzoek veiliggesteld:
Goednummer : PL0900—2023158585—3170130
SIN : AAQI5740NL
Object : Keukenartikel (Flesopener)
Merk/type : Murano
Kleur : Zwart
Goednummer : PL0900—2023158585—3170127
SIN : AAQI5741NL
Object : Handgereedscha (Mes)
Merk/type : Action Stanley Mes
Kleur : Blauw
Land : Nederland
Goednummer : PL0900—2023158585—3170123
SIN : AAQI5742NL
Object : Handgereedscha (Mes)
Merk/type : Werckmann Zakmes
Kleur : Grijs
In de
deskundigenrapportage Forensisch DNA-onderzoekvan The Maastricht Forensic Institute van 28 juli 2023 heeft forensisch DNA-deskundige M. Hidding het volgende, zakelijk weergegeven, gerapporteerd:
Er dient vergelijkend DNA-onderzoek te worden verricht aan het volgende onderzoeksmateriaal:
AAQI5739NL Mes
AAQI5740NL Flesopener
AAQI5741NL Mes
AAQI5742NL Mes,
en:
WAAY3603NL Wangslijm, Verdachte [medeverdachte 1] ;
WAAYS276NL Wangslijm, Verdachte [medeverdachte 2] ;
WAAY6001NL Wangslijm, Verdachte [verdachte] .
De resultaten van het vergelijkend DNA-onderzoek zijn weergegeven in Tabel 4.
Tabel 4
Bemonstering
DNA-profiel
Mogelijke donor van celmateriaal
Mes AAQI5739NL =
Uiteinde met lemmet AAQI5739NL#02
DNA-mengprofiel afkomstig van celmateriaal van minimaal drie donoren, van wie zeker één man.
Verdachte [verdachte]
Verdachte [medeverdachte 2]
Flesopener AAQI5740NL =
Bloedspoor AAQI5740NL#01
Buitenkant flesopener AAQI5740NL#02
Uiteinde trekker AAQI5740NL#03
DNA-mengprofiel afkomstig van celmateriaal van minimaal twee donoren, van wie zeker één man.
Er is een DNA-hoofdprofiel afgeleid van een man. De
frequentie van het DNA-hoofdprofiel is kleiner dan één op één miljard.
Verdachte [medeverdachte 1]
Mes AAQI5741NL =
Buitenkant AQI5741NL#01
Schuifknop AAQI5741NL#02
DNA-mengprofiel afkomstig van celmateriaal van minimaal twee donoren, van wie zeker één man.
Er is een DNA-hoofdprofiel afgeleid van een man. De
frequentie van het DNA-hoofdprofiel is kleiner dan één op één miljard.
Verdachte [medeverdachte 1]
Mes AAQI5742NL =
Lemmet AAQI5742NL#02
DNA-mengprofiel afkomstig van celmateriaal van minimaal drie donoren, van wie zeker één man.
Verdachte [verdachte]
4.3.2Bewijsoverwegingen t.a.v. het onder 1 subsidiair en meer subsidiair, en 2 tenlastegelegde
Betrouwbaarheid van aangevers
De verdediging heeft vraagtekens geplaatst bij de betrouwbaarheid van de verklaringen van aangevers. De rechtbank overweegt hierover als volgt.
