ECLI:NL:RBMNE:2024:1838

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
27 maart 2024
Publicatiedatum
26 maart 2024
Zaaknummer
16/172912-23 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in geweldszaak met steekincident op kermis

Op 29 mei 2023 worden twee jongens op de kermis in Almere aangevallen door een andere groep jongens, waarbij beiden steekverwondingen oplopen. De politie houdt direct drie verdachten aan, die voorwerpen weggooien in een plantenbak. In deze plantenbak worden twee messen en een kurkentrekker aangetroffen, waarop DNA van de drie aangehouden verdachten wordt aangetroffen. Later wordt een vierde verdachte aangehouden. De rechtbank spreekt deze verdachte vrij, omdat niet wettig en overtuigend is bewezen dat hij één van de aangevers heeft gestoken. Ook is niet bewezen dat hij een wezenlijke of significante bijdrage heeft geleverd aan het geweld. Het enkel getalsmatig versterken van een groep die openlijk geweld pleegt, is volgens de rechtbank onvoldoende om tot een veroordeling te komen.

De rechtbank heeft het vonnis op tegenspraak gewezen na het onderzoek op de terechtzitting van 28 februari 2024. De officier van justitie heeft gevorderd om verdachte integraal vrij te spreken van de tenlastegelegde feiten. De verdediging heeft eveneens vrijspraak bepleit, omdat verdachte geen mes bij zich had of geweldshandelingen heeft gepleegd. De rechtbank oordeelt dat er onvoldoende bewijs is dat verdachte een significante bijdrage heeft geleverd aan het geweld en spreekt hem integraal vrij van de tenlastegelegde feiten.

De benadeelde partij, [aangever 1], heeft zich in het geding gevoegd en vordert een schadevergoeding van € 17.084,76. De rechtbank verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering, omdat de verdachte integraal is vrijgesproken. De rechtbank oordeelt ook over de in beslag genomen voorwerpen, die aan het verkeer worden onttrokken, omdat deze toebehoren aan medeverdachten.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Lelystad
Parketnummer: 16/172912-23 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 27 maart 2024
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [2003] te [geboorteplaats] (Syrië),
verblijvende op [adres] , [woonplaats] ,
hierna: verdachte.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 28 februari 2024.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. M.M. Rademaker en van wat verdachte en zijn raadsvrouw, mr. N. Wijkman, advocaat te Almere, alsmede mevrouw F. Buijs (waarnemend voor mr. R.E.H. Jager) namens benadeelde partij [aangever 1] naar voren hebben gebracht.
De strafzaak tegen verdachte is gelijktijdig behandeld met de strafzaken tegen de medeverdachten [medeverdachte 1] (parketnummer 16-134960-23), [medeverdachte 2] (parketnummer 16-134932-23) en [medeverdachte 3] (parketnummer 16-134955-23). In deze zaken is door de rechtbank gelijktijdig uitspraak gedaan.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt erop neer dat verdachte:
feit 1:
op 29 mei 2023 in Almere in vereniging heeft geprobeerd om [aangever 2] en/of
[aangever 1] opzettelijk van het leven te beroven;
subsidiair tenlastegelegd als:zware mishandeling in vereniging;
meer subsidiair tenlastegelegd als:
poging tot zware mishandeling in vereniging;
meest subsidiair tenlastegelegd als:
eenvoudige mishandeling in vereniging;
feit 2:
op 29 mei 2023 in Almere openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [aangever 2] en/of [aangever 1] .

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het tenlastegelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.VRIJSPRAAK

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd om verdachte integraal vrij te spreken van het onder 1 en 2 tenlastegelegde.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft integrale vrijspraak bepleit van de ten laste gelegde feiten, omdat verdachte geen mes bij zich had of zou hebben gebruikt, geen geweldshandelingen heeft gepleegd, geen voldoende significante bijdrage heeft geleverd aan de openlijke geweldpleging en geen opzet hierop heeft gehad.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Verdachte heeft verklaard ter plaatse aanwezig te zijn geweest ten tijde van de confrontatie met beide aangevers. Aangever [aangever 2] heeft weliswaar verklaard dat de blonde jongen, vermoedelijk verdachte, stekende dan wel zwaaiende bewegingen met een mes heeft gemaakt, maar uit forensisch onderzoek is niet gebleken dat DNA van verdachte op een van de aangetroffen messen zat. Bovendien wordt verdachte door de aangevers niet aangewezen als de persoon die hen in de buik respectievelijk de arm heeft gestoken. Evenmin blijkt uit het dossier dat tussen verdachte en één of meer van de personen die hebben gestoken, sprake is geweest van een bewuste en nauwe samenwerking, zodat ook het medeplegen niet kan worden bewezen. Gelet hierop acht de rechtbank het onder 1 tenlastegelegde niet wettig en overtuigend bewezen en zal zij verdachte daarvan vrijspreken.
Ten aanzien van het onder 2 tenlastegelegde overweegt de rechtbank dat het enige belastende bewijs een verklaring betreft van medeverdachte [medeverdachte 3] , die heeft verklaard dat verdachte zou hebben gevochten. Deze verklaring wordt niet ondersteund door de overige stukken uit het dossier. Gelet hierop is niet komen vast te staan dat verdachte enige geweldshandeling jegens de aangevers heeft verricht. De rechtbank acht het wel aannemelijk dat verdachte een en ander heeft gezien, omdat hij immers zelf ook heeft verklaard dat hij wel ter plaatse is geweest. De rechtbank vindt echter het enkel getalsmatig versterken van een groep die openlijk geweld pleegt - als daar in het geval van verdachte al sprake van is geweest -, onvoldoende om te kunnen vaststellen dat verdachte een voldoende significante of wezenlijke bijdrage heeft geleverd aan dat geweld. Gelet hierop acht de rechtbank het onder 2 tenlastegelegde evenmin wettig en overtuigend bewezen. De rechtbank zal verdachte daarom integraal vrijspreken van de ten laste gelegde feiten.