[slachtoffer 1] heeft bij zijn aangifte aan de politie een foto getoond van een persoon die hij heeft herkend als degene die hem in zijn buik heeft gestoken. Tevens heeft aangever [slachtoffer 1] daarbij een naam genoemd. Op basis van het dossier kan worden vastgesteld dat de persoon op de desbetreffende foto verdachte is. De rechtbank stelt tevens vast dat de verklaring van aangever [slachtoffer 1] nauw aansluit bij de verklaring van aangever [slachtoffer 2] . Zij hebben immers beiden overeenkomstig verklaard over de aanleiding van het voorval op de kermis en verklaard dat er meerdere messen werden getrokken, wat ook wordt ondersteund door de verklaring van getuige [getuige]. Ook [slachtoffer 2] heeft verdachte van een foto herkend als de persoon die heeft gestoken. Het feit dat er meerdere messen werden getrokken, vindt bovendien steun in de tactische bevindingen uit het dossier. Uit de camerabeelden is namelijk gebleken dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte 1] beiden na afloop van het voorval iets hebben weggegooid in dezelfde plantenbak, waarin later een kurkentrekker en twee messen zijn aangetroffen met hun DNA erop. Tevens is er bij medeverdachte [medeverdachte 2] een mes aangetroffen waarop het DNA van verdachte zat. Gelet op al het voorgaande acht de rechtbank de verklaringen van beide aangevers betrouwbaar. Deze verklaringen kunnen derhalve gebezigd worden voor het bewijs.
Zware mishandeling van [slachtoffer 1] en poging zware mishandeling van [slachtoffer 2]
Op 29 mei 2023 ontstond er op de kermis in Almere een confrontatie tussen de groep van verdachte en beide aangevers. Beide aangevers hebben verklaard dat zij door verdachte met een mes zijn gestoken: aangever [slachtoffer 2] in zijn linkerarm en aangever [slachtoffer 1] in zijn buik. Tevens heeft medeverdachte [medeverdachte 2] verklaard te hebben gezien dat verdachte met een mes heeft gestoken. Tezamen met de vondst van DNA van verdachte op een mes en de bevindingen van de camerabeelden zoals hierboven bij het bewijs weergegeven, is hiermee wettig en overtuigend bewezen dat verdachte degene was die de aangevers heeft gestoken.
De volgende vraag is hoe deze handelingen dienen te worden gekwalificeerd. Uit het dossier volgt dat aangever [slachtoffer 2] wegens de messteek moest worden gehecht aan zijn arm. Gelet op de plek op het lichaam van dit letsel kan niet worden vastgesteld dat verdachte door deze steekbeweging met vol opzet heeft getracht de aangever van zijn leven te beroven. Evenmin kan worden vastgesteld dat daarmee sprake was van een aanmerkelijke kans op het intreden van de dood van aangever en dat verdachte deze kans heeft aanvaard.
Ondanks het feit dat het letsel van aangever [slachtoffer 1] een zwaardere medische ingreep vereiste, is de rechtbank van oordeel dat ten aanzien van hem dezelfde conclusie geldt. Met een messteek in de buikregio wordt naar algemene ervaringsregels niet zonder meer de aanmerkelijke kans op letsel met een dodelijke afloop in het leven geroepen. Dat geldt hier des te meer nu het een relatief oppervlakkige wond betreft. De risico’s die gepaard gaan met het toebrengen van klievend en perforerend letsel in de linkerflank zijn afhankelijk van een aantal factoren, zoals de vorm en afmeting van het voorwerp/wapen, of sprake is van snijden,’slashen’ of steken, met welke kracht, snelheid en in welke richting dit plaatsvindt en wat de anatomie ter plaatse van de geweldsinwerking is.De rechtbank overweegt dat uit het dossier onvoldoende kan worden afgeleid over deze factoren om te kunnen vaststellen dat in dit concrete geval het risico aanwezig was dat aangever door het steken zou komen te overlijden. Gelet op het voorgaande concludeert de rechtbank dat verdachte dient te worden vrijgesproken van de onder 1 primair ten laste gelegde poging doodslag ten aanzien van beide aangevers.
Om te beoordelen of het letsel van de aangevers als zwaar lichamelijk letsel kan worden gekwalificeerd moet worden gelet op de aard van het letsel, de eventuele noodzaak en aard van medisch ingrijpen en het uitzicht op (volledig) herstel. De rechtbank overweegt hierover het volgende.
Uit de letselrapportage blijkt dat [slachtoffer 1] een snijwond van 20 centimeter aan de zijkant van zijn buik heeft opgelopen, die onder gehele narcose moest worden geopereerd en gehecht, en waarvan de genezing naar schatting twee maanden duurt. Op grond hiervan is de rechtbank van oordeel dat het letsel van aangever [slachtoffer 1] dient te worden gekwalificeerd als zwaar lichamelijk letsel. Op basis van het dossier kan voorts worden vastgesteld dat verdachte opzet heeft gehad op het toebrengen van dit zwaar lichamelijk letsel aan aangever [slachtoffer 1] , doordat verdachte hem gericht in de buik heeft gestoken. Gelet hierop acht de rechtbank de subsidiair ten laste gelegde zware mishandeling van aangever [slachtoffer 1] wettig en overtuigend bewezen.
Ten aanzien van aangever [slachtoffer 2] overweegt de rechtbank dat geen sprake is van zwaar lichamelijk letsel, maar dat verdachte met een mes wild om zich heen heeft gezwaaid en klaarblijkelijk bovenhands op de aangever heeft ingehakt, waarbij het mes door een afschermende beweging van de aangever in zijn linkerarm terecht is gekomen. Gelet op deze omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat verdachte op zijn minst voorwaardelijk opzet heeft gehad op het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel aan aangever [slachtoffer 2] . Door wild rond te zwaaien met een mes heeft verdachte willens en wetens de aanmerkelijke kans aanvaard dat er zwaar lichamelijk letsel bij de aangever zou kunnen ontstaan, omdat verdachte bijvoorbeeld evengoed het hoofd of de nek van aangever had kunnen raken, als aangever niet had afgeweerd. Gelet hierop acht de rechtbank de meer subsidiair ten laste gelegde poging tot zware mishandeling van aangever [slachtoffer 2] wettig en overtuigend bewezen.
De rechtbank zal verdachte partieel vrijspreken van het medeplegen, nu uit het dossier niet blijkt van een nauwe en bewuste samenwerking door verdachte met één van de medeverdachten bij het teweegbrengen van het voornoemde letsel.
Openlijke geweldpleging
Voor een bewezenverklaring van openlijk geweld in vereniging dient vast te staan dat verdachte een voldoende significante of wezenlijke bijdrage heeft geleverd aan het geweld. Daarvoor hoeft niet te worden vastgesteld dat elke deelnemer geweld heeft gebruikt tegen elk slachtoffer. In dit verband is van belang dat de aangevers verklaren dat zij door een groepje mannen zijn aangevallen, waarbij zij zijn geslagen en gestoken. Uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte deel uitmaakte van deze groep. De rechtbank heeft immers vastgesteld dat verdachte de aangevers met een mes heeft gestoken. Uit het bewijs volgt dat ook medeverdachte [medeverdachte 1] , vanaf het begin en in hetzelfde korte tijdsbestek, aanwezig is geweest bij het incident en geen actie heeft ondernomen om de geweldshandelingen te stoppen. Integendeel, hij heeft zelf aan het geweld deelgenomen. Zo is op camerabeelden te zien dat hij zwaaiende bewegingen richting aangever [slachtoffer 2] heeft gemaakt, waarvoor deze is teruggedeinsd.
Dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte 1] gezamenlijk zijn opgetrokken volgt ook uit de waarnemingen dat beiden direct na het incident samen in dezelfde richting zijn weggerend en daarna op dezelfde plek messen en een kurkentrekker hebben weggegooid in een plantenbak. Dit alles speelde zich af op een kermis, een openbare plek.
Gelet op deze feiten en omstandigheden acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich samen met medeverdachte [medeverdachte 1] schuldig heeft gemaakt aan de openlijke geweldpleging ten aanzien van aangevers.
De rechtbank zal verdachte partieel vrijspreken van het ten laste gelegde schoppen en duwen, nu op basis van het dossier naast het steken uitsluitend slaande bewegingen wettig en overtuigend kunnen worden bewezen.