5.BENADEELDE PARTIJ

[aangever 1] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 17.084,76. Dit bedrag bestaat uit een vergoeding van materiële schade ter hoogte van € 7.084,76 en materiële schade ter hoogte van € 10.000,-, ten gevolge van het aan verdachte tenlastegelegde.
5.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd om de vordering van de benadeelde partij af te wijzen.
5.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft primair verzocht om de benadeelde partij niet-ontvankelijk te verklaren in de vordering wegens de bepleite integrale vrijspraak.
5.3
Het oordeel van de rechtbank
Wegens de integrale vrijspraak van de ten laste gelegde feiten zal de rechtbank de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaren in de vordering en hem veroordelen in de kosten die door de verdachte zijn gemaakt. Deze kosten worden tot op dit moment begroot op nihil.

6.BESLAG

6.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd om de twee messen en de flesopener verbeurd te verklaren.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft geen standpunt ingenomen ten aanzien van de onder verdachte in beslag genomen goederen.
6.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal de volgende in beslag genomen voorwerpen onttrekken aan het verkeer:
  • 1 STK flesopener;
  • 1 STK zakmes;
  • 1 STK Stanleymes.
Deze voorwerpen zijn weliswaar onder verdachte in beslag genomen, maar op grond van de tactische bevindingen in het dossier behoorden zij toe aan medeverdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] , althans, zijn deze voorwerpen door hen gebruikt bij voor het plegen van de strafbare feiten waarvoor zij worden veroordeeld. Om die reden zal de rechtbank deze voorwerpen onttrekken aan het verkeer.

7.BESLISSING

De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart de ten laste gelegde feiten niet bewezen en
spreekt verdachte daarvan vrij;
Beslag
- verklaart de volgende voorwerpen onttrokken aan het verkeer:
  • 1 STK Flesopener (omschrijving: G3170130, zwart, opdruk: de gasterij);
  • 1 STK Zakmes (omschrijving: G3170123, grijs, merk: Werckmann);
  • 1 STK Mes (omschrijving: G3170127, blauw, merk: Stanley);
Benadeelde partij [aangever 1]
  • verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering;
  • veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. N. van Esch, voorzitter, mrs. M.C. Danel en V.A. Groeneveld, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R.R.V. Joerawan, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 27 maart 2024.
De griffier is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 29 mei 2023 te Almere, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om [aangever 2] en/of [aangever 1] opzettelijk van het leven te beroven,
- die [aangever 2] met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de (linker)arm en/of de linkerzijde van het lichaam, in elk geval het lichaam, en/of
- die [aangever 1] met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de buik en/of de rug, in elk geval het lichaam, heeft gestoken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 29 mei 2023 te Almere, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, aan [aangever 2] en/of [aangever 1] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten een steekwond in de buik en/of de rug en/of de arm en/of de zij, in elk geval het lichaam, heeft toegebracht, door
- die [aangever 2] met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de (linker)arm en/of de linkerzijde van het lichaam, in elk geval het lichaam, en/of
- die [aangever 1] met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de buik en/of de rug, in elk geval het lichaam, te steken;
meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 29 mei 2023 te Almere, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om aan [aangever 2] en/of [aangever 1] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen,
- die [aangever 2] met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de (linker)arm en/of de linkerzijde van het lichaam, in elk geval het lichaam, en/of
- die [aangever 1] met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de buik en/of de rug, in elk geval het lichaam, heeft gestoken,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
meest subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 29 mei 2023 te Almere, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen [aangever 2] en/of [aangever 1] heeft mishandeld door
- die [aangever 2] met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de (linker)arm en/of de linkerzijde van het lichaam, in elk geval het lichaam, en/of
- die [aangever 1] met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de buik en/of de rug, in elk geval het lichaam, te steken;
2.
hij op of omstreeks 29 mei 2023 te Almere, in elk geval in Nederland, openlijk, te weten op de Esplanade, in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats,in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een of meer personen, te weten [aangever 2] en/of [aangever 1] , door
- die [aangever 2] met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de (linker)arm en/of de linkerzijde van het lichaam, in elk geval het lichaam, en/of
- die [aangever 1] met een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, in de buik en/of de rug, in elk geval het lichaam, te steken.